Goede strijd
2 Timotheüs 4:7
„Ik heb de goede strijd gestreden, ik heb de loop geëindigd, ik heb het geloof behouden.”
Omdat men over het algemeen naar de uitkomst een oordeel pleegt te vellen, kon de strijd van Paulus veroordeeld worden, daar de afloop minder voorspoedig was.
Deze prediking is een getuigenis van een uitnemend geloof. Want niet alleen werd Paulus voor ellendig gehouden naar de mening van allen, maar ook zou zijn dood smadelijk zijn.
Wie zou niet gezegd hebben dat hij zich op ongelukkige wijze inspande? Maar hijzelf is niet afhankelijk van de verkeerde beoordelingen van de mensen. Integendeel, hij richt zich door zijn grootheid van ziel veeleer op boven alle rampen, zodat niets zijn geluk en eer in de weg treedt. Hij verklaart daarom dat de strijd die hij gestreden heeft, goed en schoon is. Ja, zelfs wenst hij zichzelf juist met zijn dood geluk, omdat die als het ware de eindpaal van zijn renbaan is.
Wij weten dat hardlopers dán hun wens verkrijgen wanneer zij de eindpaal bereikt hebben. Ook op deze wijze geeft hij te verstaan dat voor de kampvechters van Christus de dood verkieslijk is, aangezien hij een einde maakt aan hun moeiten.
Tegelijkertijd vermaant hij anderzijds dat er nooit in dit leven gerust moet worden. Het baat niets om van het startpunt tot halverwege de baan flink hard gelopen te hebben, indien men niet tot aan de eindpaal gekomen is.
Johannes Calvijn, predikant te Genève
(”Verklaring Timotheüs, Titus en Filemon”)