Column: Samen basketballen
Soms hebben predikanten die kerkelijk gescheiden optrekken hun dagelijks onderkomen in elkaars nabijheid. Ooit waren bijvoorbeeld de hervormde ds. Jac. Vermaas en ds. F. Mallan van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland in Veenendaal buren van elkaar. Ze konden het prima met elkaar vinden.
Ik weet echter van een gemeente waar de pastorie van de gereformeerden en die van de hervormden door een watertje van elkaar gescheiden waren. De ene stond aan de smalle en de andere aan de brede weg, werd niet zonder ironie geconstateerd.
Pastorieën op zich zijn overigens geen heiligdommen. Probleemloos kunnen ze dan ook van eigenaar verwisselen. Zo woont ds. C. van der Kooi (Protestantse Kerken in Nederland) in de pastorie van wijlen de christelijke gereformeerde prof. G. Wisse.
Maar nu ter zake. Ik betreed het gevoelige pad van de hervormde kerkscheuring in 2004. Pastorieën zijn hier, overdrachtelijk gezien, vaak ver van elkaar komen te liggen. Maar soms zijn er ook aardige dingen te melden, bijvoorbeeld over de plaats waar mijn wieg heeft gestaan: Ridderkerk. In de wijkgemeente Slikkerveer streek recent in de hervormde pastorie ds. J. P. J. Voets neer, en korte tijd later op de hersteld hervormde percelen ds. K. J. Kaptein. Bij de intrede van laatstgenoemde werd hij door eerstgenoemde toegesproken. Het geval wil dat hun pastorieën aan elkaar grenzen. Nu ja, niet helemaal. Er ligt een basketbalveldje tussen. Het was onvermijdelijk dat ds. Voets deze nabuurschap te berde zou brengen. In een reactie zei ds. Kaptein dat hij tijdens de toespraak van de hervormde pastor een uitnodiging had verwacht om samen een partijtje basketbal te gaan spelen.
Hier komen ongekende mogelijkheden aan het licht. Als kerkelijke leidslieden praten over samenwerking tussen kerkverbanden gaat dat vaak niet verder dan het samenstellen van een agenda voor de volgende vergadering.
Maar hier ligt het begin van een eenwording: samen gaan basketballen. Sport verbroedert immers?! Met basketbal gaat het bovendien om vangnetten. Wie het vatten kan, vatte het.
Nu kan men dit spelletje niet getweeën spelen. In Slikkerveer openen zich echter weidsere perspectieven. Genoemde pastorieën bevinden zich namelijk aan de Oranjestraat. Dus wat let beide weleerwaarden om een Oranjeteam te vormen? Een captain is er al. Ik heb begrepen dat een van de pastorieën voorheen tot de (vacante) gereformeerde gemeente behoorde. Nog een teamgenoot erbij. Het gaat dan natuurlijk wel om spelen in teamverband, dus is er een tegenstander nodig. Er valt nog wel wat te kiezen: rooms-katholieken, remonstranten, vrijzinnigen. Maar laat ik het er maar op houden dat men aan de seculieren de handen vol zal hebben. Dus samen met eerlijk spel tegen de buitenkerkelijken.
Voordat ik echter in mijn eigen beeldspraak verward raak, houd ik het er maar op dat een goede buur beter is dan een verre vriend. Dat is in onze verwarde kerkelijke situatie al heel wat.