In het blad Confessioneel van deze week is een open brief aan het hoofdbestuur van de CV geplaatst, van de hand van dr. G. Abma uit Amsterdam. Daarin schrijft deze hoe hij afgelopen herfst een bezoek wilde brengen aan het graf van dr. Hoedemaker. „Ik was ernaar benieuwd hoe het met het graf en het gedenkteken dat ongetwijfeld onze Vereniging er eens geplaatst had, gesteld was.”

Omdat de beheerder niet aanwezig was, vervolgt dr. Abma, „gelukte het niet om het graf op te sporen. Nader onderzoek bij de gemeente Heemstede leerde dat per brief van 19 januari 2002 de eigenaar van het graf, L. A. Hoedemaker te Rasquert, afstand van de steen had gedaan. Deze werd sindsdien niet meer onderhouden en is kort geleden van het graf verwijderd of zal binnenkort worden verwijderd. Een treffende samenloop van omstandigheden dus. Juist nu naar graf en grafsteen werd gezocht, blijkt dat de steen is of zal worden verwijderd.”

Deze omstandigheden nopen tot activiteit, aldus de schrijver. „Het graf is volgens inlichtingen van de gemeente een koopgraf; dat blijft bestaan. Met de grafsteen ligt het anders. Als wij niets doen, is de kans groot dat deze binnenkort wordt vernietigd. Voor de grafstenen van bepaalde, bijzondere mensen bestaat de kans echter dat zij ter bewaring door de gemeente Heemstede op een veldje, ”een monumententuin”, worden geplaatst. Dan blijft er dus iets bewaard. Maar dat vraagt wel dat de Vereniging in actie komt.”

Ds. Abma schrijft „ten zeerste” te hopen dat het hoofdbestuur van de CV op korte termijn stappen neemt om de grafsteen te doen bewaren en tevens op het graf een gedenkteken plaatst, mocht dat nog niet zijn gebeurd.

De voorzitter van de CV, ds. L. den Breejen, kan inmiddels melden dat in principe is besloten het grafmonument te gaan onderhouden. „We moeten dit intern nog bekijken; het dagelijks bestuur komt over twee weken bij elkaar. Maar ik denk niet dat er een belemmering zal zijn. Je hebt het misschien over 60, 70 euro aan onderhoudskosten per jaar. We vinden dat geld hier geen rol mag spelen.”