„Godsdienstige registratie grote probleem M-Oosten”
WEST KNAPTON. Waarom gaat het in het Midden-Oosten zoals het gaat? Er zijn allerlei manieren om die vraag te beantwoorden. Onderzoeker Jonathan Andrews zoekt een verklaring in het eeuwenoude systeem van de godsdienstige registratie.
Andrews werkte voor Middle East Concern, een organisatie van christelijke instellingen die in het Midden-Oosten actief zijn en zich samen sterk maken voor godsdienstvrijheid. In zijn recente boek ”Identity Crisis. Religious Registration in the Middle East” (Gilead Books Publishing, VK) zoekt hij een antwoord op de vraag waarom het Midden-Oosten wordt verscheurd door oorlog en terreur.
Volgens Andrews heeft dat te maken met het dominante systeem in het gebied waarbij elk mens wordt geacht tot een godsdienst te behoren. Dit systeem –dat hij „godsdienstige registratie” noemt– behandelt elk persoon als behorend tot een specifieke godsdienst. De aanduiding kan algemeen zijn, zoals christelijk, maar ook preciezer, zoals rooms-katholiek, Syrisch-orthodox of anglicaans.
Kernpunt in Andrews’ betoog is dat het veranderen van religie overal problemen oplevert. Op de meeste plekken in het Midden-Oosten bestaat slechts eenrichtingsverkeer: verandering kan uitsluitend in de richting van de islam. Op plaatsen waar christen worden wettelijk is toegestaan, bestaan er sociale en culturele beperkingen. Het systeem wordt door moslims gebruikt om te bepalen wie er deel mag uitmaken van de meerderheid, en door sommige kerkleiders om te bepalen wie christelijk mag heten, aldus Andrews.
De godsdienstige registratie gaat terug op het zogeheten millet-systeem in het Ottomaanse Rijk. Een millet (van het Arabische ”millah”, natie) was een religieuze gemeenschap in het Ottomaanse Rijk. Binnen het rijk waren de vier belangrijkste millets de moslims, de Grieken, de Armeniërs en de Joden. Godsdienst was meer bepalend dan hun etniciteit.
Andrews laat zien dat dit systeem van religieuze registratie enorme problemen opwerpt voor moslims die zich bekeren tot het christelijk geloof. Het leidt er ook toe dat christenen in veel landen in het Midden-Oosten als tweederangs burger worden behandeld.
De auteur concludeert dat de godsdienstige registratie discriminatie bevordert, geweld van burgers tegen elkaar voedt en een belemmering vormt om gelijke rechten voor iedereen te garanderen.