„Christenen weten van het einde van het kwaad”
De christelijke kerk heeft de wereld iets fundamenteels te bieden, aldus prof. dr. Beatrice de Graaf woensdag tijdens een werkcollege in Zeist. „Bijvoorbeeld in de kerkelijke liturgie met haar rituelen.”
De hoogleraar geschiedenis van de internationale betrekkingen aan de Universiteit Utrecht sprak op uitnodiging van Areopagus, centrum voor contextuele en missionaire prediking. Dat is een onderdeel van de IZB, vereniging voor zending in Nederland. De bijeenkomst had als thema: ”Verlos ons van de boze”.
Prof. De Graaf, schrijver van het essay ”Heilige strijd”, vindt het opvallend dat jongeren in de leeftijd van 18 tot 25 jaar meer angst hebben, terwijl het statistisch gezien veiliger wordt in Nederland. „Studenten in Utrecht vinden dit jaar voor het eerst dat het bergafwaarts gaat met de geschiedenis.” Ze constateerde dat er nu anders over het kwaad wordt gesproken dan in de twintigste eeuw. „Het kwaad wordt niet meer verbonden met God en de zin van het lijden. Ook wordt er minder gesproken over barmhartigheid en vergeving. Die woorden zijn moeilijk uit te leggen aan studenten.”
Beleid en bestuur hebben volgens de hoogleraar geen goed antwoord op het kwaad, terwijl christenen dat wel hebben. De terrorisme-expert haalde daarbij de woorden van Augustinus aan: „Wij hebben weet van het einde van het kwaad. God heeft die heilige strijd gestreden.”
Heimat
Prof. De Graaf verwees naar de hernieuwde aandacht voor het begrip ”heimat”. Dat wijst op een zoeken naar geborgenheid, op een bepaalde plaats, in een historische omgeving en in een gemeenschap. Groen van Prinsterer kwam volgens prof. De Graaf in de negentiende eeuw al op voor het eigen vaderland. „Hij was de eigenlijke grondlegger van het begrip God-Nederland-Oranje.”
Mensen zijn volgens prof. De Graaf tegenwoordig massaal op zoek naar heimat, nu God, gebod en gezag zijn afgeschaft. Wetenschappers wijzen erop dat men woont op de plaats waar men recht wordt gedaan. „Als mensen de geborgenheid niet vinden in hun omgeving, zoeken ze die in hun eigen lichaam.”
De christelijke kerk heeft zoekers wat te bieden, aldus de hoogleraar. Door het opstellen van tekens en symbolen en concreet door de rituelen van de liturgie.
Volgens prof. De Graaf kan ”verheimatung” worden bevorderd door herinneringsplaatsen te koesteren, samen met de buurt dingen te doen en samen te eten. Ze wees erop dat Jezus Zijn discipelen niet zomaar vroeg om na Zijn opstanding terug te gaan naar Galilea. „Hij koesterde de streek waar Hij gewoond had.”
Diepe diagnose
Prof. dr. Maarten Wisse, hoogleraar dogmatiek aan de Protestantse Theologische Universiteit, stelde dat Augustinus een diepe diagnose van het kwaad gegeven had, en een zware oplossing. „Je moet er veel voor doen. Je moet je hele ”ik” opgeven. Het betekent dat je door een enge poort moet.”
De kerk heeft volgens prof. Wisse ook buitenstaanders wat te bieden. „De samenleving zoekt niet naar een relatief, maar naar een absoluut antwoord en een absolute keuze. Christelijke jongeren hebben behoefte aan een absoluut antwoord op de vraag hoe ze Jezus in het hier en nu kunnen volgen.”