„Verhaal gaat soms dieper dan preek”
„De kracht van een verhaal is dat het de lezer of hoorder in het hart raakt op een meer directe wijze dan een betoog of preek dat doet.”
Dat zei dr. Nathan Witkamp, docent aan het Evangelisch College, vrijdag tijdens een mini-symposium in Zwijndrecht. De bijeenkomst in het gebouw van het college trok ongeveer tachtig belangstellenden. Aanleiding was de presentatie van ”Door Christus aangesproken. Een ontmoeting met de Vroege Kerk”.
Dit boek is een samenwerking tussen het Evangelisch College en Stichting Bijbeluitleg Vroege Kerk (SBVK). Het bevat diverse artikelen van deskundigen op het gebied van het vroege christendom. De hoofdstukken werden eerder gepubliceerd in het digitale magazine Marturia, een uitgave van het Evangelisch College, dat tien jaar bestaat.
Jan Jaap Karsten van uitgeverij Groen uit Heerenveen overhandigde de eerste exemplaren aan de twee redacteuren: dr. Witkamp en prof. dr. Marten van Willigen, bijzonder hoogleraar Bijbeluitleg Vroege Kerk aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Beiden hielden een lezing tijdens de bijeenkomst.
Dr. Witkamp sprak over ”Johannes en de rover”, een verhaal dat eind tweede, begin derde eeuw is opgetekend door Clemens van Alexandrië. Het gaat over een jongeman die nog maar kort lid van de kerk was, op het verkeerde pad terechtkwam en hoofd werd van een wrede en gewelddadige roversbende. Toen de apostel Johannes hem opzocht, werd hij door bendeleden gevangengenomen.
De roverhoofdman herkende de apostel en wilde ervandoor gaan maar die riep hem toe dat niet te doen. Johannes zei tegen hem: „Wees niet bang. Ik zal voor jou rekenschap geven aan Christus. Als het nodig is, zal ik vrijwillig voor jou de dood sterven, zoals de Heere voor ons deed.” De rover gooide daarop zijn wapens weg, begon te huilen en werd door de apostel omhelsd. Ten slotte werd de jongeman verenigd met de gemeente.
Dr. Witkamp zei dat dit verhaal ervan getuigt dat de Vroege Kerk zich door Christus aangesproken wist. Johannes vereenzelvigde zich met Christus door op zoek te gaan naar het verlorene. „Wanneer de rover door Johannes wordt aangesproken, wordt hij als het ware door Christus Zelf aangesproken.”
De docent trok nog een les. „De kracht van een verhaal is dat het de lezer of hoorder in het hart kan raken, vaak op meer directe wijze dan een betoog of preek. Wie voelt zich niet aangesproken door de verhalen van de verloren zoon of van de farizeeër en de tollenaar? Door een zekere identificatie met een van de verhaalfiguren worden we uitgedaagd een verbinding te leggen tussen de ervaringen in het verhaal en ons eigen leven. Wanneer wij ons identificeren met de rover, de verloren mens, zal dit oude verhaal ons aanspreken door de opofferende liefde van Christus.”
Prof. Van Willigen sprak over Johannes Chrysostomus, een van de belangrijkste christelijke predikers uit de oudheid. Hij wist zijn publiek op een blijvende manier aan te spreken, aldus de hoogleraar. Hij noemde Chrysostomus een geboren communicator, wie het lukte om een welwillende luisterhouding af te dwingen bij zijn luisteraars. „Alle afstand in zijn prediking was afwezig.”
Chrysostomus veerde vaak eerst mee met de gedachtegang van de luisteraar om op een cruciaal moment te laten zien waar het fout ging. Zijn prediking werd gedragen door een sterke innerlijke geloofsovertuiging, waarvan hij de consequenties niet onder stoelen of banken stak. „Chrysostomus hield zijn luisteraars voor dat geloofsovertuiging een leven in navolging van Christus vraagt. Hem mogen we nooit uit het oog verliezen.”