Referendum sticht verwarring
De SGP is voor het associatieakkoord met Oekraïne, maar tegen een referendum, schrijven Kees van der Staaij en Henri Krooneman. Hoe je dat vertaalt in een stem op 6 april, is aan de kiezer zelf.
Op 6 april mag iedere stemgerechtigde Nederlander naar de stembus om voor of tegen het Europese associatieverdrag met Oekraïne te stemmen. Nogal wat burgers vragen zich af wat ze moeten doen. De SGP kiest ervoor om geen stemadvies te geven, ook niet om wel of niet te gaan stemmen. Wél geven we meer duidelijkheid over de vraag waar het om gaat bij dit referendum.
De SGP heeft zowel in de Tweede als de Eerste Kamer ingestemd met het associatieverdrag met Oekraïne. Dat was om inhoudelijke redenen: het associatieverdrag is toch eerst en vooral een handelsverdrag.
De SGP is voorstander van het wegnemen van handelsbelemmeringen en de uitwisseling van geld en goederen tussen de EU en Oekraïne. Daarnaast is óók politieke samenwerking nuttig. In Oekraïne is veel corruptie. Willen we dat onze investeringen terugverdiend worden, dan moet die corruptie bestreden worden. Het verdrag regelt dat de Oekraïense wetgeving wordt afgestemd op de Europese regelgeving, waardoor er een gelijk speelveld ontstaat.
De SGP heeft vol overtuiging tegen de invoering van referenda gestemd. Een referendum strijdt met het principe van een vertegenwoordigende democratie. Uitgangspunt van ons staatsrecht is dat gekozen volksvertegenwoordigers verantwoordelijk zijn voor de politieke besluiten, ook wat betreft de goedkeuring van internationale verdragen.
Referenda staan daar haaks op. Ze stichten vaak meer verwarring dan helderheid, zeker als niet eens duidelijk is wat er met de uitslag gebeurt. Dat zie je nu bij het Oekraïnereferendum. Voor- en tegenstanders kapen dit handelsverdrag voor hun eigen politieke agenda. Dat maakt het voor iedereen extra lastig om te bepalen waar je nu eigenlijk ja of nee tegen zegt. Voor- en tegenstanders geven er elk hun eigen draai aan.
Daar komt bij dat de uitslag raadgevend is. Het kabinet laat open wat het doet bij een nee. Sommige partijen hebben al gezegd de uitslag te zullen volgen. Het is goed om te weten dat de uitslag alleen geldig is als meer dan 30 procent van de kiezers gaat stemmen. Voor sommigen is dat een reden om thuis te blijven, in de hoop dat het referendum dan ongeldig zal zijn.
Eurokritisch
De SGP is dus voor het associatieverdrag, maar tegen dit referendum. Om het nog wat ingewikkelder te maken: de Europavisie van het nee-kamp is soms méér in lijn met wat de SGP vindt van Europa dan de opvattingen van veel ja-stemmers. De EU breidt de tentakels het liefst zo ver mogelijk uit en Europa ziet graag dat steeds meer macht zich concentreert in Brussel, ten koste van de nationale soevereiniteit.
De SGP heeft zich altijd verzet tegen de expansiedrift van de EU, en zal dat blijven doen. In woord en daad (moties, wetten, amendementen) draagt de SGP in het Nederlandse parlement uit dat de macht van Brussel moet worden ingeperkt. Meer Nederland, minder Europa. Deze kritische insteek herkennen we bij veel tegenstanders van het gesloten associatieverdrag met Oekraïne.
Er wordt wel gezegd dat dit verdrag een opstapje is naar een lidmaatschap van Oekraïne van de EU. Feit is dat niets in de inhoud van het verdrag deze bewering ondersteunt. Daarvoor is, als dit ooit aan de orde komt, een apart besluit nodig. Het standpunt van de SGP over zo’n besluit moge duidelijk zijn: nee. Wat dat betreft is het nu voorliggende verdrag juist een alternatief voor toetreding van Oekraïne tot de EU. Wel samenwerken, niet samensmelten.
We beseffen dat de genoemde overwegingen helaas niet gemakkelijk te vertalen zijn naar een simpele en logische keus. Dat gebeurt wel vaker. Het is vooral een kwestie van: hoe weeg je de verschillende feiten en argumenten? Het woord is dan ook aan de kiezers. We wensen iedereen daarbij veel wijsheid toe.
De auteurs zijn respectievelijk fractievoorzitter en beleidsmedewerker buitenlandse zaken van de SGP-fractie in de Tweede Kamer.