Evangelisten geweerd uit Russische gevangenissen
Door de zogenoemde gevangenisbedieningen is na de val van de Sovjet-Unie een groot aantal criminelen tot geloof gekomen. Het bezoeken van gedetineerden door protestantse christenen staat echter al enkele jaren op een laag pitje. De Russische overheid en de Orthodoxe Kerk liggen dwars.
Sergej Zabigalov uit de noordelijke Kaukasus kent de waarde van dit soort gevangenisbedieningen. Hij kwam begin jaren negentig tot geloof in een gevangenis waar hij vastzat voor drugshandel. Daar bekeerde hij zich van zijn zondige levensstijl en besloot zich te laten dopen. Sinds twintig jaar gaat hij met zijn gezin naar een baptistenkerk. Zabigalov: „Als God niet door de mensen die mij kwamen bezoeken had gewerkt, had ik hier niet gezeten.”
Criminelen
In Russische kerken zitten relatief veel voormalige criminelen. Vooral in de jaren negentig was er in Rusland een grote vrijheid om te evangeliseren, ook in gevangenissen. Een groot aantal criminelen bekeerde zich tot evangelische of pinkstergemeenten. Aan deze opleving kwam een einde toen in 2015 antiterreurwetten werden ingevoerd. Daarin legde de Russische regering onder meer missionaire activiteiten aan banden, ook in gevangenissen.
Vitali Mokroesjin is pastor van een mennonietenkerk in de Russische stad Sol-Iletsk, in de regio Orenburg. Hij leidt een gemeente van zo’n dertig leden. Mokroesjin leerde God kennen in 1996 en kreeg naar eigen zeggen een roeping om gedetineerden in de gevangenis in zijn stad te bezoeken. Wekelijks ging hij bij gevangenen langs om met hen in de Bijbel te lezen en te zingen. Zijn preken klonken via de geluidsinstallatie van de gevangenis. Voor dit soort bezoeken had hij toestemming van de overheid.
Ook privé sprak Mokroesjin veel met gedetineerden. „We organiseerden een doopdienst voor een van hen”, vertelt hij tegenover de Russischtalige nieuwssite Meduza. Een aantal gevangenen was veroordeeld tot levenslang en bekeerde zich dankzij de bezoeken van Mokroesjin. „Ze wilden hun leven beteren in het overgebleven deel van hun bestaan.”
Gevangenisbewaarders zeiden hem dat hij moest blijven komen. De bekeerde gevangenen werkten hard.
Volgens Roman Loenkin, onderzoeker van de Russische Wetenschappelijke Academie voor Filosofie, bouwen Russische protestanten voort op het feit dat relatief veel van hun leden zelf ook in de gevangenis hebben gezeten. In de jaren veertig en vijftig bekeerden steeds meer mensen zich tot het protestantisme, onder wie baptisten en leden van evangelische stromingen. De Sovjet-Unie zette deze mensen vaak achter slot en grendel. „Het percentage protestanten dat celstraffen of boetes kreeg, is relatief hoog. Vandaar dat de sympathie voor gevangenen in de Russische protestantse wereld erg groot is”, aldus Loenkin.
Ook zijn protestanten veel actiever dan leden van orthodoxe kerken in het bezoeken van gevangenen. Loenkin waarschuwt voor het verbod op het werk van protestantse voorgangers in de gevangenis, aangezien dat kan leiden tot meer criminaliteit als gedetineerden de cel verlaten. „Dat kan landelijk worden gevoeld, maar vooral in regio’s met veel gevangenissen, zoals Komi en Mordovia.”
Koud geloof
In 2015 besloot de overheid Russische protestanten niet langer toestemming te geven om gevangenissen te bezoeken. Alleen aanhangers van vier grote religies mogen nog pastoraat bieden: joden, moslims, boeddhisten én Russisch-orthodoxen. Mokroesjin vindt dat jammer. „Als mensen het Woord van God lange tijd niet horen, wordt hun geloof koud.”
Sergej Rjachovski, voorzitter van de Russische Associatie van Evangelische Christenen, kreeg te horen dat er geen evangelische gevangenen bestaan. „Ze zijn allemaal orthodox gedoopt.”
In de regio is er misschien nog hoop voor protestanten die hart hebben voor gedetineerden. Er is namelijk één manier waarop protestanten tóch toegang kunnen krijgen tot de gevangenis. Men moet daarvoor een verzoekbrief van een gevangene krijgen. Die brief gaat langs een orthodoxe priester, daarna naar een bureau dat verantwoordelijk is voor contacten met de kerkelijke gemeente, en dan naar de protestantse pastor. De kans dat het op die manier lukt, is menselijkerwijs gesproken echter klein.