Verontschuldigingen
Hebreeën 12:1
„Daarom dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons afleggen alle last en de zonde die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan die ons voorgesteld is.”
We lezen van een groot aantal mensen die Christus volgden om de broden (Johannes 6). Demas liep Paulus en het Evangelie een poosje achterna, maar vond het maar een mager baantje. De wereld kruiste zijn weg en hij ging die achterna. De wereld kwam hem als een schone hoer in haar zijde en fluweel onderweg tegen en gaf hem een kus en hij liep naar de poort, en zei: „Ik moet niets meer van Paulus en het Evangelie hebben.” Zo zegt Paulus (2 Timotheüs 4:10): „Demas heeft mij verlaten, hebbende de tegenwoordige wereld liefgekregen.”
Nog een andere soort is er die iets meer liefde tot de loop hebben en toch de wereld niet kunnen missen. Zoals die jongeling (Mattheüs 19:20, 21) die tot Christus kwam en zei dat „hij al de geboden vanaf zijn jonkheid af had onderhouden.” Toen Christus hem gebood dat hij alles moest verkopen en aan de armen geven en daarna Hem volgen, ging hij weg, met de moed in zijn schoenen gezonken.
Samuel Rutherford, hoogleraar te St. Andrews
(”De leer en de eer van Christus”, 1640)