Agressieve taal Libanon richting Israël
Iran bereidt zich voor op een oorlog tegen Israël. De militaire opbouw in Libanon en Syrië gaat gestaag door. De vraag is niet óf, maar wanneer dit conflict zal uitbreken.
In de vroege morgen van zaterdag 10 februari werd een Israëlische F-16 door het Syrische luchtafweersysteem uit de lucht gehaald. Bronnen in het Midden-Oosten meldden dat ook Russische adviseurs dit systeem bedienden. Dat betekende dat Moskou het groene licht had gegeven voor deze actie.
In de voorafgaande dagen had het Syrische leger onder meer in Homs en Aleppo verloren terrein heroverd. Daardoor kwamen zo’n 15.000 Syrische officieren en soldaten beschikbaar om elders te worden ingezet.
Het neerschieten van de Israëlische F-16 maakte duidelijk „dat de regels in de Syrische oorlog veranderd zijn.” Aldus een triomfantelijke Nasrallah, leider van de Libanese Hezbollah.
De beslissing om op het Israëlische vliegtuig te schieten moet op het hoogste niveau zijn genomen. Dat wijst erop dat het regime in Damascus bereid is de confrontatie met Israël aan te gaan. Voor de Libanese Hezbollah is hierbij een sleutelrol weggelegd.
De afgelopen weken bleek al dat er iets broeide in Libanon. Sinds jaren bestaat er tussen Israël en Libanon een dispuut over olie- en aardgasvoorraden in de Middellandse Zee. Het betreft de zogenaamde gebieden blok 9 en blok 4.
Tot verbijstering van Israël sloot Libanon onlangs een contract met Italiaanse, Franse en Russische bedrijven om de exploitatie in blok 4 en 9 te beginnen. Washington probeerde nog te bemiddelen, maar faalde.
Afgelopen week kwam de hogere defensieraad in Libanon bijeen en publiceerde een ongewoon harde verklaring. De raad riep het Libanese leger ertoe op de Israëlische „agressie” zowel te land als ter zee te beantwoorden. Vrijwel gelijktijdig gaf Hezbollah een video uit waarin gedreigd werd Israëlische gasplatformen in de Middellandse Zee aan te vallen.
Van Libanese politici zou men verwachten dat ze pogingen zouden ondernemen om deze verbale escalatie te sussen, maar het tegenovergestelde gebeurde.
Israël is begonnen met het bouwen van een muur langs de Libanees-Israëlische grens om zichzelf te beschermen. Het Libanese presidentiële paleis gaf in een reactie een officiële verklaring uit die zeer oorlogszuchtig aandeed. Israël werd ervan beschuldigd de stabiliteit van Libanon te ondermijnen. Er werd daarom gedreigd met „Libanese acties om te voorkomen dat Israël een muur gaat bouwen.” Tevens werd er gesproken over acties tegen „het Israëlische stelen van de Libanese olie- en aardgasrijkdom.” De machteloze houding van de soennitische premier Hariri illustreerde de feitelijke dominantie van Hezbollah.
Hezbollah werd in het verleden wel omschreven als een staat binnen de Libanese staat. De Libanese analist Hanin Ghaddar schreef onlangs echter dat Libanon intussen een staatje was geworden binnen de Hezbollah-staat. Volgens velen is ook het Libanese leger geïnfiltreerd door Hezbollah en dus door Iran.
Israël bouwt al langere tijd aan een muur aan zijn grens met Libanon en ook het maritieme conflict is niet nieuw. Iran, dat momenteel het regime in Damascus in zijn macht heeft, beschouwt de Syrische oorlog als beslist in het voordeel van Teheran en bereidt zich voor op de volgende fase, die zal bestaan uit een oorlog tegen Israël. De vraag is niet óf, maar wanneer deze oorlog zal uitbreken. De Libanese retoriek en het Syrische neerhalen van een Israëlische straaljager zijn bedoeld als provocaties. Dit laatste incident maakte duidelijk dat Israël niet langer op een welwillende houding van Rusland hoeft te rekenen.