Ze deden dit in reactie op het politieke en maatschappelijk debat over onverdoofd slachten in België. De kerken gaven aan dat ze zelf geen direct betrokken partij zijn, omdat ze geen praktijk van ritueel slachten kennen. Toch willen ze hun stem laten horen omdat er volgens hen belangrijke waarden in het geding zijn.

De kerken waarderen de maatschappelijke gevoeligheid voor dierenwelzijn, die volgens hen getuigt van respect voor levende wezens en de schepping. Maar kritiek op onverdoofd slachten mag volgens de verklaring „geen dekmantel vormen voor een discours van misprijzen voor de levenswijze en spijswetten van onze joodse en islamitische medeburgers.”

Ze onderstrepen daarbij dat „godsdienstvrijheid een essentieel onderdeel van de democratische rechtsstaat is.” De kerken willen het respect voor godsdienstvrijheid met kracht verdedigen.

De ondertekenaars wijzen erop dat het bij ritueel slachten om een beperkt aantal dieren gaat en dat er gewoonlijk van alles wordt gedaan om hun lijden zo beperkt mogelijk te houden. Tegelijk zijn er in de voedingsindustrie veel „problematische punten die, gezien de schaal ervan, minstens evenveel prioriteit verdienen.”

De verklaring is ondertekend door vertegenwoordigers van onder meer de Rooms-Katholieke Kerk in België, de Protestantse Evangelische Kerk en de Verenigde Protestantse Kerk.