„Energievoorziening anders bij ME/CVS”
Het lijkt erop dat lichaamscellen bij het chronischevermoeidheidssyndroom overschakelen op een inefficiënte energievoorziening.
Dat meldde het tijdschrift New Scientist vorige week op basis van internationaal onderzoek.
Het chronischevermoeidheidssyndroom, tegenwoordig meestal aangeduid als myalgische encefalomyelitis (ME/CVS), kenmerkt zich door aanhoudende fysieke en mentale vermoeidheid, die niet verbetert met meer slaap of door rustiger aan te doen. Medici kunnen het er niet over eens worden of de aandoening een lichamelijke oorzaak heeft of dat de ziekte tussen de oren zit.
Onderzoek van verschillende vakgroepen wekt nu de indruk dat de suikerverbranding, het proces dat lichaamscellen van energie voorziet, niet goed verloopt bij patiënten met ME. „Het lijkt erop dat mensen met ME/CVS niet langer, zoals gebruikelijk, hun energie halen uit suiker, maar overschakelen op de minder efficiënte verbranding van aminozuren en vetten.” Bij die alternatieve verbranding komt melkzuur vrij, wat pijn veroorzaakt als de stof zich ophoopt in de spieren. „Die afwijkende suikerverbranding kan zowel de vermoeidheidsklachten verklaren als het feit dat matige lichamelijke inspanning al uitputtend is en pijnlijke spieren kan opleveren.”
Man–vrouw
Een Noorse onderzoeksgroep onder leiding van Oystein Fluge kwam een interessant man- vrouwverschil op het spoor na een studie met 200 mensen met ME/CVS en 102 gezonde personen. De bloedwaarden van bepaalde aminozuren bleken bij vrouwen met ME/CVS bijzonder laag te zijn, vooral de waarden van aminozuren die het lichaam kan gebruiken als alternatieve energiebron.
Bij mannen met ME/CVS kwamen die lage waarden niet voor. „Mannen halen aminozuren voor de energievoorziening eerder uit hun spieren dan uit hun bloed”, verklaren de onderzoekers dat verschil. Een aminozuur dat een indicatie is van dit proces bleek bij ME-mannen inderdaad verhoogd. „Het lijkt erop dat zowel mannen als vrouwen met ME/CVS een probleem hebben met het omzetten van suikers in energie, maar ze compenseren dat op verschillende manieren”, aldus Fluge.
Verhongering
Het enzym pyruvaat dehydrogenase (PDH) speelt een belangrijke rol in dit verhaal: het eiwit transporteert koolhydraten en suikers vanuit het cytoplasma de mitochondria in. Mitochondria zijn de energiefabriekjes van de cel en de plaats waar de suikerverbranding plaatsheeft. „Bij ME-patiënten, zowel mannen als vrouwen, blijken enzymen die de werking van PDH onderdrukken, verhoogd.” Die remming zorgt er mogelijk voor dat de patiënten suikers niet goed kunnen inzetten voor hun energievoorziening.
De Australische onderzoeker Chris Armstrong, verbonden aan de University of Melbourne, denkt dat het probleem niet alleen in het PDH-enzym zit, maar in het hele keten van de suikerverbranding. Hij vergelijkt het met verhongering. „Wanneer mensen hongerlijden, schakelen de meeste lichaamscellen over op de verbranding van aminozuren en vetzuren, zodat er zo veel mogelijk suiker overblijft voor verbranding in de hersenen en de spieren.”
De afgelopen jaren hebben meerdere studies een link gelegd tussen ME/CVS en de suikerverbranding. Maar hoe dat probleem ontstaat, is nog steeds onduidelijk. Verschillende onderzoekers denken dat een (milde) infectie de veranderingen uitlokt, maar ze hebben nog niet kunnen achterhalen hoe dat precies tot ME/CVS leidt.
De Noorse onderzoeksgroep heeft inmiddels wel laten zien dat onderdrukking van antistof producerende afweercellen de ziekteverschijnselen kan verminderen. Fluge vermoedt dat antilichamen die het lichaam heeft aangemaakt in reactie op een infectie, als bijeffect kunnen hebben dat ze het lichaamseigen PDH-enzym uitschakelen.
Om die hypothese nader te onderzoeken, voert de vakgroep een studie uit waarbij de antilichaam producerende cellen van ME-patiënten worden uitgeschakeld met het antikankermiddel rituximab. Volgend jaar moeten de resultaten van dit onderzoek bekend worden.