Kerk & religie

Angst en hoop stempelen kerk in voormalig Sovjetimperium

Toen de deur in de Sovjet-Unie plotseling openging, volgde een tijd van chaos en expansie. De angst dat die deur vroeg of laat dichtging, is er altijd gebleven, vertellen Rien en Filip Uijl, respectievelijk oud-directeur en voorlichter van Friedensstimme. Deze week viert de stichting haar veertigjarig bestaan.

Klaas van der Zwaag
18 March 2019 16:27Gewijzigd op 16 November 2020 15:33
Filip en Rien Uijl van Friedensstimme. beeld Cees van der Wal
Filip en Rien Uijl van Friedensstimme. beeld Cees van der Wal

Het is een gezellige sfeer in de loods van Friedensstimme, op een industrieterrein in Gouda. Een auto wordt volgeladen met lectuurpakketten. Om tien uur is er koffietijd. Rien Uijl, oud-directeur van de stichting, schuift ook aan. Veel herinneringen aan vroegere tijden komen aan de koffietafel langs. De jaren zeventig waren een tijd van heftige vervolgingen, maar ook van bemoedigende geloofsgetuigenissen.

Filip: „Wat ik altijd een belangrijke factor in de geschiedenis van Friedensstimme heb gevonden, is de oproep tot gebed. Het maakt je altijd klein dat je voortdurend mensen tegenkomt die elke avond voor vervolgde christenen in Rusland bidden.”

Rien: „We hadden op de eerste bijeenkomsten in de Joriskerk te Amersfoort altijd een handtekeningenactie voor bepaalde christenen voor wie we in gebed gingen. De kaarten die we stuurden –met daarop woorden uit de Bijbel– konden het leven van gevangenen ineens opfleuren.”

Die tijd van vervolging was eigenlijk een gezegende tijd.

Rien: „Absoluut. God was in alles duidelijk aanwezig, bij de strafprocessen en je proefde dat ook in het getuigenis bij de mensen die vrijkwamen.”

Filip: „Ik ken deze tijd vooral uit de boeken en van de mensen die thuis over de vloer kwamen. In 1998 had ik mijn eerste reis. Wat ik van de communistische tijd gelezen en gehoord heb, was dat de Heere het opnam voor Zijn kinderen. Niet altijd, want er gebeurden ook verschrikkelijke dingen en mensen stierven in de gevangenissen. Maar er waren voorbeelden waarin de Heere God liet weten: Wie aan Mijn kinderen komt, komt aan Mijn oogappel. We willen die verhalen nog steeds doorgeven.”

Rien: „De geloofsgetuigenissen waren het zaad van de kerk in de gevangenis.”

En toen kwam de onverwachte expansie in de jaren negentig.

Rien: „Het heeft zich alles in drie maanden afgespeeld. Ik was in februari 1988 in Rostov, toen de politie ons nog achtervolgde. Drie maanden later liepen wij in een dorp in Siberië vrij op straat met de Bijbel rond en evangeliseerden wij. We kregen zelfs een verzoek van het Kremlin om Bijbels uit te delen. We hebben toen met Kerst aan alle parlementsleden en Gorbatsjov lectuurpakketten uitgedeeld, waaronder kinderbijbels en Bunyans Christenreis.”

Filip: „Er kwam in de jaren negentig niet alleen een geestelijke, maar ook een culturele honger naar het onbekende. Toen de communistische partij uit elkaar viel, stortte het leven van talloze Russen in. De communistische heilsstaat leefde nog voor veel mensen.”

Maar toch was er weer de angst: de deur gaat open en kan ook zo weer dicht gaan.

Rien: „Ja, vooral de eerste jaren was dat het geval.”

Filip: „En dat is bij veel christenen gebleven. Men denkt dat de ruimte om het Evangelie te brengen vroeg of laat wordt ingeperkt. De oudste broeders hebben dat altijd gezegd en ook sommige jonge broeders zeggen dat nu. De Russisch-Orthodoxe kerk is alomtegenwoordig. De afgelopen jaren zijn er duizenden orthodoxe kerken gebouwd. De mensen zetten in de afgelegen dorpen niet meer automatisch de deuren voor je open. Ze zijn argwanend geworden. Jullie komen een andere godsdienst brengen, zeggen ze, want Russen zijn orthodox. Ook vinden ze dat buitenlanders een ander en vreemd geloof brengen. Baptisten worden weer sektariërs genoemd.”

Soms hoor je van een wrijving tussen de eerste en tweede generatie.

Filip: „Jongeren hebben wel een andere opvatting dan de oude generatie. Zij zoeken sociale media op en gebruiken internet. Daar zit wel een bron van spanning. De broeders kijken naar Facebook en Instagram niet alleen met zorg, maar willen zelfs vermanend optreden. De oudere broeders geloven nog steeds dat de KGB meeluistert op elke telefoon. Dat alles zorgt voor onbegrip bij jongeren.”

Rien: „Veel jongeren zijn na de Wende tot geloof gekomen. Ze hebben geen weet meer van verstoorde diensten of verboden samenkomsten in de sneeuw. Ze kunnen studeren en werken aan een carrière. Een minderheid kiest bewust voor de gemeente. De broederraad regeert strak, hoewel je er toenemend ook meer jonge broeders ziet.”

De niet-geregistreerde baptisten houden nog steeds vast aan de volwassendoop. Wat gebeurt er als jongeren zich niet laten dopen?

Filip: „Ze trekken doorgaans de wereld in, maar ook het omgekeerde komt voor: mensen die zich hebben laten dopen, kiezen voor de wereld. Toch kun je niet zeggen dat de toelating zomaar plaatsvindt. Het is nog steeds de gewoonte dat de hele gemeente bepaalt wanneer iemand gedoopt mag worden. De gemeente stelt diepe vragen aan de dopeling, of iemand wel vernederd is geworden in zijn leefomgeving. De gemeente bepaalt uiteindelijk of de doop bediend kan worden. De ene gemeente is wel veel strenger in het toelaten dan de andere.”

Zorgen

Friedensstimme heeft zorgen over Turkmenistan. „Daar waren gemeenten die vroeger tot bloei zijn gekomen, maar als we er nu komen, zie ik eigenlijk alleen maar vogeltjes met geknakte vleugels. Christenen komen stiekem bij elkaar en er is niet meer de vrijmoedigheid en expansie van vroeger. In Oezbekistan is er ook vervolging, maar daar is een opwekking gaande. Moslims komen tot geloof. Dus twee landen naast elkaar: allebei islamitische landen, in beide vervolging, maar een totaal andere situatie. Verder hebben wij zorgen over de vele duizenden verloren dorpen in Siberië. Mensen gaan daar ten onder in alcohol en leven totaal zonder enige hoop.”

Rien: „Het is mooi dat jongeren nog steeds het voortouw nemen in het evangelisatiewerk. Ik ontmoette vorig jaar in Sint-Petersburg een groep die op zaterdagavond ging evangeliseren. De jongerenvereniging in Moskou is erg actief op het gebied van evangelisatie, ook onder studenten.”

Ligt de registratie onder baptisten nog gevoelig?

Filip: „Het wordt gewoon niet gedaan. Er is een nieuwe registratiewet die strenge eisen stelt aan kerkelijke gemeenten. Het maakt het gemeenteleven nog niet onmogelijk. Gemeenten maken zich er niet veel zorgen over, ook al worden voorgangers regelmatig beboet. Soms zijn er zelfs uitspraken van rechters ten voordele van de mensen. Niet-geregistreerde baptisten zien hun bijeenkomsten niet als illegaal, want de grondwet en federale wetten hebben vastgelegd dat kerken vrijheid hebben om samen te komen. Tegelijkertijd verklaren veiligheidswetten bepaalde bijeenkomsten als illegaal. Het is maar net op welke wetten je de nadruk legt.”

Wat zit achter deze registratiewet? Angst voor religieus extremisme?

Filip: „Belangrijke oorzaak is het optreden van de Russisch-Orthodoxe Kerk. De strenge wetten zijn er op voorspraak van deze kerk gekomen. Je mag voor het Kremlin wel een andere kerk zijn, maar dan moet je je wel registreren en dat is een complex gebeuren. Er worden nu diensten verstoord in Centraal-Azië. Wij denken dat dit vroeg of laat ook weer in Rusland zal gebeuren. Een van de speerpunten voor de toekomst is het steunen van de gezinnen van de evangelisten en de vervolgde broeders en zusters in de islamitische staten van Centraal-Azië. En daarmee zijn we weer terug bij de doelstelling van Friedensstimme in de begintijd.”

Rien en Filip Uijl, een gezamenlijke passie voor Rusland

Rien Uijl (Gouda, 1946) was zestien jaar werkzaam bij het Unilever Research Laboratorium in Vlaardingen. Vanaf 1979 was hij betrokken als oprichter bij Friedensstimme Nederland, na 1988 als directeur. Rien is getrouwd en vader van zeven kinderen. Hij heeft met een onderbreking van vijf jaar 29 jaar deel uitgemaakt van de kerkenraad van de gereformeerde gemeente te Bodegraven.

Filip Uijl (Bodegraven, 1983) werkte na de Pabo zes jaar in het speciaal basisonderwijs. In 2005 begon hij in deeltijd als voorlichter bij Friedensstimme, sinds 2011 fulltime. Filip is getrouwd en heeft drie kinderen. Hij is sinds kort ouderling in de gereformeerde gemeente van Bodegraven.

Friedensstimme houdt vrijdag –22 maart– in Gouda een dankdienst om stil te staan bij het veertigjarig jubileum. Daarnaast besteedt Friedensstimme tijdens de jaarlijkse jongerendag (10 juni, Tweede Pinksterdag) en de jaarlijkse ontmoetingsdag (5 oktober) aandacht aan het jubileum.

„Vervolgde kerk bruiste”

Rien Uijl kwam in 1978 in contact met Russische christenen via een Daniëlkamp in Duitsland. Iemand had de stafleden getipt dat daar dichtbij een groep uit Rusland afkomstige christenen was die rechtstreeks contact hadden met de gelovigen in de Sovjet-Unie. Zo kwamen ze in contact met een jonge Ruslandduitser, Jacob Janzen, die toen net drie maanden in Duitsland was. Hij bezocht de jeugdgroep met zijn zus in het kamphuis.

Door de boeken van Richard Wurmband wist men hoe het toeging in Hongarije, Roemenië en de andere satellietstaten, maar van Rusland wist men weinig of niets. Rien Uijl: „We hadden een bepaald beeld van de lijdende kerk, met een streep onder lijden. Maar we zagen een kerk die bruiste van leven! Die vastheid, vrede en rust uitstraalde, een gemeente die jaloers maakte. Er was getuigenis van Gods trouwe zorg voor de gezinnen waarvan de vader in de strafkampen verbleef. We zagen filmbeelden van verboden samenkomsten in de bossen. We hadden het besef: dit moeten méér mensen weten. Later hebben we Janzen uitgenodigd in Holland. Dat was de knuppel in het hoenderhok. De mensen in Rusland waren dankbaar en stimuleerden ons vooral foto’s en filmbeelden te laten zien. „Bekendheid kan ons alleen maar helpen!””

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer