„Meeste werknemers doen alsof ze werken”
Vergaderingen zijn zinloos en in ondernemingen wordt te weinig gewerkt. Dat stelt de Duitse organisatiedeskundige Lars Vollmer, die over dit thema het boek ”Weer aan het werk” schreef. De Süddeutsche Zeitung interviewde Vollmer.

Met zijn stelling dat er te weinig wordt gewerkt, bedoelt Vollmer niet „dat we te kort op kantoor zijn, maar dat we grotendeels in organisaties werken, waarin mensen systematisch van het werk worden gehouden.” Onder „echt werk” verstaat de Duitser „werk voor anderen, al het andere is slechts bezigheid.” Werk heeft volgens hem altijd een externe betrekking, het gaat om een prestatie voor een klant, om het oplossen van een probleem. „Maar in veel organisaties raakt dat zo op de achtergrond dat de meeste werknemers al het mogelijk doen, behalve werken. Ik stel: ze doen alsof ze werken.”
Als klassiek voorbeeld van dit ”businesstheater” noemt Vollmer de vergadering, waarin zoveel rollen worden gespeeld dat de gehele bijeenkomst „een opvoering op zichzelf is.” Bij veel vergaderingen gaat het niet om het organiseren van werk, maar „veel meer om het duidelijk maken van de hiërarchie.” Daarom vormt die het „voornaamste werkspel”, aldus de organisatiedeskundige die ook een voorstel doet om weer tot de kern terug te keren. „En goed begin zou zijn om alle managementpraktijken die in de loop der jaren en decennia zijn ontstaan, in twijfel te trekken. De meest kan men eenvoudig vergeten.”