Syrisch-orthodoxen vieren Pasen in Glane
Duizenden Syrisch-orthodoxen uit binnen- en buitenland reisden maandag naar klooster Efrem in het Overijsselse Glane. Ze kwamen samen om Pasen te vieren, om hun doden te herdenken en om oude bekenden te ontmoeten.
Glane, maandagmorgen halftien. Het is tweede paasdag, aldus de oosterse kalender. Een voor een rijden auto’s het terrein op van het Syrisch-orthodoxe klooster Efrem in Glane. Een verkeersregelaar vindt de drukte nog meevallen. „De verwachting is dat er vandaag tweeduizend auto’s komen. Die zijn er nog lang niet.”
Eveneens om halftien begint in het klooster een dienst. De kerkzaal is nog niet half gevuld, maar dat zal snel veranderen. Een geestelijke gaat op zangerige toon voor in gebed. Links voorin de kerk staat een groepje vrouwen; rechts voorin een groepje mannen. Om de beurt geeft een groepje zingend antwoord. Afwisselend staan en zitten de kerkgangers. Af en toe prevelen ze „halleluja” of „amen.” Verder is de dienst voor een westerling niet te volgen, want de voertaal is Aramees.
Naarmate de ochtend vordert, stroomt de kerk vol. Als om halftwaalf de preek begint en de eerste en enige Nederlandse zin klinkt –„Christus is opgestaan”– kan er geen mens meer bij. Op de binnenplaats is het zo mogelijk nog drukker.
Na de kerkdienst spoedt de menigte zich naar buiten. Ze sluit zich aan bij de mensen op de nabijgelegen begraafplaats. Onder hen zijn Seydi Yanic-Savci en haar man Simon. „In 1983 overleed mijn moeder”, vertelt de vrouw. „Zij was de eerste die hier werd begraven.” Ondertussen telt de begraafplaats duizenden graven.
Op het graf van haar moeder zette het stel een kaars en bloemen. „Elk jaar komen we hier met tweede paasdag. Syrisch-orthodoxen herdenken dan hun doden. Vergelijk het met Allerzielen. In de kerk wordt voor hen gebeden. Wij doen dat ook bij het graf, samen met de pastoor die straks langskomt.”
Een dag ervoor vierden de twee de opstanding van Christus. „’s Morgens in de kerk. Daarna thuis met familie en vrienden. We wensen elkaar prettig Pasen en verbreken met lekkere hapjes de vastenperiode van vijftig dagen.”
Van een bedrukte bestemming is op de begraafplaats weinig te merken. Mensen praten druk met elkaar, sommigen kussen de graven. Kinderen delen enthousiast broodjes, paaseieren en andere zoete lekkernijen uit. Tweede paasdag is geen verdrietige dag, vinden Seydi en haar man. „Christus is opgestaan. We geloven dat mijn moeder bij Hem is.”
Op de binnenplaats is de sfeer ronduit feestelijk. In de menigte staat ook Gabriël (31) uit Enschede. Hij is met zo’n twintig familieleden naar het klooster gekomen. „Zoals altijd met Kerst en Pasen”, zegt hij met een Twents accent. „Mijn vader en oma’s liggen hier begraven.”
Voor de dienst was hij te laat. „Het was helemaal vol.” Zwaar tilt hij er niet aan, want een trouw kerkganger is hij niet en hij is zondag al geweest. Gabriël merkt dat het de laatste jaren drukker wordt in Glane. „Maar écht druk is het als Nederlands Pasen samenvalt met ons Pasen. Dan hoeft niemand vrij te nemen.”