Bommen op Sahara: rouw in Wageningen
Kastanjes rapen, wilde Co de Bruijn. En daardoor ontsnapte hij aan de bom die zijn moeder het leven kostte. Wageningen stond dinsdag om 11.37 uur, exact 75 jaar na het vergissingsbombardement, stil bij de veertig slachtoffers.
Kastanjes, ook Iet Schoorl wilde die, een aantal dagen later. Ze klom in een boom, en bleef er verstijfd van schrik zitten. Onder haar kwam een stoet voorbij. Het waren gevangen genomen bevrijders, door Duitsers streng bewaakt. Ze had de geallieerde parachutisten zien springen. „We waren uitgelaten; de vlaggen kwamen tevoorschijn; er heerste een feeststemming.”
Maar de Slag om Arnhem mislukte. Tot de slachtoffers behoorden niet alleen soldaten, van beide zijden. Ook burgers kwamen om. Ook in plaatsen die waren gebombardeerd voordat de luchtlandingsoperaties begonnen: Arnhem, Ede, Wageningen en Wolfheze.
Deelnemers aan de Wageningse herdenking wijzen omhoog als een oud vliegtuig laag overvliegt. Net als toen. Later moet een van de sprekers haar verhaal onderbreken omdat een straaljager de stilte verscheurt.
Spattende granaten
Zo’n lawaai was het op 17 september 1944 ook toen Amerikaanse bommenwerpers hun dodelijke last afwierpen. Ze wilden het Duitse luchtafweergeschut bij het Lexkesveer uitschakelen. In plaats daarvan vielen de 160 bommen in de wijk Hamelakkers, die in de volksmond Sahara heet, en bij de Diedenweg.
De bommenregen kostte die dag het leven aan 35 mensen; later overleden nog vier gewonden. Als veertigste slachtoffer is een dienstmeisje genoemd dat (enkele weken voor haar trouwdag) vermist werd en nooit is teruggevonden. Er waren 15 gebouwen verwoest, terwijl 13 panden behoorlijke en 28 lichte schade opliepen.
Bij de Parkweg in Ede, waar 69 slachtoffers vielen, staat sinds 2009 een monument. Nu is het er in Wageningen ook. En je krijgt het zomaar niet meer weg, want het weegt meer dan 6000 kilo, zegt een bestuurslid van Stichting Sahara 1944. Loco-burgemeester De Brito en nabestaande M. Graafmans-Doeleman onthullen de kei, en De Brito leest de tekst erop voor: over een stralend zonnige dag, „en midden in deze vrede de gierende dood, de laaiende brand, de spattende granaten.”
De namen van de slachtoffers worden voorgelezen. Even is er een glimlach, als het over het Ericaplein klinkt: „Wilhelmina Juliana Beatrix Irene Versteeg.” Die vernoeming in oorlogstijd was een protest. Het meisje werd drie jaar oud.
„Ik denk dat het met mama niet goed is”, had de vader van Co de Bruijn gezegd. Ze bleek dodelijk getroffen te zijn.
Tijdens de begrafenis van de 28 protestantse slachtoffers was de predikant bijna onverstaanbaar door het oorlogslawaai. Een vliegtuig vloog brandend over en stortte neer. De belangstellenden op de begraafplaats renden weg om zich in veiligheid te stellen.
Klik op de foto om beelden van de herdenking te bekijken.