Christenen in Noord-Korea komen nog steeds bij elkaar
Noord-Koreaanse christenen komen nog steeds bij elkaar in ondergrondse kerken. Dat bleek uit een vorige week gepubliceerde documentaire door de Zuidelijke Baptisten in de VS over de Noord-Koreaanse kerk.
Een gevluchte Noord-Koreaan vertelt in de film dat hij in zijn geboorteland mensen zag die in Jezus geloofden: „Ik wist eerst niet dat er Noord-Koreaanse kerken bestonden. Deze ontdekking verraste mij heel erg. Christenen riskeren in het land hun leven. Er zijn christenen die samenkomen in de bergen, langs rivieren en op de velden, terwijl ze werken in groepjes van twee of drie.”
In de documentaire vertelt een andere vluchteling dat ze de woorden ”kerk” en ”Jezus” in Noord-Korea nooit had gehoord. „We aanbaden allemaal de afgoden Kim Il-sung en Kim Jong-il”, de vader en grootvader van de huidige dictator, Kim Jong-un.
De documentaire werd vertoond op een conferentie over godsdienstvrijheid, georganiseerd door de Amerikaanse overheid. Daar sprak ook de Koreaans-Amerikaanse evangelist Kenneth Bae. Hij zat bijna twee jaar gevangen in een strafkamp en richt zich sinds zijn vrijlating in 2014 op evangelisatie onder gevluchte Noord-Koreanen. Hij onderstreept het verhaal van de gevluchte Noord-Koreanen. Niemand van de vluchtelingen waarmee hij sprak had in zijn geboorteland ooit van de naam Jezus gehoord, vertelde Bae. Het regime heeft het christendom in het land volgens hem praktisch uitgewist. „Het beschouwt gelovigen als de grootste bedreiging voor zijn bestaan.”