Zoekend geloven in Kerkennacht Utrecht
Kerken doen vanbinnen veel. Tijdens de Kerkennacht 2017 doen ze de deuren open, treden ze naar buiten, om te laten zien wat ze vanbinnen doen. Ook in de Utrechtse binnenstad.
Zaterdagmorgen. Buiten miezert en druilt het. Boven de toegangsdeuren van de katholieke St. Willibrordkerk aan de Minrebroederstraat staat in gotische letters een tekst uit Leviticus geschreven: ”Hebt eerbied voor Myn heiligdom”.
Er is veel commotie over de toekomst van de neogotische St. Willibrord. Maar vandaag heeft de kerk de deuren geopend, onder meer om deel te nemen aan de Kerkennacht 2017.
De Kerkennacht is een oecumenisch evenement, een initiatief van de Raad van Kerken, dat om de twee jaar wordt georganiseerd. In Nederland, maar ook in andere Europese landen openen kerken en gebedshuizen hun deuren. Gewoontegetrouw vindt de Kerkennacht plaats in het weekend na de langste dag. Het thema dit jaar is: ”Meer dan een dak”.
Binnen is de Willibrord echt een Rooms bolwerk, volgepakt met beelden, brandende kaarsen en een altaar in het Mariakoor.
Gids Hedwig Duindam is enthousiast over de kerk. „Dit is de mooiste kerk van Utrecht. Katholieker en kitscher kan het nergens zijn. Ik kom er graag, om wat te zitten, te mijmeren en een kaars aan te steken. Een kerk is een rustpunt, devotie. En je kunt in een kerk als deze Willibrord ook zomaar wat meepikken aan christelijk cultureel erfgoed. Dat is dan mooi meegenomen.”
Is een kerk ook een huis van religie? „Ik ben wel katholiek, maar heb geen bekeringsdrift. Daar ben ik allergisch voor. Maar hier ligt wel een rijkdom aan verhalen voor het grijpen, Alles vertelt hier een verhaal, de muren, de ramen, de banken. En de preekstoel ook. Dit is een katholieke kerk met een preekstoel. Dat is de verdienste van Luther geweest. Hier is gepreekt. De priester klom op de kansel en legde daar een bruggetje van de Bijbel naar het leven van elke dag.”
Duindam is ook enthousiast over de Kerkennacht. „In deze rusteloze wereld is het voor iedereen goed om een kerk binnen te lopen. Als ik hier binnenkom, gaat er in mijn hart direct een kaarsje aan. Dan raak ik op slag verliefd.”
Aan het Peterskerkhof verrijst de Pieterskerk, stokoud, ingetogen en romaans. Binnen ruikt het naar de middeleeuwen. Tien roodbruine zuilen scheiden het schip van de veel lagere beuken. In een van de kapellen worden tweedehandsboeken verkocht, ook veel religie en theologie.
Aan een tafeltje met een geldkist erop zit gids Gea Rodermond: „Onze voorouders hebben ons dit prachtige gebouw nagelaten. In een kerk kun je tot jezelf komen, of je nu gelovig bent of niet. Ik word er altijd treurig van als zo’n kerk een andere bestemming krijgt.”
Is de Pieterskerk een huis van religie? „Dat denk ik wel, hoewel ik het niet altijd zo ervaar. Daarom is het goed dat er een Kerkennacht is. Dan zijn de kerken tenminste open. Een kerk straalt dan uit: Nú kun je komen! In deze Pieterskerk hebben mensen gebeden, gehuild, gelachen, troost gevonden. En dat kan allemaal nog steeds.”
In de Catharinakathedraal aan de Lange Nieuwstraat is het druk. Tientallen mensen zitten in het schip te luisteren naar een ”masterclass pelgrimage”, georganiseerd door het programma Kruispunt van NCRV en KRO. Mediapriester Roderick Vonhögen vertelt zijn ervaringen over zijn pelgrimstocht naar het Spaanse Santiago de Compostella. „Ik heb 1050 kilometer in de benen zitten. Ik voel het nog.” In de kerkbank zit Henk Prins uit Hardinxveld-Giessendam. Wat zoekt hij in een kerk? „Ik voel me er altijd thuis. Even zitten. Even stil zijn.”
Buiten staat een oudere heer wat rond te kijken, te aarzelen, of hij naar binnen zal gaan, of toch niet. De kerk trekt hem wel. Dat kun je zo zien. Het druilt en miezert nu wat harder. Hij gaat dus toch maar naar binnen. Het enige wat hij wil zeggen is: „Binnen ga ik zoekend geloven.”