Kerk & religie

„Begrip ”gereformeerd” geïdentificeerd met bekrompen”

„Het is niet zo interessant of de calvinistische traditie overleeft. Het gaat erom dat we uit de hele kerkgeschiedenis die elementen meenemen met behulp waarvan wij als christenen onze weg kunnen vinden.”

Kerkredactie
10 May 2004 09:08Gewijzigd op 14 November 2020 01:12
PUTTEN – Het Nederlands Dagblad belegde zaterdag, ter gelegenheid van zijn zestigjarig bestaan, een jubileumcongres over de toekomst van het calvinisme in Nederland. Sprekers waren onder anderen prof. dr. F. G. Immink en dr. G. J. Buijs. Na de lezingen
PUTTEN – Het Nederlands Dagblad belegde zaterdag, ter gelegenheid van zijn zestigjarig bestaan, een jubileumcongres over de toekomst van het calvinisme in Nederland. Sprekers waren onder anderen prof. dr. F. G. Immink en dr. G. J. Buijs. Na de lezingen

Tot die conclusie kwam hoofdredacteur P. A. Bergwerff van het Nederlands Dagblad (ND) zaterdag aan het einde van het jubileumcongres van zijn krant over het thema ”Toekomst voor het Nederlandse calvinisme?”

Toen een aanwezige opmerkte dat hij in het huidige ND het enthousiasme miste over het gereformeerde leven, wees Bergwerff erop dat zijn krant wil staan in de gereformeerde traditie. „Als je echter ontdekt dat het woord gereformeerd duidelijk een negatieve betekenis heeft in de Nederlandse samenleving en ook jonge mensen in eigen kring dit begrip identificeren met duf en bekrompen, dan is het verstandig om dat woord te laten vallen.”

Prof. dr. F. G. Immink, een van de hoofdsprekers op het congres, noemde in de afrondende discussie het gereformeerde een smalle strook binnen een brede protestantse beweging. Zelf is hij vol overtuiging lid van de PKN, maar hij wil ook klassiek gereformeerd zijn en blijven. „Juist in gesprek met de ander word je je meer bewust van je eigen identiteit, ook al ga je dan misschien andere woorden gebruiken.”

De breedheid van de PKN, en vroeger van de Nederlandse Hervormde Kerk, heeft volgens Immink ook positieve kanten. In de vrijgemaakte kerken zou wat meer variëteit en ruimte moeten komen. Men moet bepaalde dingen gewoon laten gebeuren.

Tijdens het ochtendprogramma wees prof. Immink er in zijn lezing op dat zowel het instituut kerk als de belijdenis uit de aard der zaak niet erg meegaand is. „Maar een traditie versteent als ze niet meer toegankelijk is, als je het niet meer mee kunt maken, als je er niet meer door gevoed wordt.”

De kerkelijk hoogleraar praktische theologie stelde dat de confessie tot leven komt in de taal van de gebeden en de liederen. „Ik ben van mening dat we die liturgische setting meer moeten uitbuiten.”

Prof. Immink riep „die gereformeerde stromingen uit de Doleantie die nogal de neiging hebben het daadkarakter van het geloof te beklemtonen” op wat meer aandacht te besteden aan het ingekeerde leven. „Dan kom je niet alleen het nieuwgeboren zelf tegen, maar ook de oude Adam. De boetvaardigheid is dan een blijvende opdracht in de gereformeerde traditie.”

Ook dr. G. J. Buijs, onderzoeker aan de faculteit wijsbegeerte van de Vrije Universiteit te Amsterdam, onderstreepte in zijn lezing het belang van een doorleefd geloof. „Als we door onze persoonlijke ervaring naar het dogma zijn toegegroeid, geeft dat grote zeggingskracht.”

Het is voor dr. Buijs niet de vraag of de wereld calvinisten nodig heeft. „De vraag lijkt me eerder wie er nog calvinist wil zijn. En dan niet alleen maar zeggen hoe het is, maar laten zien hoe het geloof geleefd wordt.” Hij wees op het verzet tegen euthanasie, dat ook leidde tot de opkomst van de hospice-beweging.

Het hart van het calvinisme heeft volgens hem voldoende „hoogte, diepte, lengte en breedte” om te overleven. „De diepste grondtoon is niet het leven uit de prestaties, maar vanuit het besef dat het meest wezenlijke in ons bestaan ons geschonken wordt, ja al geschonken is. De calvinist is geestelijk door de tunnel van de ontlediging heengegaan en ontvangt het leven in een nieuwe glans.”

In navolging van Luther benadrukte dr. Buijs de vrijheid van een christenmens. Hij maakte calvinistische levenskunst concreet aan de hand van wezenlijke noties van het calvinisme. „Wezenlijk voor de calvinistische levenskunst lijkt mij de notie van zonde en de daarmee verbonden notie van vergeving, het opnieuw mogen beginnen, zeventig maal zeventigmaal.”

Dr. Buijs pleitte ervoor dat christenen de wereld waarin zij staan open tegemoet treden. Een calvinist sluit zich volgens hem niet op in zijn eigen dankbaarheid, maar kijkt mee in de wereld en zoekt naar alternatieven.

Dr. P. Trouillez, priester van het aartsbisdom Mechelen-Brussel, was een van de acht sprekers die tijdens het middagprogramma een deelthema belichtten. Hij ging in op het onderwerp ”Einde van het constantinum?”. Dr. B. J. Spruyt, directeur van de Edmund Burke Stichting, behandelde in deze workshopronde de vraag: ”Einde aan de christelijke partijvorming?”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer