Carl Trueman na aanslag synagoge VS: Spreek met respect over mensen met wie je het oneens bent
Wat als iemand uit je eigen kerk de dader is van een aanslag? Die vraag is actueel voor Carl Trueman, hoogleraar binnen de Orthodox Presbyterian Church in Amerika. „Dat heeft consequenties voor de prediking.”
De 19-jarige John Earnest, die anderhalve week geleden in het Amerikaanse Poway een aanslag pleegde op een synagoge, zat zondag aan zondag in de kerk. Hij is lid van de Orthodox Presbyterian Church (OPC), een kerkverband met ongeveer 30.000 leden. Tot voor kort had de OPC banden met de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt in ons land.
Voor het oog was Earnest een keurig meelevend kerklid. Hij nam deel aan het heilig avondmaal en was betrokken bij diverse kerkelijke activiteiten. Kerkenraad en gemeenteleden hadden echter niet in de gaten dat het jonge lid radicaliseerde.
Earnest leek op het eerste gezicht een sociaal mens. Onopgemerkt door zijn omgeving groeide bij hem een afkeer van de Joden. Hij laakte dat ze de media beheersen, het kapitaal in handen hebben. Hun grootste historische fout is in zijn ogen dat ze Jezus hebben vermoord. Daarom verdienen ze naar zijn opvatting de dood. Overigens keerde Earnest zich ook tegen de prediking in zijn kerk. De boodschap van naastenliefde en vrede verhult volgens hem de echte problemen en vormt een blokkade voor een daadkrachtige aanpak van het integratieprobleem. Zo vindt hij dat de christelijke wereld veel te laks is ten opzichte van moslims die aanslagen plegen. Hij toonde zich opgetogen na de aanslag op de synagoge in Pittsburg vorig jaar en die op moskeeën in Nieuw-Zeeland. „In plaats van pleiten voor gevouwen handen, moet de vinger aan de trekker van een pistool”, schreef hij in een brief.
Zelfonderzoek
Carl Trueman, gezaghebbend theoloog en kerkhistoricus, waarschuwt in een essay in Christianity Today dat ambtsdragers en kerkleden zich de vraag moeten stellen in hoeverre zijzelf bijdragen aan de „vergiftigde cultuur” waar haat en geweld gewoon lijken te worden. „Deze aanslag dwingt ons tot zelfonderzoek.”
Uit ervaring weet Trueman dat ogenschijnlijk ongevaarlijke opmerkingen op een verkeerde manier opgepikt en uitgelegd kunnen worden. Daarom roept hij predikanten, docenten en gemeenteleden op om zeer zorgvuldig te zijn in hun woorden en –vooral– met respect te spreken, ook over mensen met wie je het fundamenteel oneens bent.
Weliswaar denkt hij niet dat er veel racisten en potentiële geweldplegers binnen zijn kerkverband zijn te vinden, „maar elke predikant en elke kerkenraad moet zich realiseren dat hun leden een dwarsdoorsnede zijn van de bevolking. Dus er zitten ook mensen met radicale ideeën in de kerkbanken,” zegt hij in een telefonische reactie. „Predikanten die op de kansel staan, zeggen wel dat ieder mens zondaar is, maar gaan er nog vaak –onbewust– vanuit dat ze geen aanslagplegers-in-spe onder hun gehoor hebben. Zo maak je van je gemeenteleden farizeeën. Maar in de kerk zitten tollenaars, leugenaars, dieven en moordenaars. Dat leert de Bijbel. Daar moet je als predikant van uitgaan.”