Aanvechtingen
Galaten 6:14a
„Maar het zij verre van mij, dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onze Heere Jezus Christus.”
Christus werd gekruisigd in Zijn aanvechtingen, toen Hij listig door de duivel werd verzocht om voor hem neer te vallen en hem te aanbidden. Dat was een veel grotere schande dan wanneer de grootste koningin op aarde door de grootste gemenerik tot onkuisheid verzocht zou worden, en in zijn armen heen en neer gedragen werd naar zijn goeddunken. Maar dit was opdat Hij door ondervinding mocht weten hoe Hij ons, als wij verzocht worden, te hulp kan komen.
Jezus werd gekruisigd tijdens heel Zijn leven, dertig jaar lang, terwijl hij leefde zonder achting of aanzien. „Maar heeft Zichzelf vernietigd” (Filippenzen 2:7). „Hij was veracht, en wij hebben Hem niet geacht” (Jesaja 53:3). Hoogstens werd Hij aangezien voor de zoon van een timmerman of voor een timmerman, misschien omdat Hij werkte bij Zijn vader. Zijn Godheid was bedekt in Zijn vlees, waarin het onopgemerkt verborgen lag. Dit was om ons te leren dat hetzelfde gevoelen in ons behoorde te zijn, dat ook in Christus was (Filippenzen 2:5), en om tevreden te zijn met een leven zonder aanzien in deze wereld, vanwege Zijn eer. Laten wij dan niet treuren als wij veracht en verworpen worden.
John Wall, predikant te Londen
(”Niemand dan Christus”, 1666)