Buitenland

Sharon komt Arafat tegemoet

De Israëlische premier Ariel Sharon heeft zondag gezegd dat het aan de Palestijnse leider Yasser Arafat opgelegde reisverbod moet worden opgeheven omdat Arafat de verdachten van de moord op een Israëlische minister heeft laten arresteren.

Buitenlandredactie
11 March 2002 09:09Gewijzigd op 13 November 2020 23:27

De arrestatie van de Palestijnse verdachten was de belangrijkste voorwaarde voor de opheffing van een blokkade waardoor Arafat sinds december vorig jaar opgesloten zat in zijn kantoor in de Westoeverstad Ramallah. „Er zijn mensen gearresteerd. Ik heb hun arrestatie en hun detentie geëist”, zei Sharon zondag tijdens een reünie van legerveteranen. „Ik heb ook gezegd dat Arafat na hun arrestatie naar buiten mag.” Sharon zei niet wanneer Arafats reisverbod zal worden opgeheven.

Het Israëlische leger is vanochtend de Palestijnse stad Qalqilya op de Westelijke Jordaanoever binnengetrokken. Volgens ooggetuigen rolden zo’n vijftig tanks en pantserwagens onder dekking van helikopters de stad binnen.

Inwoners zeiden dat de Israëliërs van tevoren de elektriciteit hebben afgesloten. Vorige week voerde het Israëlische leger een vergelijkbare operatie uit in de stad Tulkarem. Het leger maakte toen jacht op Palestijnse militanten. Honderden Palestijnen werden toen gearresteerd en meegenomen voor verhoor.

Zondagavond heeft een Palestijn het vuur geopend op een groep feestvierende Israëliërs in de kuststad Ashdod. Een 16-jarige jongen raakte daarbij gewond, aldus de politie, die meldde dat de schutter, afkomstig van de westoever, is opgepakt.

Eerder op de dag zei Sharon bereid te zijn om met de Palestijnen te onderhandelen over een bestand. Hij weigerde echter het huidige militaire offensief tegen Palestijnse extremisten stop te zetten.

Sharon deed zijn uitspraken enkele uren nadat Israëlische gevechtshelikopters het kantoor van Arafat in Gaza-stad verwoest hadden, als reactie op dodelijke Palestijnse aanslagen van de avond ervoor.

Zaterdagavond blies een extremist zich op in een café in Jeruzalem, tegenover de woning van Sharon. Elf Israëliërs kwamen daarbij om het leven. Palestijnse schutters doodden in het noordelijke Netanya nog eens twee Israëliërs, een baby en een vrouw, door in een hotel wild om zich heen te schieten en met granaten te gooien. Vele tientallen mensen liepen bij de twee aanslagen verwondingen op. Aan Palestijnse zijde kwamen zeven mensen om door Israëlisch toedoen, onder wie de schutters in Netanya en een meisje van zestien.

Het aan zee liggende hoofdkantoor van de Palestijnse Autoriteit werd door minstens 25 raketten getroffen, waardoor het volkomen in puin ligt. Ook Israëlische oorlogsschepen waren betrokken bij de aanval op het symbool van de Palestijnse zelfbeschikking, waar Arafat in de loop der jaren een groot aantal wereldleiders heeft verwelkomd. Er vielen geen gewonden omdat het pand al was ontruimd.

Voorts voerden Israëlische gevechtsvliegtuigen zondag beschietingen uit op een gebouw van de Palestijnse veiligheidsdienst net buiten Gaza-stad.

De Palestijnse aanslagen op Israëliërs in Jeruzalem en Netanya waren een reactie op nieuwe invallen van het Israëlische leger in Palestijnse vluchtelingenkampen, die volgens de regering van Sharon broeinesten van moslimextremisme zijn. Ahmed Abdel Rahman, een naaste medewerker van Arafat, noemde de Palestijnse wraakacties een „gebruikelijk antwoord” op wat de Israëliërs de burgers in de kampen aandoen.

Het Israëlische kernkabinet kwam zondag in spoedzitting bijeen om zich te bezinnen op een reactie op het geweld. Verschillende ministers hebben aangegeven nog harder op te willen treden tegen de Palestijnen. Zo pleit minister Eli Yishai van Binnenlandse Zaken voor onophoudelijke aanvallen vanaf zee, vanuit de lucht en vanaf de grond - tot de Palestijnen hun leiders smeken een staakt-het-vuren af te kondigen. Maar premier Sharon zal het vermoedelijk niet aandurven nog harder op te treden, omdat hij daarmee de steun van Washington op het spel zet. Door zijn gezant Anthony Zinni opnieuw naar het gebied te sturen heeft de Amerikaanse president George Bush juist aangegeven dat een staakt-het-vuren zijn prioriteit heeft.

„Wij zijn in oorlog”, hield Sharon zijn ministers voor. „Wij moeten verenigd blijven en alles doen om onder deze golf van terreur stand te houden.” De premier zei bereid te zijn met de Palestijnen over een bestand te praten, maar dat het militaire offensief tegen extremisten zal worden voortgezet zolang er terreurdaden worden gepleegd.

Een lid van de Al-Aqsa Brigades, die aan Arafats Fatah-militie is gelieerd, opende zondag het vuur in een Joodse nederzetting in de Gazastrook. Hij verwondde twee kolonisten voor hij werd doodgeschoten. Een van de kolonisten stierf later in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. In Ramallah op de Westelijke Jordaanoever werd een Palestijn doodgeschoten toen die in de richting van een Israëlische controlepost liep. De Israëlische militairen vermoedden dat hij een zelfmoordaanslag wilde plegen. Bij de Westoeverstad Nablus kwam een 13-jarige jongen om het leven toen Israëlische militairen het vuur openden op stenen gooiende jongeren.

De aanslag in het café is opgeëist door de Hamas. De radicale beweging kondigde aan dat er nog meer aanslagen zullen volgen als vergelding voor de ”oorlog” die Sharon tegen de Palestijnse vluchtelingenkampen is begonnen. De verantwoordelijkheid voor de aanslag in Netanya is door de Al-Aqsa Brigades geclaimd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer