Hoekstra: Geld uitgeven blijft lastig
Minister Wopke Hoekstra (Financiën) houdt er rekening mee dat het kabinet nog wel een tijdje moeite zal hebben om alle voorgenomen uitgaven en investeringen waar te maken.
Dat heeft de bewindsman donderdag gezegd tijdens het verantwoordingsdebat, waarin kabinet en Tweede Kamer terugblikten op 2018.
Vorig jaar bleven miljarden euro’s op de plank liggen. De regering wilde extra investeren in infrastructuur, leerkrachten en politieagenten, maar slaagde hier maar deels in. Dat komt mede door de economische voorspoed en toegenomen werkgelegenheid. Aannemers hebben de klussen voor het uitzoeken, en bij de zoektocht naar nieuw personeel heeft de overheid veel concurrentie, waardoor het lastig is om genoeg nieuwe docenten en agenten te vinden.
Een aantal Tweede Kamerleden wilde van Hoekstra weten hoe het kabinet zijn plannen dit jaar wel ten uitvoer denkt te brengen. „Ik kan niet beloven dat dit onderwerp zich in de nabije toekomst niet nog een keer gaat voordoen”, temperde de minister de verwachtingen. Hij wees erop dat de arbeidsmarkt dit jaar „ nog krapper” is geworden dan vorig jaar.
Hoekstra benadrukte dat het kabinet er hard aan werkt. „Alle ministers willen dolgraag doen waar de samenleving behoefte aan heeft”, zei hij. „Maar we hebben momenteel te maken met enorme schaarste van personeel. Vijf jaar geleden was het veel eenvoudiger geweest om extra mensen aan het werk te zetten, bijvoorbeeld bij het onderhoud van wegen en bruggen.”