„Relatie kan bij autisme behoorlijk scheefgroeien”
AMERSFOORT. Een relatie kan behoorlijk scheefgroeien als een van de partners autisme heeft.
Dat zei Gerda Bastiaan, autismespecialist bij het Therapeutisch Centrum GGZ in Emmeloord en Lelystad, zaterdag tijdens een studiedag over relatie en autisme in Amersfoort. De bijeenkomst, op Wereldautismedag, was georganiseerd door het Platform Autisme in de kerk, dat bestaat uit dit Koningskind, Helpende Handen, Op weg met de ander en Timon.
Bastiaan vertelde dat autisme bij een van de partners tot grote spanningen in een huwelijk kan leiden. Mensen met autisme kunnen zich dikwijls op het werk, in een zakelijke sfeer, nog wel handhaven. Het wordt lastiger als het sociale aspect een grotere rol speelt. Ze voelen zich vaak niet op hun gemak op feestjes. Ook bestaat de kans dat de persoonlijke relaties onder druk komen te staan, omdat ze zich vaak minder goed kunnen inleven in de belevingswereld van anderen.
De partner van een persoon met autisme –in vier van de vijf gevallen is dat de vrouw– probeert zich in het begin vaak aan te passen, aldus Bastiaan. Op een gegeven moment lukt dat niet meer. „Het gevolg kan zijn dat zij op een bepaald moment boos en emotioneel reageert. Dan voelt de man zich gekwetst en trekt hij zich terug. De kans is groot dat de vrouw daardoor opnieuw boos wordt, waarna de communicatie opnieuw wordt verstoord.”
Dat hoeft echter niet, zei Bastiaan. „Als de vrouw haar emoties op een rustige manier ter sprake brengt, kan er wederzijds begrip ontstaan.” Vaak is er een therapeutische behandeling nodig.
Als er wederzijds begrip is ontstaan, accepteren de partners elkaar beter en willen ze de ander niet meer veranderen maar begrijpen. Dit gaat niet zonder verdriet, maar ook niet zonder hoop, aldus Bastiaan. In het herstelproces kunnen praktische afspraken worden gemaakt over de taakverdeling, het hebben van een eigen ruimte en het leren zeggen wat de partners voelen.
Ervaringsdeskundigen Peter en Arina vertelden over hun worsteling. In 2013 hield Arina het niet langer vol. Toen hij een brief waarin zij haar verdriet had opgeschreven niet opende, vertrok zij uit huis. Peter: „Ik had gezegd dat ik erop zou terugkomen als ik tijd had. Ik ben snel naar de huisarts gegaan, die me heeft doorverwezen naar een psycholoog. Hij zei echter dat ik geen autisme had.”
Diagnose
Mede door de weigering een diagnose te laten stellen, bleef het paar bijna tien maanden uit elkaar. De ommekeer kwam toen Peter een studie over autisme las, zichzelf herkende en Arina die liet lezen. Arina: „Ik zag licht aan het einde van de tunnel toen ik begreep dat hij zichzelf herkende. Ook door een foto op de studie met de tekst uit Psalm 17:8: „Bewaar mij als het zwart des oogappels.” Dat was onze trouwtekst. Ik dacht: „Dit moet zo zijn. Ik moet terug naar Peter.””
De twee zijn weer bij elkaar en hebben elkaar geaccepteerd, maar de situatie vergt veel van beiden. Ze nemen nu twee keer per week de tijd om met elkaar te praten.
Arina kreeg een eigen ruimte in huis en slaapt weleens een nachtje elders. Arina: „Als je eerlijk tegen elkaar bent, krijgt de verwijdering die om de hoek ligt, minder kans.”
Ds. F. Wisselink, vrijgemaakt-gereformeerd predikant in Almelo, zei tijdens een forumgesprek dat het belangrijk is om in de kerkelijke gemeente signalen te herkennen, bijvoorbeeld als een vrouw de kerkdiensten niet meer bezoekt. Hij vindt het nodig dat mensen met autisme goede pastorale zorg krijgen en dat ze worden aanvaard zoals ze zijn.