Nabestaanden kapers De Punt willen antwoorden
Bijna veertig jaar na de treinkaping bij De Punt door Molukse jongeren in 1977 heeft de rechtbank in Den Haag zich gebogen over de vraag of twee daders werden geëxecuteerd. Binnen de Molukse gemeenschap is de kwestie na al die jaren nog springlevend. Tientallen belangstellenden waren vrijdag naar Den Haag gekomen om de zitting bij te wonen.
Vooraf lieten de nabestaanden van de kapers weten vooral één ding te willen bereiken: te weten komen wat er precies is gebeurd. „Ik eis de waarheid”, aldus de bejaarde moeder van de omgekomen leider van de kapers Max Papilaja. „Wij willen weten wat er gebeurd is”, zeiden twee broers van de enige vrouwelijke kaper Hansina Uktolseja. De moeder van Papilaja eist 20.000 euro smartengeld, de twee broers ieder 17.500 euro.
Hun advocaat Liesbeth Zegveld stelt dat de kapers door mariniers in de trein van dichtbij zijn geëxecuteerd, terwijl ze al zwaargewond en weerloos waren. De regering zou bovendien vooraf de wens hebben uitgesproken dat de kapers de bevrijdingsoperatie niet zouden overleven. Onlangs gaf een onbekend gebleven marinier via zijn advocaat een verklaring over deze ‘Haagse wens’.
Maar volgens het ministerie van Veiligheid en Justitie is er geen overmatig geweld gebruikt en was de operatie rechtmatig. De landsadvocaat ziet „geen spoor van bewijs” voor de beweringen van het tegendeel.
Hij wees erop dat de mariniers in het halfdonker in een fractie van een seconde moesten beslissen of zij zouden schieten. Het kon volgens hem ook niet anders dan dat de actie met veel geweld gepaard ging, omdat zowel de mariniers die de actie uitvoerden als de ruim vijftig gijzelaars groot gevaar liepen. In het geval van Papilaja en Uktolseja zijn er volgens hem geen aanwijzingen dat zij zich duidelijk zichtbaar hadden overgegeven.
Uit het feit dat meerdere kapers levend zijn aangehouden, blijkt bovendien dat geen opdracht tot executeren is gegeven, aldus de landsadvocaat. Hij zei dat de commandant van de actie van destijds dit hem ook heeft verzekerd.
Nederland was in 1977 bijna drie weken in de ban van de kaping van de intercity Assen - Groningen. Na vruchteloze onderhandelingen kwamen zes van de negen daders en twee treinreizigers om het leven tijdens de bevrijdingsactie.
De rechter maakt waarschijnlijk begin volgend jaar zijn beslissing bekend en kijkt daarbij ook of de zaak verjaard is.