Rechte lopers
Kijken we nu naar de begenadigden van het erfdeel. Ik bedoel de rechte lopers. Wie zal zich niet verwonderen? Wie zag hen ooit lopen zonder zich te verwonderen, ja, zonder zich te verwonderen over de ootmoed tot die God, Die hen door genade zo ondersteunt en ijverig maakt om te zuchten en te bidden? Och, of deze ijver mij ook eens mocht ontsteken. Dan zou ik met hen gaan. Ik zal met hen lopen, want zij lopen niet in het onzekere, zij vechten niet als in de lucht slaande.Dit zou, geliefden, een taal zijn die u moet verblijden, ja, die vuur in de geest zou moeten verwekken en die de loop van de godzalige nog vaardiger moet maken. Dit is het wat wij u wilden zeggen. Dit is het dierbaarste wat u ter aanmoediging horen wilt: loop door, loop door, loop het allemaal voorbij, houd oog en hart gevestigd op de prijs die God u van verre voorstelt. Wijk niet ter rechter- en niet ter linkerhand. Spring over alles heen wat u kan ophouden.
Ontmoet u jonge lopers? Wijs hen op de verheerlijkte zielen die de loop hebben uitgelopen. Spreek hen moed in en zeg hun dat ze nooit stil moeten staan, maar altijd moeten voortgaan met de gedachte: nog een weinig tijds en wij zijn daar waar wij wezen moeten en zullen de zeer begeerde prijs uit de hand van onze Rechter ontvangen. Zeg dan met Paulus: Ik heb de goede strijd gestreden, ik heb het geloof behouden. Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid.
M. Verboom, predikant te Dordrecht (Getrouwe zieleraad aan de Christelijke Jeugd, 1769)