Commentaar: Berlijn heeft meer moed dan Den Haag tegenover de Turken
Ruim een eeuw na het drama met de Armeniërs heeft Duitsland erkend dat er in 1915 sprake is geweest van genocide. Armenië is dankbaar; Turkije is woedend.
Dat Berlijn tot die erkenning is gekomen, was niet zomaar zeggen dat deze gruweldaad een historisch feit is. Dan betekende het eigenlijk niet veel meer dan uitspreken dat deze gebeurtenis terecht in de geschiedenisboekjes staat. Dat is dan leuk voor historici, maar heeft weinig om het lijf.
Het feit dat juist Duitsland dit doet, heeft veel meer betekenis. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was het bondgenoot van Turkije, dat de moord op 1,5 miljoen Armeniërs op zijn geweten heeft. Vanwege die relatie is er sprake van een zekere mate van medeverantwoordelijkheid voor de volkerenmoord. Dat is een extra dimensie.
De stap die Berlijn deze week heeft gezet, getuigt van moed. Zeker, het heeft even geduurd voordat de Duitsers zover waren. Eerdere plannen gingen van tafel omdat de druk vanuit Ankara of de Turkse gemeenschap gevreesd werd.
Van dat verzet was ook nu sprake. De Turkse regering kondigde vooraf aan dat een erkenning van de Armeense genocide door Duitsland consequenties zou hebben. Desondanks heeft het Duitse parlement besloten om het drama van 1915 voortaan toch zo te benoemen.
De Turken zijn ziedend. De media in Turkije halen alles uit de kast om dat duidelijk te maken. Zo schromen ze niet om de Duitse premier Merkel af te beelden met een Hitlersnor. De vraag is wat de Turkse regering zou doen wanneer een West-Europese krant iets dergelijks zou uithalen met premier Erdogan.
Ook al hebben Turkije en Duitsland elkaar in de houdgreep, een strafmaatregel door Ankara moet niet worden uitgesloten. Waarbij premier Erdogan zich wel zal realiseren dat een stap van zijn land ongetwijfeld beantwoord zal worden door een tegenreactie van Duitsland of van Europa.
Ieder die eerlijk met de geschiedenis wil omgaan, zal moeten erkennen dat de Armeniërs in 1915 groot onrecht is aangedaan en dat het volk op systematische, barbaarse wijze grotendeels is uitgemoord. Ook Turkije kan daar niet omheen. Er is ook geen enkele rechtvaardiging te vinden voor deze schanddaad, waarbij duizenden burgers (onder wie veel vrouwen en kinderen) omkwamen, zelfs niet in een bloedige oorlogssituatie zoals de Turken steeds benadrukken.
Duitsland heeft de moed gehad om dit alles onder ogen te zien. Dat de Turken dit niet willen doen, is zeker niet goed te keuren, maar nog wel te verklaren. Mensen willen niet graag dat hun eigen verkeerde daden in heldere taal publiek worden benoemd.
De spannende vraag is waarom Den Haag zo aarzelt om de moord op de Armeniërs genocide te noemen. Is dat om het eigen hachje? Om de relatie met de Turken? Die is fundamenteel niet goed als men niet eerlijk de waarheid met elkaar kan bespreken. Hoe beter de relatie, hoe gemakkelijker het is om samen feiten onder ogen te zien. Nederland kan nog wat leren van de oosterburen. Den Haag mist in deze kwestie moed.