Buitenland

Rechtszaak over geweldsvideo’s in VS verloren

Een Amerikaanse rechter heeft maandag geoordeeld dat de makers van gewelddadige videospellen en films geen medeverantwoordelijkheid dragen voor de bloedige schietpartij drie jaar geleden op de Columbine High School in de Verenigde Staten.

AP
6 March 2002 09:45Gewijzigd op 13 November 2020 23:27

Nabestaanden van enkele slachtoffers hadden de zaak aangespannen omdat zij van mening zijn dat de jeugdige daders, Eric Harris en Dylan Klebold, sterk waren beïnvloed door gewelddadige videospellen en films. Zij hadden 5 miljard dollar geëist van 25 producenten van als gewelddadig bestempelde films en videospellen.

Rechter Lewis Babcock oordeelde echter dat de producenten, onder wie Nintendo, Sega, Sony, Time Warner en de makers en uitgevers van het computerschietspel Doom, niet konden voorzien dat hun producten aanleiding zouden geven tot het bloedbad van Columbine of tot andere gewelddadigheden.

Eric Harris en Dylan Klebold schoten op 20 april 1999 twaalf medeleerlingen en een leraar dood en verwondden 23 mensen voordat zij de hand aan zichzelf sloegen. Bij het onderzoek naar de achtergrond van het bloedbad vond de politie onder meer een videoband waarop een van de daders stond met een geweer dat hij „Arlene” noemde, naar een figuur uit ”Doom”.

Advocaat John DeCamp zei er zo goed als zeker van te zijn dat de nabestaanden in hoger beroep zullen gaan tegen de uitspraak.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer