Prof. Mouw op islamcongres Kampen: Moslim staat dichterbij dan hindoe
Hoe dichtbij staat de islam? Prof. dr. Richard J. Mouw wil het spreken over de „abrahamitische familie” van jodendom, christendom en islam niet loslaten. Wat dit betekent voor het heil van een moslim, blijft volgens hem een mysterie.
De islam is een totaal andere godsdienst dan het christelijk geloof, vindt prof. George Harinck. „Hun goden en doelen zijn verschillend”, zei hij donderdag bij de opening van het tweedaagse congres over neocalvinisme en de islam aan de Theologische Universiteit Kampen.
Maar prof. Richard Mouw, volgens Harinck „de stem en het gezicht van het neocalvinisme in de Verenigde Staten”, nuanceerde dat beeld vervolgens. In de openingslezing van het congres ging de oud-president van het Fuller Theological Seminary in op het concept van jodendom, christendom en islam als drie aan elkaar verwante abrahamitische religies.
In het verleden was de studie van andere religies voor christenen exclusief het domein van de dogmatiek en de apologetiek, zo haalde Mouw de gereformeerde theoloog Bavinck aan. „Dat heeft ertoe geleid dat Mohammed simpelweg werd neergezet als een bedrieger, een vijand van God, een trawant van de duivel.”
Bavinck vond dat geen juiste benadering. „Ook onder heidenen, zegt de Schrift, is er een openbaring van God, een verlichting van de Logos, een werking van Gods Geest.” Kuyper zag dat net zo. De islam was voor hem meer dan een dogmatische kwestie, net zoals het calvinisme voor hem geen puur theologisch-kerkelijke bezigheid was. Beiden zijn bedoeld om het hele leven te doortrekken.
Met het oog daarop kon Kuyper niet geloven dat Mohammed een bedrieger zonder meer was, stelde Mouw. „Bedriegers houden over de eeuwen heen geen stand”, citeerde hij Kuyper. Echte religieuze noties houden wél stand. Kuyper zag bij Mohammed zo’n notie in diens diepe overtuiging van de zondigheid van het meergodendom, net als in het christendom.
In de mist
Prof. Mouw had duidelijk oog voor de nadelen van het benadrukken van die verbondenheid. Wie een „abrahamitisch” sausje over religies heenlegt, wist de verschillen uit. „Want als je teruggaat naar Abraham, houd je dan de openbaring in Christus nog wel vast?”
Ook Kuyper zelf zag dat gevaar. De islam „blijft in de mist”, zei hij ooit, omdat moslims weigeren Jezus te zien zoals Hij echt is. „We kunnen dus niet simpelweg teruggaan naar Abraham, maar moeten vooruit naar Jezus.”
Kind van Ismaël
Desondanks hebben christenen met moslims meer gemeen dan met hindoes of boeddhisten, betoogde Mouw. „Ik sprak enige tijd geleden kort met de koning van Jordanië, een geweldige man. Er was ook een oude rabbijn bij. Die zegende de koning met de priesterzegen van Aäron. Een kind van Izak gaf daar de zegen aan een kind van Ismaël. Dat trof me. Ismaël is ook gezegend. Er ligt hier een mysterie dat we niet helemaal begrijpen. In die zin is het spreken over één abrahamitische familie nog steeds zinvol.”
Lees ook in Digibron:
Islamcongres naar Kampen na terreur – in Reformatorisch Dagblad (18 augustus 2016)
Een islamitische zuil – met dank aan Kuyper – in Reformatorisch Dagblad (23 augustus 2016)
Isaac and Ishmael – prof. dr. Richard Mouw in Reformatorisch Dagblad (16 april 2005)