Tachtig jaar herinneringen aan Beatrix
Oudere RD-lezers herinneren zich de geboortedag van prinses Beatrix, 80 jaar geleden, nog levendig. Anderen hebben haar later ontmoet, tijdens een van de vele bezoeken in het land of zelfs gewoon bij haar thuis. Of er zijn herinneringen aan Beatrix’ trouwdag, of haar inhuldiging. „De prinsjes dronken alle restjes chocomel op.”
L. Lindhout-Bulsink (86), Boskoop:
Op 30 januari 1938 was ik 7 jaar geworden. Omdat die dag op zondag viel, mocht ik de volgende dag op school trakteren. Dus maandagmorgen stond ik als leerling van de eerste klas heel zenuwachtig voor het eerst voor de klas om toegezongen te worden. Op dat moment ging de deur open en kwam het hoofd van onze school, de Koningin Wilhelminaschool in Doetinchem, binnen. „Er is een prinsesje geboren”, zei hij, „en voor de rest van de dag hebben jullie allemaal vrij.”
Wat een feest was dat! Maar hoe moest dat nu met ‘mijn’ feest? Alle kinderen wilden natuurlijk zo snel mogelijk naar huis. „Ga maar in de deuropening staan”, zei mijn juf. Ik heb nooit geweten dat een snoeptrommeltje zo snel leeg kon zijn! Iedereen graaide er snel wat uit om zo gauw mogelijk naar huis te kunnen.
G. H. Ebbers, Doetinchem, die op dezelfde school zat:
Onze meester ging wel drie of vier keer naar huis om te horen of er al een prins of prinses was geboren. Het was namelijk 31 januari en er waren oranje emaillen bekers met opdruk ”januari” erop gemaakt. Als er op deze dag geen geboortebericht zou komen, zouden alle bekers vernietigd moeten worden. Maar prinses Beatrix werd die dag geboren. Wij kregen vrij van school en overal luidden de klokken en was er feest.
M. den Admirant, Den Haag:
Maandag 31 januari 1938 kan ik mij nog altijd herinneren. Ik was toen 9 jaar en zat in de vierde klas van de lagere school, de Groen van Prinstererschool in Vlaardingen. Onder schooltijd werd de geboorte van de erfprinses bekend en als ik me niet vergis, kregen we de rest van die dag vrij.
Een tastbare herinnering aan de heuglijke gebeurtenis heb ik nog in bezit. Het is een aan de schooljeugd uitgereikte bronzen penning. Op de voorkant is de Nederlandse maagd met helm afgebeeld. Ze staat naast een wieg en houdt het prinsesje omhoog naar de stralen van de zon. Bovenaan lezen we: Oranje boven, in het midden: 31 jan. 1938 en onderaan: prinses Beatrix. Op de achterzijde is Paleis Soestdijk afgebeeld.
C. Blankenstijn-Morée (91), Dordrecht:
De vrouw van de hoofdmeester –ze woonde naast onze school in Zwijndrecht– kwam binnenhollen: „Er is een prinsesje geboren!” We juichten en zongen alle vaderlandse liederen die we hiervoor hadden geleerd.
De volgende dag was er op school een traktatie en warme chocolademelk uit een melkbus. We moesten zelf een beker of kroes meebrengen die niet kon breken.
J. Koetsier-Post, IJsselmuiden:
Ik ben geboren op 01-02-1938, 1 minuut over twaalf in de nacht, dus de dag nadat prinses Beatrix werd geboren. Mijn moeder kreeg van de burgemeester van Genemuiden, waar ik toen ingeschreven werd, een babyuitzet, en een vlag voor over de wieg.
In 1980 werd ik uitgenodigd voor de inhuldiging van koningin Beatrix. In de oranje bus werden we getrakteerd op oranjebitter. We mochten vooraan staan, voor het balkon waarop de koninklijke familie verscheen.
Mw. A. Snijders, Zeist:
Mijn broer werd geboren op 4 februari 1938. Moeders van baby’s die op dezelfde dag als het prinsesje werden geboren, kregen een kinderwagen. Als de baby op een andere dag in die week werd geboren, kregen de ouders een mooie luiermand. En die kreeg moeder dus ook.
Riet van Eckeveld, Maarn:
Op 31 januari 1947, de negende verjaardag van prinses Beatrix, kwam Jannie Adriana Beatrix Boone ter wereld. De collega’s van haar vader waren een weddenschap met hem aangegaan: hij zou van iedere collega een gulden krijgen als hij zijn dochter naar Beatrix zou vernoemen.
Haar vader ging door de winterse kou naar het gemeentehuis om zijn dochter aan te geven. Uiteindelijk leverde dat 25 gulden op.
Dat is de reden dat mijn moeder deze naam draagt. Deze doopnaam komt daardoor ook voor bij een dochter en kleindochters.
A. Tiggeloven, Driebergen:
Tegenover de gedenknaald bij Paleis Soestdijk was ik knecht op een huurboerderij van het paleis. Op de achttiende verjaardag van prinses Beatrix, in 1956, bood een delegatie van een paardrijvereniging uit de Noordoostpolder haar bloemen aan. Ze reden in een open koets, met ruiters eromheen.
De ruiters en hun paarden werden in vrachtwagens vervoerd, maar de koets reed zelf naar Soestdijk, vanuit De Meern. Het was zo verschrikkelijk koud dat de waterleiding op de deel bevroor, wat nooit gebeurde. De koetsier was zo koud en stijf dat we hem zo’n beetje van de bok moesten halen en naar de woonkeuken dragen. Daar hebben we hem op een stoel gezet en met een paar borrels weer een beetje bij zinnen gebracht.
’s Middags moest de koetsier met de twee zwarte paardjes terugrijden naar De Meern. Wat is er vroeger een kou geleden.
Mijn baas moest de koninklijke familie een keer vervoeren op de arrenslee. Wij gingen eerst oefenen met de paarden. De arrenslee kwam uit Apeldoorn en het tuig van de paarden werd vanuit Den Haag gebracht.
J. Heijboer-de Ruiter, Stavenisse:
Een oom en tante verhuisden eind 1965 naar Stavenisse. Op de trouwdag van prins Claus en prinses Beatrix, 10 maart 1966, gingen onze ouders met acht kinderen én ballonnen in de personenauto (toen kon dat nog) voor de eerste keer naar Zeeland.
W. Oosterbroek-Zoeten, Baarn:
Ik heb foto’s gemaakt toen de koninklijke familie in 1968 per trein naar de wintersport in Lech vertrok. Bijna niemand wist van hun vertrek, maar het was mij ter ore gekomen, en zo kon ik hen uitwuiven.
Ik werkte bij het Rode Kruis. Toen deze organisatie honderd jaar bestond, mocht ik in de paleistuin bij de viering aanwezig zijn. Daar maakte ik de foto hierboven. Naast prinses Beatrix loopt dr. Van der Helm van het Rode Kruis. Rechts prinses Irene en prins Carel Hugo.
Ik heb veel over het koningshuis verzameld. Onder meer van prinses Margriet, die net als ik in januari 1943 is geboren en ook bij het Rode Kruis actief was.
Ik maakte ook foto’s in september 1984, tijdens het werkbezoek van koningin Beatrix aan Huizen, en op 3 oktober 1995, tijdens het werkbezoek aan Baarn en mijn geboorteplaats Eemnes.
Vroeger zagen we de prinsessen nogal eens in het dorp. En nu onze koningin-moeder Beatrix op Drakensteyn woont, zien we –of we horen ervan– dat ze in onze omgeving naar de kerk ging. We hopen dat onze oude koningin nog wat jaren gespaard mag blijven en waarlijk een rijk leven mag hebben.
Een van de zusjes Waleson:
Op 8 juni 1972 kwam prinses Beatrix naar Sprang-Capelle. Als schoolkinderen zongen we bij het gemeentehuis voor haar. Toen we thuiskwamen, was daar een broertje geboren (na zes meisjes). De prinses maakte een rondrit door het dorp en kwam langs ons huis. Ze zag ons met de kraamverzorgster op straat staan, keek naar boven en zwaaide naar onze vader, die daar voor het raam stond. We waren allemaal dubbelblij.
H. Nap, Terschuur:
Ik had het voorrecht om tijdens mijn lagereschooltijd zes keer het kerstfeest met onze oud-vorstin en haar man en kinderen (toen nog peuters/kleuters) te vieren op Drakensteyn. Prinses Beatrix nodigde hiervoor kinderen uit van de hervormde gemeente van het naast het kasteel gelegen Stulpkerkje. De predikant en een enkele ouderling van onze gemeente waren ook van de partij.
Zo’n kerstfeest was een bijzondere ervaring. Nadat we de toegangspoort waren gepasseerd, liepen we naar het gazon voor het kasteel. Daar stond een grote verlichte kerstboom. We gingen er in een kring omheen staan en zongen kerstliederen. Daarna mochten we naar binnen en werden we getrakteerd op hete chocolademelk en cake, zo veel als we maar lustten. Na afloop kregen we een grote zak met kerstkransen en andere lekkernijen mee.
Prinses Beatrix en prins Claus heb ik ervaren als bijzonder gastvrij en vriendelijk. Dat prinsjes ook maar gewone kinderen zijn, bleek toen ze de gebruikte bekertjes allemaal controleerden en de restjes chocolademelk daaruit opgedronken.
Hilbrand Meerveld, Zuidhorn:
Sinds het overlijden van prinses Wilhelmina in 1962 –ik was toen 12 jaar– heb ik het koningshuis als hobby. Ik mocht in 1980 bij de inhuldiging van koningin Beatrix in de Nieuwe Kerk in Amsterdam aanwezig zijn, nadat ik een brief had geschreven. Het was bijzonder mooi. Ik heb haar een verslag ervan toegestuurd en daarin geschreven dat ik God dankbaar was dat ik het had meegemaakt.
W. Bussink-Overduin, Rotterdam:
Rotterdam, 35 jaar geleden: de koningin persoonlijk ontmoeten, dat zou mijn moeder willen! Even oud, en getrouwd op 31 januari, Beatrix’ verjaardag.
Mijn altijd inventieve moeder wist de oplossing. De koningin kwam op werkbezoek in Rotterdam en zou vanaf het Hofplein naar de Coolsingel lopen. Dus wij naar de Coolsingel. En dáár kwam onze vorstin op haar gemak aangewandeld. Alleen met één zichtbare beveiligingsagent. Mijn moeder ging naar haar toe en werd zeer hartelijk ontvangen, met handdruk en kort gesprek. Haar wens was in vervulling gegaan!
Mw. Vervoorn, Aalst:
In de zomer van 1988 kwam koningin Beatrix naar de dijkverzwaring in Hellouw (gemeente Neerijnen) kijken. Dat was vlak bij ons huis. Ik had de kinderwagen versierd met oranje strikjes. We kwamen dicht bij de koningin.
We stonden op een dikke laag grind, dus ik kon niet zo snel wegkomen toen de stoet in beweging kwam. De beveiligers maakten me duidelijk dat ik achteruit moest en vonden dat het niet snel genoeg ging. Maar de koningin keek me glimlachend aan en zei: „Doe maar rustig aan, hoor.” En terloops wierp ze een blik in de kinderwagen. Ik voelde me de koning te rijk.