Snoek: Componeer meer Bijbelliederen voor kinderen
De gereformeerde gezindte heeft Bijbelliederen voor kinderen nodig. „Investeer in het componeren van deze liederen.” Dat zei drs. L. Snoek vrijdagmiddag tijdens het symposium ”Kind en geloof” in Gouda.
Volwassenen moeten niet afdalen naar het niveau van een kind maar moeten ernaar opstijgen, stelde Snoek in zijn lezing, getiteld ”Hart voor het zingen met een kind”. „Geen enkele volwassene kan een kinderliedje zingen zoals het kind het zingt. Wij hebben veel te veel positieve en negatieve associaties om te kunnen voelen wat een kind voelt als het zingt”, zo zei de docent didactiek en pedagogiek aan de Christelijke Hogeschool Ede.
Bij het uitzoeken van geestelijke liederen voor kinderen kunnen onze associaties tot problemen leiden. „In theologisch opzicht hebben wij volwassenen een zo ver uitgewerkte overtuiging met een scala aan kerkelijke en bevindelijke gevoeligheden dat elke eenvoudige weergave ons met argwaan vervult.”
Het verantwoordelijkheidsgevoel dat velen in de gereformeerde gezindte hebben kan zo groot zijn dat men eronder gebukt gaat en dat is niet goed, aldus Snoek. „Hoe vaak wordt onze vreugde niet gedrukt door het besef dat we tekort schieten?”
Dat surplus aan verantwoordelijkheidsgevoel komt volgens hem terug bij de keuze van de geestelijke kinderliederen. Opvoeders kiezen liederen die zij theologisch en qua stijl goed vinden, terwijl die verzen misschien helemaal niet passen bij kinderen of juist zorgen voor een verkeerde beeldvorming.
Als voorbeeld van dat laatste noemde Snoek het vers ”Jezus zegt: Ik klop aan de deur van je hart”, waar het gaat over het geven van een knuffel door God. „Wie door middel van dit lied de boodschap van Openbaring 3:14 wil doorgeven en het beeld van de maaltijd vervangt door het beeld van de knuffel, versimpelt die boodschap onnodig en kan weten dat het opgeroepen beeld later ingrijpende bijstelling nodig heeft.”
Snoek wees ook op het vers ”Hoger dan de blauwe luchten” waarin de passage voorkomt: „Die van alle kind’ren houdt.” Dat laatste wordt soms veranderd in: „Die van al Zijn kind’ren houdt.” De pedagogiekdocent vindt die wijziging verkeerd. „Mogen we dat onze kinderen aandoen of mogen ze in dit lied horen en aanvoelen wat de Heere Jezus heeft voorgeleefd, namelijk dat er bij Hem liefde is voor alle kinderen?”
Snoek pleitte voor het zingen van Bijbelliederen om deze en andere gevaren die het spontane kinderlied bedreigen af te weren. „We dienen de kinderen al zingend in te leiden in de werkelijkheid van de God Die de zaken bewerkt, en in Gods grote daden. We hebben liederen nodig die het kind op een speelse manier doordringen van wat God gedaan heeft en Wie Jezus geweest is. Als we bij het aanleren van geestelijke kinderliederen inzetten op Bijbelliederen vanuit de hele Bijbel hoeven we niet meer bang te zijn voor eenzijdigheid.” Als voorbeelden van zulke liederen noemde hij ”Jozef zoekt zijn grote broers” en ”Zoek eerst het koninkrijk van God”.
De CHE-docent deed een appel op de aanwezigen om zich aan het componeren van zulke liederen te zetten, niet met allerlei theologische gedachten in het hoofd maar als een kind dat een bal in handen krijgt en ermee gaat spelen. „Als je met een kinderlijk geloof met dat lied gaat spelen, komt er een moment dat je het met kinderen zult spelen.”
Tijdens de workshop van ds. J. van Amstel, emeritus predikant binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken, zongen de aanwezigen verschillende Bijbelliederen voor kinderen.
De bijeenkomst was georganiseerd door Evangeliestek, in samenwerking met Driestar Hogeschool, de Theologische Universiteit Apeldoorn en de Bond van Hervormde Zondagsscholen.
Meer dan driehonderd ouders, ambtsdragers, leidinggevenden, leerkrachten en veel jongeren kwamen op het symposium af. Daardoor was de grote zaal te klein om iedereen een plaats te bieden.
De hoofdlezingen kwamen van Snoek en dr. M. Klaasen, hervormd predikant te Arnemuiden. Hij sprak over ”Hart voor het spreken met een kind”. Drs. E. F. van Klinken, die werkt voor Evangeliestek, hield een co-referaat over: ”Hart voor het spreken met niet-kerkelijke kinderen”. De bezoekers konden kiezen uit zestien workshops, die alle te maken hadden met het thema.
Zaaien van het Evangelie in het hart van kinderen kan een grote uitwerking hebben, zei C. M. Codée van de Bond van Hervormde Zondagsscholen in zijn openingswoord. „Door een vertelling, zelfs door een zin uit een vertelling, kan het hart van een kind geraakt worden. Het zaadje dat gestrooid is, kan uitgroeien tot een boom.”
Zie ook Kits.nl