Brussel waarschuwt Nederland weer voor hoge hypotheekschulden
De gezamenlijke hypotheekschuld van de Nederlandse huishoudens behoort tot de hoogste binnen de EU. Zij is qua omvang bijna twee keer zo groot als het gemiddelde. De Europese Commissie spreekt daar opnieuw bezorgdheid over uit.
Het dagelijks bestuur van de Unie presenteerde woensdag de jaarlijkse analyse van de sterke en zwakke punten van de economieën van de lidstaten. Niet voor het eerst klinkt er vanuit Brussel op het genoemde punt een waarschuwing in de richting van Den Haag.
In de afgelopen jaren is er van EU-zijde al diverse malen aangedrongen op het verlagen van het fiscale voordeel dat woningbezitters genieten in de vorm van de hypotheekrenteaftrek. Daar iets aan doen, betekent het terugdringen van de onevenwichtigheid op dit onderdeel van de economie, stelt de Commissie. Zij constateert dat er na de hervormingen in 2013 geen verdere aanpassingen zijn aangebracht op de huizenmarkt. In de huidige verkiezingscampagne speelt het onderwerp nauwelijks een rol.
Een positief gevolg van de waardestijging van woningen is dat er minder huizen ”onder water staan”, noteert de Commissie. Andere pluspunten van Nederland zijn de „robuuste” economische groei, het dalende begrotingstekort en de relatief lage overheidsschuld.
Ook over de arbeidsmarkt is Brussel niet tevreden. Hoewel de werkloosheid afneemt, zijn er nog altijd signalen dat de nieuwe banen voor een fors deel bestaan uit tijdelijke contracten. En verbetering van de toegang van zzp’ers tot de sociale zekerheid komt onvoldoende van de grond. De Commissie oordeelt verder dat de investeringen in onder meer onderzoek en ontwikkeling achterblijven. Nederland moet medio april een antwoord hebben geformuleerd op de zorgpunten.
Behalve de Nederlandse economie zijn ook die van Duitsland, Ierland, Spanje, Slovenië en Zweden uit balans. Zo wordt de Duitse regering gemaand meer te gaan investeren.
Van zes andere landen is de economie in „buitensporige” mate uit evenwicht: Frankrijk, Italië, Portugal, Bulgarije, Kroatië en Cyprus. Italië krijgt een voorwaarschuwing vanwege het stijgende begrotingstekort. Het land komt mogelijk op het zogeheten strafbankje als er in april geen geloofwaardige maatregelen zijn getroffen.