Binnenland

Blijven herdenken op 4 mei

Wat betekent 4 mei nog voor Nederlanders in 2018? En moeten we de gevallenen blijven herdenken? Vier mensen, van jong tot oud, geven hun mening op de boulevard van Vlissingen.

Jan Dirk van Scheyen
4 May 2018 12:58Gewijzigd op 16 November 2020 13:14
beeld Jan Dirk van Scheyen
beeld Jan Dirk van Scheyen

Henny Grefen (70): „Etentje verzet”

„De 4e mei is voor mij een herinnering aan het eind van de oorlog en dan denk ik aan de 50 miljoen slachtoffers, vooral ook de militaire slachtoffers. Mijn vader heeft in de meidagen van 1940 gevochten op de Grebbeberg, hij zat bij het Achtste Regiment Infanterie. De Duitsers hebben hem als dwangarbeider te werk gesteld, een oom van mij onderging hetzelfde lot.

We moeten blijven herdenken, ook voor al die soldaten die na de oorlog in vredesoperaties sneuvelden. Ik praat regelmatig met mijn kleinkinderen over de oorlog. Toen mijn kleinzoon 12 was, nam ik hem mee naar Oorlogsmuseum Overloon. Hij was onder de indruk. Vanavond zijn mijn vrouw en ik twee minuten stil. We zouden samen uit eten gaan, maar toen ik de reservering bij het restaurant maakte, stond ik er niet bij stil dat die op 4 mei viel. Die heb ik dus verzet.

Ik ga niet naar herdenkingen. Dat zijn uiterlijke dingen. Als ik de drang heb om te herdenken, doe ik dat het liefst op een zelfgekozen moment. Voor mijn werk woonde ik overal in de wereld, herdenken doe ik thuis.”

2018-05-04-VP1-vlis1-2-FC_web.jpg
beeld Jan Dirk van Scheyen

Sjoerd de Jong (40): „Auto stilzetten”

„Het is goed dat we op 4 mei stilstaan bij de oorlog. De rest van het jaar besef je eigenlijk niet dat onze vrijheid niet iets vanzelfsprekends is. Mijn vrouw en ik woonden een tijdje in Canada. Daar hebben ze Remembrance Day, op 11 november. Dat is een groot evenement, maar dan worden beide wereldoorlogen herdacht. Stel dat de Canadezen ons niet hadden bevrijd, dan zouden we nu misschien uit de geschiedenisboeken leren dat de geallieerden schurken waren. Vorig jaar ging ik met mijn vader naar Ieper in België. Daar herdenken ze nog dagelijks de slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog. Elke dag met duizenden bezoekers: grootouders en ouders van gesneuvelden. Die massa witte grafstenen is overweldigend. Daar zijn duizenden omgekomen militairen begraven.

Vanavond zijn wij thuis ook twee minuten stil, met de kinderen. Ik praat niet vaak met hen over de oorlog, maar herdenken moet. Het is mooi dat mensen vandaag even hun auto stilzetten langs de snelweg.”

2018-05-04-VP1-vlis3-2-FC_web.jpg
beeld Jan Dirk van Scheyen

Susanne Koppejan (41): „Blijven herdenken”

„Natuurlijk moeten we op 4 mei blijven herdenken. Vorig jaar was ik er samen met mijn kinderen heel bewust mee bezig. Dodenherdenking was iets wat zo ver van hen af stond. We keken op 4 mei samen naar de Nationale Dodenherdenking. Ze begrepen het misschien niet allemaal, maar ik merkte dat ze onder de indruk waren, dat ze onbewust de beladenheid van het gebeuren aanvoelden. De huidige jonge generatie heeft wellicht niets met de herdenking, maar juist daarom moeten mensen steeds herinnerd worden aan de oorlog; het moet zichtbaar blijven. Ons gezin gaat niet naar een plechtigheid, dat is ons te massaal en komt te hard binnen. Ik heb ook nog nooit Auschwitz bezocht, het zou te overweldigend zijn. Maar er zijn veel manieren om de doden te herdenken. Ik vind wel dat onze herdenking erg gericht is op de Tweede Wereldoorlog. Er woeden nog zo veel oorlogen in de wereld, waarom niet een veelomvattende herdenking waarin ook bij deze oorlogen wordt stilgestaan?”

2018-05-04-VP1-vlis4-2-FC_web.jpg
beeld Jan Dirk van Scheyen

Louise Meijer (15): „Vergeten mag niet”

„Het is goed om vandaag te herdenken, omdat er in de Tweede Wereldoorlog heel veel doden zijn gevallen. Dat mogen we niet vergeten. Daarom vind ik dat we ook in de toekomst moeten blijven herdenken. Mijn overgrootmoeder van negentig jaar heeft honger geleden in de oorlog. Daar vertelt ze soms over. Ze moest met de fiets op hongertocht, op zoek naar eten bij boeren.

Thuis praten we niet veel over de oorlog. Mijn ouders hebben die niet meegemaakt, mijn moeder is 37 en mijn vader in de veertig. Wel zijn we vanavond thuis twee minuten stil. Dan mag er ook echt niet gesproken worden. We kijken niet naar de herdenking op tv, want we hebben geen televisie omdat we christen zijn.

Ik hoop dat die lawaaiactivist vrijdagavond geen herrie oplevert in Amsterdam tijdens de twee minuten stilte. Als je op zo’n mooi en bijzonder moment kabaal maakt, verstoor je het eerbetoon aan de doden. Dat getuigt niet van respect.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer