Kerk & religie

De wereld heeft geen idealen meer en geen toekomst

Reformatorische jongeren hoeven niet jaloers te zijn op ’de wereld’, want die heeft zo zijn eigen problemen. De mens van nu heeft geen idealen meer en geen toekomst.

Van een medewerker
23 August 2004 09:34Gewijzigd op 14 November 2020 01:33
ZEIST - Ds. P. Roos, christelijk gereformeerd predikant in Damwoude, sprak zaterdag op een SRB avond in Zeist over ”De zin van het leven”. Foto Erik Kottier
ZEIST - Ds. P. Roos, christelijk gereformeerd predikant in Damwoude, sprak zaterdag op een SRB avond in Zeist over ”De zin van het leven”. Foto Erik Kottier

Dat was de boodschap die ds. P. Roos, christelijk gereformeerd predikant te Damwoude, zaterdagavond in Zeist meegaf tijdens een door de Stichting Reformatorische Bezinningsavonden (SRB) georganiseerde bijeenkomst. De avonden worden om de veertien dagen gehouden, normaliter in het Van Lodensteincollege. Voor deze eerste bijeenkomst van het nieuwe seizoen was, vanwege het niet beschikbaar zijn van de locatie in Amersfoort, uitgeweken naar de kerk van de gereformeerde gemeente in Zeist. Er waren ruim 400 jongeren aanwezig. Andere SRB-bijeenkomsten worden gehouden in Goes, Kampen en Rotterdam.

”De zin van het leven”, zo luidde het thema. Ds. Roos behandelde dit aan de hand van 1 Korinthe 15:32b: „Laat ons eten en drinken, want morgen sterven wij.” Dat is de verwachting van deze wereld.

In de woorden „eten en drinken” zitten, aldus de predikant, twee elementen. Dat is het genieten van de mooie dingen van het leven. De mens van nu leeft bij zijn genot. Het betekent ook een zich afmatten om geld te verdienen en de economie draaiend te houden. De zorgen van elke dag kunnen groot zijn. Het „morgen sterven wij” is voelbaar: „Het kan allemaal niet zo doorgaan met de computertechnologie. De mens wordt een verlengstuk van de machine. De robots rukken op. Waar gaat het heen als de geest van de mens door de opmars van de computer manco’s gaat vertonen? Ook als ik zie hoe de misdaad toeneemt, vraag ik me af waar het naartoe gaat. De mens van nu heeft geen idealen meer en ook geen vaste normen en waarden. Daardoor heeft hij geen andere toekomst dan morgen te sterven.”

Ds. Roos vroeg zich af of die gedachte aantrekkelijk is. Dat lijkt wel zo, vooral omdat ’de wereld’ rustig lijkt te kunnen sterven, terwijl Gods kinderen vaak een moeilijk leven hebben en soms zelfs een moeilijk sterfbed. „Ook Paulus had een moeilijk leven. De apostel zei dat hij alle dagen stierf en dat hij tegen de beesten had gevochten - dat zijn mensen die zich als beesten hadden gedragen. Elke dag leefde hij onder de last van de satan en de wereld die het hem moeilijk maakten. Als spotters en de duivel Gods kinderen aanvallen, denken ze soms: Vandaag haal ik het niet.”

Toch zou de predikant niet willen ruilen met de wereld, omdat het leven van een christen een meerwaarde heeft. „Paulus zegt dat er een absolute hoop is in het leven. Hij heeft een heilig ideaal dat hem kracht geeft. De wereld graaft haar eigen graf, maar Paulus weet dat hij eeuwig zal leven. „Maar nu, Christus is opgewekt”, schrijft hij. „De dood is overwonnen.””

Ds. Roos noemde het voorbeeld van iemand die in een rolstoel zit en toch blijmoedig door het leven kan gaan, omdat hij aanvaard heeft wat de Heere gedaan heeft in zijn leven. Hij realiseerde zich tegelijkertijd dat veel jongeren dat leven met de Heere niet kennen. „Er zijn tegenwoordig jongeren die letterlijk zeggen dat ze verloren gaan. Er zijn er ook die heel erg tobben. Er was eens een meisje dat aan me vroeg: „Hoe zul je er komen?” Ze vond het zo moeilijk. Dan schrik je als dominee en krijg je een les van een catechisante. Komen de preken niet zo ver? Het is een wonder als een mens bekeerd wordt. Is het voor de doorsnee kerkganger te hoog gegrepen? Ik probeer toch hoop te geven. Ik hoop dat jullie allen behouden worden. De Heere heeft geen lust in jullie dood.”

Tijdens het beantwoorden van de vragen ging de predikant verder in op de vraag wat jongeren zouden kunnen doen. Hij raadde hen aan om veel te bidden om de Heilige Geest, de prediking trouw te bezoeken en stille tijd te nemen. „Ik sta elke morgen vroeg op en geniet van de ochtendstilte om Gods Woord te lezen of een oude schrijver. De oude schrijvers waren verlichte mensen. Op dit moment ben ik bezig met een boek van Thomas Brooks over het gebed. Als je meent dat je te druk bent, sta je een uur vroeger op dan normaal en krijg je er in een week bijna een dag bij.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer