Tapijtstad Genemuiden onderneemt er lustig op los
Genemuiden lijkt de ideale samenleving. Kerken zitten vol, de vele familiebedrijven zijn gezond en inwoners kijken naar elkaar om. Is er dan helemaal geen reden tot zorg? Jawel. Er is een nijpend ruimtegebrek, de alcoholconsumptie kan best wat minder en ineens zijn daar drugs.
Kaarsrechte sloten doorklieven de Mastenbroekerpolder, net onder de kop van Overijssel. Reigers staan roerloos aan de waterkant. Dorre rietkragen wuiven zacht. De kerktorens van Kampen, Hasselt en IJsselmuiden staan als piketpaaltjes om de stille, groene weiden.
Aan de noordkant van deze oudste polder van het land ligt Genemuiden. Grote bedrijfspanden bepalen de aanblik van deze stad aan het Zwarte Water, een vertakking van de IJssel. „Het gaat goed met Genemuiden: de auto’s op de boot worden steeds dikker”, vertelt Hendrik Schuitemaker (53) die gehuld in een blauwe overall de stuurknuppel van zijn veerpont bedient. Zoals iedere morgen vaart hij tientallen keren heen en weer over het Zwarte Water, vooral om forenzen in Genemuiden aan wal te zetten. „Vanuit de wijde omtrek verdienen mensen hier hun brood”, weet de veerman, die zelf in het Overijsselse Olst woont.
Waar komt die bedrijvigheid vandaan? „Gaellemunigers hebben een no-nonsensementaliteit, werken hard en zijn enthousiast. Hoe de zaken gaan, is altijd het gesprek van de dag. Dat stimuleert de nieuwe generatie om mee te doen”, verklaart Berthran Selles (51), voorzitter van Ondernemerskring Genemuiden. De 163 ondernemingen die deze vereniging telt, maken bijna het volledige bedrijvenpark van de stad uit.
Tapijtindustrie
Wie Genemuiden zegt, zegt: tapijt. Vloerbedekkingen uit het havenstadje gaan de hele wereld over. De industrie kent een lange geschiedenis. Al in de 16e eeuw maakten Genemuidenaren matten van biezen die volop langs de Zuiderzeekust groeiden. Rond het begin van de vorige eeuw begonnen ze ook kokosmatten te vervaardigen. Er werd hard gewerkt voor een schamele boterham. Pas toen de industrie zich in de jaren 60 richtte op het maken van zachte vloerbedekkingen, stroomde het geld binnen. Sindsdien groeien de bedrijventerreinen in Genemuiden als kool. Ze beslaan inmiddels een groter oppervlak dan de woonwijken. Uniek in Nederland.
De economische vooruitgang stuit op problemen. Nu bedrijven na de crisis weer hard doorgroeien, is de ruimte op. Uitbreiden kan niet zomaar, want Genemuiden ligt ingesloten. „Aan de noordkant stroomt het Zwarte Water, de andere zijden grenzen aan de Mastenbroekerpolder, beschermd natuurgebied”, legt Selles van de plaatselijke ondernemerskring uit.
Het zou volgens de Genemuidenaar, zelf ondernemer, „heel onwenselijk” zijn als bedrijven zich door het ruimtegebrek buiten de stad gaan vestigen. „De tapijtindustrie zou dan uit elkaar worden getrokken, terwijl de kracht ervan juist is dat we zo dicht bij elkaar zitten. De lijntjes tussen bijvoorbeeld leveranciers en groothandels zijn kort. En de expertise zit hier. Dat moet zo blijven. Bovendien, hoe kun je als Gaellemuniger nou trots zijn op een bedrijf buiten de stad? Ondernemers willen helemaal niet weg. Maar als ze niet kunnen uitbreiden, moeten ze wel.”
Laodicea
„Met de komst van het grote geld groeide het materialisme”, vertelt ds. W. G. Hulsman van de plaatselijke hervormde gemeente bezorgd. De Bondspredikant is soms bang dat Genemuiden te veel op Laodicea gaat lijken. „Die Bijbelse plaats kende ook een bloeiende tapijthandel, maar Jezus veroordeelde de inwoners omdat ze te veel opgingen in hun rijkdom.” Tegelijk nuanceert hij: „Genemuidenaren zijn niet decadent, hoor. En iedereen deelt hier in het goed. Komt iemand in geldnood, dan schieten anderen te hulp. De collecte in de kerk vergeten ze ook bepaald niet.”
Meer dan de helft van de ruim 10.000 Genemuidenaren zit ’s zondags in de kerk. De stad telt zes bedehuizen. Een gereformeerde gemeente (ruim 2100 leden), een hersteld hervormde gemeente (1350 leden), twee hervormde gemeenten binnen de PKN (totaal 1200 kerkgaande leden), een gereformeerde kerk (op papier 1100 leden) en een christelijke gereformeerde kerk (300 leden). „De samenwerking is tegenwoordig goed. Zo is er sinds vijf jaar een jeugdhonk dat vanuit alle genootschappen wordt gesteund”, vertelt ds. Hulsman.
„Vroeger was er een tikkeltje vijandigheid tussen bepaalde gemeenten. Dat slijt de laatste jaren gelukkig”, merkt ook ds. C. Hogchem, die nu ruim achtenhalf jaar in de gereformeerde gemeente staat. De kerkelijke betrokkenheid, ook van de jeugd, is volgens de predikant in Genemuiden groot. „De opkomst is op zondag goed en nam de afgelopen jaren bij de doordeweekse Bijbellezingen zelfs toe.”
Mevrouw Hogchem komt de studeerkamer binnen. „Zie hier de beste bewoner van dit huis”, lacht de predikant. Lang zal het echtpaar niet meer in de tapijtstad wonen. Vorige week nam ds. Hogchem een beroep naar Aalburg aan.
Slijterij
Gaellemunigers lusten graag een biertje. Ds. Hogchem: „De jeugd ontmoet elkaar op vrijdag- en zaterdagavond vaak in keten. Op sommige plekken is er een gezellig, bedaard samenzijn. In andere keten slaat de duivel op de trom en drinkt men veel alcohol. Dat zijn zaken die bedroeven en worsteling geven, ook bij ouders.”
Alle predikanten uit Zwartewaterland gaan halfjaarlijks met de burgemeester om tafel tijdens een pastoresoverleg. Ze bespreken actuele zaken, zoals het drankmisbruik, en bedenken wat de kerken hierin kunnen betekenen. „Afgelopen maandag werd in onze kerk bijvoorbeeld een bijeenkomst georganiseerd waarin een preventiemedewerker van stichting Terwille vertelde over de gevaren van alcohol. Ook waarschuw ik nu nadrukkelijker vanaf de kansel voor het overmatig drinken”, vertelt ds. Hulsman.
Tijdens een van de laatste pastoresoverleggen sloeg de burgemeester alarm. Het drugsgebruik, met name onder jongeren, neemt toe in Genemuiden. Ook bij de kerkelijke jeugd? De predikanten Hogchem en Hulsman hebben geen signalen ontvangen die daarop wijzen, maar realiseren zich dat kerkmuren dit niet tegen kunnen houden.
Wijkagent Jochem Schreurs (35) snapt het signaal van de burgemeester. „De laatste jaren ontmoet ik weleens jongeren die het gebruiken, of ik vind zakjes met resten van heroïne erin.” Het probleem is volgens de agent echter nog relatief klein. Hij vindt het opvallend dat drugs zoveel stampij veroorzaakt, terwijl alcohol algemeen geaccepteerd lijkt. „Ik mis betrokkenheid van ouders om het drankprobleem op te lossen. Dat komt wellicht door de schaamtecultuur hier. Wil je hier over oplossingen praten, dan is duidelijk dat je een probleem hebt. Daar wil men niet mee in de openbaarheid komen, dus verdwijnt het in de doofpot.”
Klapstoeltjes
In de haven van Genemuiden zitten drie gepensioneerde mannen op klapstoeltjes te vissen. Een trommeltje met aas naast zich. Ze willen niet met hun naam in de krant. „Dat hoort bij Gaellemunigers. We staan liever niet in de belangstelling”, vertelt de meest succesvolle visser. Om de halve minuut trekt hij nonchalant een vis uit het water. De vriendelijke man kletst honderduit. „Je bent hier echt in de mooiste plaats van Overijssel en omstreken”, verzekert hij. „Veel mooier dan Zwartsluis, bijvoorbeeld. Dat is echt een ander soort mensen.”
Genemuiden, Hasselt en Zwartsluis; voor buitenstaanders lijken de plaatsen veel op elkaar. „Ze zien zelf echter vooral de verschillen”, vertelt burgemeester Eddy Bilder (54) glimlachend. Het voormalig CDA-Tweede Kamerlid draagt nu bijna acht jaar de ambtsketen in Zwartewaterland.
Bilder woont in Genemuiden. „De overstap van de hofstad naar de tapijtstad voelde weldadig aan. Als ik in Den Haag van mijn appartement naar de Tweede Kamer liep, kwam ik honderden mensen tegen; niemand zei iets. De paar mensen die je hier tijdens een wandeling tegenkomt, groeten allemaal.”
Naoberschap
Elkaar gedag zeggen, een praatje maken, peilen hoe de vlag erbij hangt: dat hoort volgens Bilder bij „het collectivisme dat in de aard van de mensen hier zit. Het leven in groepsverband vindt men heel belangrijk. In deze streek heet dat in dialect het naoberschap. En dat is kerkmuuroverstijgend. Indien nodig bieden mensen elkaar de helpende hand; problemen worden veelal onderling opgelost. Maatschappelijke instellingen hebben hier weinig werk.”
Wie het over Genemuiden heeft, kan niet om zingen heen. Het grote aantal koren, dertien, is imposant, maar vooral het psalmzingen met bovenstem geniet bekendheid. Het eeuwenoude gebruik werd in 2013 bekroond als immaterieel cultureel erfgoed. Zelfs een aantal basisscholen heeft een bovenstemgroep, zodat de traditie niet verloren gaat. Tekenend voor Genemuiden. De vriendelijke stedelingen houden graag vast aan oude gebruiken.
Innovatieve stad heeft zijn karakter behouden
Erik Driessen (47) is journalist en eigenaar van de website genemuidenactueel.nl. Dat nieuwsplatform ontstond rond de eeuwwisseling, als een soort protestwebsite. „Genemuiden, Hasselt en Zwartsluis werden toen als gevolg van een herindeling samengevoegd in de gemeente Zwartewaterland. Vooral Genemuidenaren vonden dat niet prettig. Ze wilden hun eigen boontjes blijven doppen. Genemuiden Actueel werd opgericht als ‘eigen’ nieuwsvoorziening over die herindeling”, vertelt de journalist. Driessen is in de tapijtstad geboren en getogen, maar woont inmiddels in het nabijgelegen Sint Jansklooster.
„Twintig jaar geleden dacht ik dat Genemuiden zou veranderen. Niet dat de stad ouderwets is, juist niet, maar ik verwachtte dat de reformatorische meerderheid langzaam zou verdwijnen. Dat is zeker niet gebeurd”, merkt Driessen op. „Over de koopzondag praten politici hier bijvoorbeeld niet eens. Alleen de VVD heeft het er in verkiezingstijd weleens over. Ondernemers hebben er ook geen baat bij als ze zeven dagen per week open zijn. Daarmee jagen ze veel klanten tegen zich in het harnas.”
Ordentelijk
Driessen woont als freelance-journalist sinds tien jaar de gemeenteraadsvergaderingen in Zwartewaterland bij. „Het gaat er altijd ordentelijk aan toe. De raad heeft ook al lange tijd dezelfde samenstelling. Er is een stevige confessionele meerderheid.”
Bij de afgelopen verkiezingen werd de Overijsselse gemeente toch verrast. Vanuit het niets kwam BuitenGewoon Zwartewaterland met drie van de negentien zetels in de raad. Ze belandden zelfs in het college, samen met de SGP en de CU. Driessen: „De nieuwe partij zegt de politiek te willen veranderen, maar tot dusver is dat nog niet echt zichtbaar. De veranderingen zijn volgens de andere partijen in ieder geval nog niet aanwijsbaar. Ook de wethouder kan ze moeilijk benoemen.”
serie In de Biblebelt
Wat houdt plaatsen in de Biblebelt bezig? Twaalf portretten. Deel 6.