Deel over peuters in serie ”Christelijke opvoeding” laat ouders nadenken over hun kind
„Is jullie peuter weleens bang?” „Hoe maak jij van de zondag een fijne dag voor je peuter?” Het derde deel in de serie ”Christelijke opvoeding” stelt –na eerdere delen over baby’s en pubers– peuters centraal. Het boek zet peuterouders aan het denken.
Bij veel peuterouders zal het boek met de titel ”Je peuter begrijpen” herkenning oproepen. Aan de hand van voorbeelden uit het dagelijks leven met een peuter beschrijven de auteurs –de orthopedagogen Aline Hoogenboom en Joop Stolk– diverse onderwerpen die spelen bij deze leeftijdsgroep. Daarbij is er veel aandacht voor het belang van het begrijpen van de peuter. Begrijpen wat er áchter het gedrag van een peuter zit, helpt ouders om passend om te gaan met typisch peutergedrag als nee zeggen, driftbuien of angsten.
Het handzame, praktische boekje leest gemakkelijk weg en is overzichtelijk opgebouwd. Elk hoofdstuk is onderverdeeld in kortere stukjes en sluit af met een kleine samenvatting. Tussendoor zijn er vragen opgenomen om ouders te laten nadenken over hun eigen peuter met betrekking tot dit onderwerp. „Is jullie peuter weleens bang?” „Begrijpen jullie dan waarom hij bang is?” „Hoe maak jij van de zondag een fijne dag voor je peuter?”
Kleine opdrachten laten ouders bewust stilstaan bij hun kind. „Houd je peuter ongemerkt een paar minuten in de gaten terwijl hij speelt. Wat zie je allemaal? Wat is hij aan het ontdekken?” of: „Hoe reageert jullie peuter als iets niet lukt?”
Een van de acht hoofdstukken is gewijd aan de ontwikkeling van peuters. Daarin komt onder meer aan bod wat een peuter kan op welke leeftijd, hoe hij zijn taal ontwikkelt, het besef van goed en kwaad en zelfredzaamheid.
Uit het boek spreekt de gedachte dat kennis van de ontwikkeling van een peuter ervoor zorgt dat ouders hem beter kunnen begrijpen en begeleiden tijdens deze periode. Daarbij schenken de auteurs ook aandacht aan het ontwikkelen van de eigen wil, vanuit Bijbels oogpunt.
In het boek komen verschillende richtlijnen voor de opvoeding aan de orde: veiligheid bieden, aansluiten bij wat een kind al kan, stimuleren om hem verder te laten ontwikkelen, grenzen stellen, het goede voorbeeld geven en richting geven.
Ouders die hun kind leren dat zij te vertrouwen zijn, leggen zo de basis voor vertrouwen op God: de basis van een christelijke opvoeding. Hij is de hemelse Vader bij Wie een kind altijd terechtkan. In het hoofdstuk ”Leven in een christelijk gezin” bespreken de auteurs hoe ouders met hun peuter kunnen bidden, Bijbellezen en zingen. Ook kerkbezoek, christelijke feestdagen vieren en praten over God worden behandeld. Met tips voor ouders als een kind niet mee wil bidden. En handreikingen voor de manier waarop ze hun kind kunnen leren zelf te spreken met God.
De voorbeelden worden mooi uitgewerkt en zijn erg herkenbaar voor elke ouder die een peuter in huis heeft. De tips zijn leerzaam. Als je peuters regels aanleert, moet je dat bijvoorbeeld zo duidelijk mogelijk doen. „„Doe niet zo vervelend”, en: „Houd nu eens op”, zijn voor een peuter te vaag. Probeer de regel positief te formuleren, zodat je kind weet wat je van hem verwacht. Zeg bijvoorbeeld: „Je moet zachtjes praten, anders kan ik papa niet verstaan.””
Achter in het boek geven de auteurs tips en gespreksvragen, bedoeld voor opvoedkringen.
Boekgegevens
”Je peuter begrijpen”, Aline Hoogenboom en Joop Stolk; uitg. De Banier, Apeldoorn, 2017; ISBN 978 94 029 0280 8; 143 blz.; € 16,95.