De Rust Belt verlangt naar vroeger en steunt daarom Trump
Het optimisme dat de Amerikaan van nature heeft, is omgeslagen in cynisme. De beroemde Amerikaanse droom lijkt in rook te zijn opgegaan. Het land van de onbegrensde mogelijkheden is vervallen tot een samenleving die wordt geteisterd door verdeeldheid. Donald Trump zegt met zijn belofte “Make America Great Again” de oude glorie te herstellen. Maar er zal veel moeten gebeuren, wil hem dit ooit lukken.
Bethlehem, in het zuidoosten van de staat Pennsylvania, was in het midden van de vorige eeuw een centrum van de zware staalindustrie. Meer dan 300.000 arbeiders verdienden hier hun brood. Een broodhuis dus, zoals de Duitse piëtist graaf Nikolaus von Zinzendorf bij de stichting in 1741 met de naamgeving had willen uitdrukken. Het staal voor grote bouwwerken als de beroemde Golden Gate Bridge in San Francisco en de dubbeldeks George Washington Bridge in New York werd hier gemaakt. Tientallen jaren was hier het hoofdkwartier gevestigd van de Bethlehem Steel Corporation, de op een na grootste scheepsbouwer van de VS.
De staalindustrie in en rond Bethlehem bloeide vooral tijdens de Tweede Wereldoorlog en de eerste vijftien jaar daarna. Nadien liep ze eerst langzaam en na 1990 hard terug. Oorzaak: de bedrijven moesten het steeds meer afleggen tegen productie in lagelonenlanden. „De Chinezen en Koreanen hebben onze boterham gestolen”, zegt de 75-jarige voormalige fabrieksarbeider Rick Sulverton. Grote boosdoeners zijn volgens hem de vrijhandelsverdragen die Amerika heeft gesloten. „Tegen de concurrentie uit China en andere landen konden we niet opboksen.” Gevolg? „De armoede grijnst je hier aan.”
Armoe troef
Afgezien van het gerenoveerde centrum is het inderdaad armoe troef in Bethlehem. Het merendeel van de fabrieksterreinen verkeert in diep vervallen staat. Enorme hallen staan op instorten. De ooit welvarende wijken met vrijstaande woningen, omgeven door een fors gazon, zijn verpauperd. „En dan hebben de mensen die daar wonen bepaald nog niet te klagen”, stelt Sulverton. „Zelfs niet degenen bij wie een enkele ruit al maanden kapot is, zodat de vitrage door de wind naar buiten wordt gezogen. Er zijn ook nogal wat mensen die in een afgedankte, verroeste camper wonen waar de wielen onder vandaan zijn gehaald. Zij hebben hun huis moeten verkopen en zijn vervallen tot armoede. De glorie van Bethlehem is geschiedenis.”
Rust Belt
De neergang van Bethlehem staat niet op zichzelf. Hij is exemplarisch voor de neergang die sinds de jaren tachtig plaatsvond in de Rust Belt, de zogeheten roestgordel, die zich over het oostelijk deel van de VS, te beginnen in de staat New York, via Pennsylvania en Ohio tot aan het zuiden van Michigan, uitstrekt. Hier heeft de malaise toegeslagen en kreeg de armoede het grootste deel van de bevolking in zijn greep. Hele stadsdelen zijn daardoor nagenoeg uitgestorven, omdat de mensen verhuisden naar elders als zij dankzij opleiding of eigen geldelijk vermogen maar enigszins de kans hadden om zo aan deze wurggreep te ontsnappen. De laaggeschoolden bleven achter.
In deze uitzichtloosheid zitten de ontevredenheid en de woede diep, heel diep. Mensen voelen zich verraden door hun leiders. Ze hebben het geloof en vertrouwen in Washington verloren omdat de politiek niet tijdig ingreep. Wat hun vooral ook dwarszit, is dat het grootkapitaal en de bankiers buiten schot bleven, terwijl zij een belangrijk aandeel hadden in de economische crisis. „Ze worden niet door de regering aangepakt. Integendeel, de politiek en Wall Street dekken elkaar af. Daarbij dachten politici vooral aan de eigen portemonnee. Vooral de Clintons spelen vuil spel. Met hun zogenaamde weldoenersstichting hebben ze vooral hun eigenbelang op het oog”, verwijt Jack Kevorsk in een ingezonden brief in de regionale krant Bethlehem Press.
Gegoochel
De stemming in Bethlehem is duidelijk negatief. Opvallend is dat de cijfers over de economie anders zouden doen verwachten. Amerika staat er nu duidelijk beter voor dan acht jaar geleden, toen president Obama aantrad. De recessie lijkt voorbij, economie en werkgelegenheid groeien weer. Het consumentenvertrouwen is volgens de universiteit van Michigan weer net zo hoog als in het najaar van 1983, toen Ronald Reagan zich opmaakte voor zijn herverkiezing. „Gegoochel met cijfers”, noemt Sulverton het. „Propaganda van de bestuurskliek in Washington. Alleen maar bedoeld om eigen straatje schoon te vegen. We merken er hier niks van.”
Het is de onvrede die maakt dat de puissant rijke vastgoedkoning Donald Trump bij de fabrieksarbeiders in Bethlehem populair is. Dat is opvallend. Traditioneel stemde de bevolking van de steden in de Rust Belt in meerderheid op de Democraten. Waarom? Die wilden tenminste nog iets waarmaken van de gedachte dat de overheid een schild moet zijn voor de zwakken. De Republikeinen stonden jarenlang te boek als de vertegenwoordigers van de vrije handel en van het grootkapitaal. Dat is nu precies andersom. De Democraten hebben het vertrouwen verloren, en een „dwarse Republikein” weet kennelijk wel de juiste snaar te raken. En dat ondanks het feit dat Trump zich er niet voor schaamt over de rug van zwoegende arbeiders rijk te zijn geworden. De blauwe boorden van de roestgordel zien hem als hun verlosser. Hoe is het mogelijk?
Mythe
Voor Andrew Murphy, politicoloog van Rutgers University in New Brunswick, is het antwoord op die vraag niet zo moeilijk. „Trump vertegenwoordigt het verleden. Hij is de verpersoonlijking van de mythe dat je van krantenjongen miljonair kunt worden. Dat was altijd het verhaal waardoor Amerika zo veel aantrekkingskracht had op avonturiers. Naar die tijd willen veel mensen terug. Daarom slaat de slogan van Trump ”Make America Great Again” zo goed aan. Niet alleen bij de fabrieksarbeiders –hun minimumloon is de laatste jaren nauwelijks verhoogd– maar zeker ook bij de middenklasse, die grotendeels aan lagerwal is geraakt. Zij beleefden de totale omkering van de Amerikaanse droom. Er zijn mensen die van miljonair straatveger zijn geworden. Probleem is dat de economie groeit, maar de inkomens daarmee geen gelijke tred houden.”
Volgens Murphy zit Amerika in een overgangstijdperk. „We gaan én in Amerika zelf, én in de wereld toe naar nieuwe verhoudingen. Dat geeft spanning. Daardoor botsen ideeën, met als gevolg dat de tegenstellingen op scherp komen te staan. Mensen zoeken in deze onzekere situatie een soort verlosser die belooft hen terug te leiden naar de goede tijden van weleer.”
Dat de tegenstellingen groot zijn, blijkt volgens de eigenaar van The Moravian Book Shop aan de Main Street in Bethlehem onder andere uit de afwezigheid van verkiezingsaffiches in de stad. Ook ontbreken in de voormalige staalstad verkiezingsstickers op de bumpers van de auto’s, die anders vaak worden gebruikt om campagne te voeren. „Mensen zijn voorzichtig. Ze willen geen gedoe met hun buren doordat ze voor Trump of voor Hillary Clinton zijn. De verhoudingen zijn gespannen. De traditionele politieke verhoudingen staan onder druk. Wie zich openlijk voor Hillary of voor Donald uitspreekt, kan een tik op zijn neus krijgen.”
Rassenkwestie
Seth Blankenship van The Center for Christian Statesmanship in Washington constateert dat de verdeeldheid in de Amerikaanse samenleving groot is. Volgens hem komt dat niet alleen door de inkomensval van de middenklasse of de belabberde sociale situatie van de arbeiders. „Er is meer. De raciale kwestie is de laatste jaren bepaald niet kleiner geworden. Integendeel. Je zou het de ironie van de geschiedenis kunnen noemen dat juist tijdens de regering van Barack Obama de rassentegenstellingen weer toenemen.” Het geweld dat daarmee gepaard gaat, noemt Blankenship zorgwekkend. Het ondergraaft het vertrouwen in de politie. Ferguson, Charleston, New York en Dallas zijn nu namen die binnen zwarte gemeenschappen verdriet en woede oproepen. „Soms denk je dat we terug zijn in de jaren zestig van de vorige eeuw, toen de rassentegenstelling heel groot was.”
Het rassenprobleem wordt bovendien nog versterkt doordat de blanke Amerikanen weten dat zij in 2040 hun suprematie kwijt zijn als de huidige ontwikkeling doorzet. Het geboortecijfer onder de zwarte bevolking ligt hoger dan bij de blanke inwoners. Daarnaast groeit de groep van de hispanics, de Spaanstaligen, heel snel. Dat komt enerzijds door een hoog geboortecijfer en anderzijds door de (illegale) immigratie vanuit Zuid- en Midden-Amerika. Dat voedt de aversie tegen vreemdelingen. Daarbij komt dat de arbeiders zien dat de zwarten en vooral de hispanics hun arbeidsplaatsen innemen.
Ethisch debat
Een belangrijke oorzaak van de verdeeldheid is volgens Blankenship ook de ontwikkeling op ethisch terrein. De homo-emancipatie heeft de hartelijke instemming van progressieven en roept tegelijk veel verzet op bij de conservatieven. „Daarbij lijkt het alsof voorstanders van de emancipatie op geen enkele manier rekening willen houden met bezwaarden. Vrij kort na de legalisering van het homohuwelijk laaide de discussie rond de rechten van transgenders op. Conservatieven hebben het gevoel dat tijdens de regering van Obama alle traditionele waarden in onze samenleving welbewust en met grote haast worden vertrapt worden. Juist doordat de president zich zo expliciet voor de emancipatie van homo’s en van transgenders heeft uitgesproken, heeft hij bijgedragen aan de polarisatie van de Amerikaanse samenleving.”
Volgens politicoloog Murphy is de opkomst van Trump –en in mindere mate die van Bernie Sanders–een uiting van woede. „Mensen zijn boos en teleurgesteld. De oude mythe dat Amerika het land is waar iedereen de kans heeft om rijk te worden, ongeacht zijn etnische of religieuze achtergrond, is achterhaald. Er leeft een nostalgisch verlangen naar het verleden. Trumps belofte dat hij de Amerikaanse glorie zal herstellen, doet het daarom zo goed. Hij heeft geen duidelijk plan. Niemand weet hoe hij dat gaat realiseren. Maar zijn retoriek werkt. Het feit dat hij zelf zonder hulp van de bestuurlijke of bancaire elite een vastgoedimperium heeft opgebouwd, maakt hem tot een voorbeeld van een geslaagde Amerikaan, zoals die in de droom wordt voorgesteld.”