Kerk & religie

Dr. Van den Herik op contio GB: Profetie OT is als venster en diamant

Wat mist de Bijbellezer die de heilsprofetieën oppervlakkig leest of zelfs overslaat? Heel veel, aldus dr. A. J. van den Herik. „Wie de heilsprofetieën niet leest, kan geen antwoord geven op al te fantastische toekomstverwachtingen.”

Van onze verslaggever
4 January 2019 09:02Gewijzigd op 16 November 2020 15:00
De predikantencontio van de Gereformeerde Bond in Doorn. beeld RD, Henk Visscher
De predikantencontio van de Gereformeerde Bond in Doorn. beeld RD, Henk Visscher

De hervormde predikant uit Moerkapelle sprak donderdagmiddag in Doorn op de eerste dag van de tweedaagse predikantencontio van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland. De bijeenkomst werd bezocht door zo’n honderd predikanten.

Dr. Van den Herik ging in op het thema ”Belofte en vervulling. Bijbels-theologische en hermeneutische overwegingen rond de profetische heilsverkondiging”. De predikant stelde dat de geschiedschrijving in het Oude Testament geheel doortrokken is van het profetisch perspectief. „De Babylonische ballingschap wordt gezien als het oordeel van God over de zonden van het volk. Maar God houdt het volk vast. In alle profetieën van vóór en na de ballingschap is altijd iets van hoop opgenomen.”

De tijdsperspectieven van de profetieën zijn vaak onbepaald, aldus de Moerkapelse predikant. „De toekomst wordt vaak voorgesteld als één geheel. Dat is geen onkunde, maar laat juist zien dat God toewerkt naar Zijn eindtriomf. Dat geeft aan de profetische verkondiging een actuele spits. Profeten roepen op tot volharding en waakzaamheid. De profetische prediking is altijd gericht aan concrete personen of groepen, en gericht op bekering.”

In de manier waarop de toekomst in profetieën wordt geschilderd is de theologische boodschap belangrijker dan de feitelijke concrete beschrijving, stelde dr. Van den Herik. „Ezechiël en Zacharia beschrijven heel verschillende steden, met andere poorten. Letterlijk sluiten die profetieën elkaar uit, maar theologisch-symbolisch vullen ze elkaar aan.”

Dr. Van den Herik gaf zijn publiek enkele uitlegkundige overwegingen mee. „Het gaat in een profetie niet om wat mensen dachten of droomden, maar om de openbaring van God. De profetie heeft een duidelijke doelgroep: de Joodse gemeenschap in en na de ballingschap. Christenen van nu zijn toegevoegde hoorders. Israël was de eerste hoorder, als natuurlijke rank van de wijnstok.”

Christenen hebben het Oude Testament uit de hand van Christus ontvangen, aldus dr. Van den Herik. „Door Hem ontvangen we de rijkdom van Gods beloften. Vanuit Hem vindt een perspectiefwisseling plaats. Dat is een recontextualisering; we lezen de beloften in een nieuwe context, maar dat betekent niet dat de aandacht voor Israël verslapt.”

Als „leesbril” voor het lezen van de profetieën samen met Israël en vanuit het Nieuwe Testament gebruikte de predikant de beelden van het venster en de diamant. „Als je kijkt door het venster, zie je iets van wat God gaat doen. Maar zelfs als je alle vensters zou gebruiken, zie je niet alles. Ons is immers geen helicopterview gegeven. En zoals een diamant verschillende kanten heeft, heeft een profetie verschillende elementen. Het is een actueel woord, maar het is nooit actualistisch. Je kunt het nooit fixeren. Daarmee blijft het een actueel en urgent woord voor alle tijden.”

Canon

Prof. dr. Frits van Oostrom, universiteitshoogleraar aan de Universiteit Utrecht, hield ’s morgens een causerie over de betekenis van de Canon van Nederland voor de huidige cultuur en samenleving. In zijn voordracht legde hij uit hoe de canon, een lijst van vijftig thema’s –”vensters”– die de geschiedenis van Nederland samenvat, tot stand is gekomen.

Prof. Van Oostrom stelde dat de compactheid van de canon het voor basisscholen mogelijk maakt extra aandacht te besteden aan thema’s die men vanuit de eigen achtergrond belangrijk vindt. „Scholen hebben de ruimte om eigen vensters te maken en bestaande vensters in te vullen. Het venster van de Statenbijbel zal voor veel christelijke scholen belangrijk zijn. Maar er zijn delen van de Nederlandse bevolking die via de canon voor het eerst zullen horen over de Statenbijbel. Zij weten niet van het bestaan van die Bijbelvertaling af.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer