Opinie

Alternatieve geneeskunde lang niet altijd verwerpelijk

Het is veel te simpel en gevaarlijk om alle vormen van alternatieve geneeskunde weg te zetten als occult, reageert dr. R. Seldenrijk op Wilco Vos (RD 8-2).

dr. R. Seldenrijk
12 February 2016 16:29Gewijzigd op 16 November 2020 01:24
beeld ANP
beeld ANP

Wilco Vos schreef het boek ”De duivel was op mijn nek gesprongen”. Daarin geeft hij een oordeel over, wat wordt genoemd, ”alternatieve geneeskunde”. De titel is veelzeggend. Is onder zo’n emotionele vlag een objectieve beoordeling mogelijk?

Gedurende zijn lange zoektocht naar genezing komt Wilco Vos in aanraking met een ”occulte” –de Bijbel kent alleen het woord ”paranormaal”– wereld. Hij laat zich in de natuurgeneeskunde opleiden door een sjamaan, leert wichelroede lopen, lijdt onder demonische aanvallen en ervaart zich van de duivel bezeten. Kun je zo de goede dingen doen en de dingen goed doen?

Na een lange geestelijke strijd is hem het licht opgegaan. Sinds die tijd zijn volgens hem alle geneeswijzen buiten de reguliere geneeskunde duisternis. Terzijde: hoe ‘licht’ zijn ‘reguliere’ abortus, euthanasie of hulp bij zelfdoding?

Vos wil mensen waarschuwen. Want de Heere –blijkbaar synoniem met reguliere geneeskunde?– is onze Heelmeester. Vos zet God als Heelmeester tegenover wichelroedes. Wichelroedes vertegenwoordigen daarbij het gehele complementaire, niet-reguliere veld.

Soorten genezers

Het is goed om te beseffen dat er twee soorten genezers zijn. De eerste groep gebruikt paranormale krachten en/of energie en demonen. Dat is ongeoorloofd.

Met de tweede soort moeten we verantwoord omgaan. Zo is acupunctuur op een westerse manier toe te passen, maar met het taoïsme mogen we ons niet inlaten. Homeopathie is sinds Hippocrates een in zichzelf neutrale en beproefde geneeswijze. Mens, dier, plant en celkweek reageren op de kleinste dosering, zo constateerde bijvoorbeeld prof. dr. Luc Montagnier onlangs weer. Evenals antroposofische en natuurgeneeskunde, kruidentherapie en manuele therapie kan ook deze geneeskunst echter in verkeerde handen komen.

Vos laakt ook EMDR. Dit is echter een reguliere, geprotocolleerde methode (zie ook RD 12-2). Binnen de ggz wordt EMDR gebruikt ter behandeling van psychotrauma’s. De cliënt wordt gevraagd terug te denken aan de nare gebeurtenis zoals die zich deze herinnert. Intussen wordt het werkgeheugen belast (bijvoorbeeld door tikjes in het oor of te kijken naar een bewegend lichtje). Bij dit opnieuw beleven van reële, meegemaakte gebeurtenissen, wordt er geen geest of duivel bijgehaald.

Schroothoop

In mijn boek ”Duurzame en integrale geneeskunst” (uitg. De Banier) heb ik dit soort zaken en het wetenschappelijk bewijs ervoor uitgewerkt. Ik vind de redenering van Vos dan ook veel te simpel en gevaarlijk. Hoezo zijn acupunctuur, bioresonantie, EMDR, homeopathie, iriscopie, kruidengeneeskunde, manuele therapie en natuurgeneeskunde gevaarlijk? Paranormale behandelaars kunnen van de methoden in een paranormale context misbruik maken. Maar zijn daarmee de methoden paranormaal?

Vos slingert met een enkele ferme armzwaai alle ‘niet-reguliere’ geneeskunde op één schroothoop. Hij doet hetzelfde als auteurs als Rianne van der Smitte en Ruud van de Ven. Zij hanteren een associatieve benadering. In hun publicaties ordenen ze geen feiten, maar interpretaties van feiten die in hun denklijn passen. Soms verdraaien ze feiten zelfs, zo heb ik in mijn studie vastgesteld.

En, met respect, maar het betreft veelal mensen uit bepaalde kringen. Zolang deze schrijvers van echte kennis ontbloot blijven en blijven werken met een subjectieve bril op, stichten ze erg veel kwaad. Dit ligt ook voor de hand. Zij kunnen geen goede bron van verantwoorde informatie zijn. Allen komen uit het paranormale circuit. Ze zeggen daarvan te zijn verlost. Maar het is als met een ‘genezen’ alcoholist: die kan niet meer objectief oordelen over het gebruik van alcoholhoudende dranken.

Hoe dan wel?

Ook in christelijke kring lopen zin en onzin van behandelwijzen én van beoordelingswijzen door elkaar. Hoe moet het dan? Door rekening te houden met vijf zaken:

  1. Kijk in algemene zin naar vijf aspecten in het behandelproces: genezer, diagnosestelling, therapie, medicijnen en patiënt. Moet de patiënt zich openstellen voor het intreden van krachten en geesten?

  2. Let op kenmerken van betrouwbare behandelaars: landelijk erkend vakdiploma, geen afzetten tegen de reguliere geneeskunde, geen gebruik van paranormale diagnostische mogelijkheden, beschikken over overdraagbare en door anderen te leren kennis en dergelijke.

  3. De keerzijde zijn kenmerken van onbetrouwbare behandelaars: zij doen onheilspellende uitspraken, weren verzoek om nadere informatie af, wijzen de reguliere geneeskunde af, de therapie zou voor ongeveer alles helpen, ze beschikken over aan de persoon gebonden paranormale gaven en zo meer.

  4. We kunnen een beoordeling geven vanuit onze christelijke levensvisie. Daarbij wordt een Bijbelse kijk op de mens en zijn gezondheid gesteld tegenover seculiere en zelfs paranormale overwegingen.

  5. Erken Gods geboden. Om ons te vrijwaren van boze machten gaf de Heere Zijn Tien Geboden. Deze zijn door Jezus samengevat als God liefhebben boven alles en onze naaste als onszelf. Er bestaan duistere machten, magie, demonie en andere paranormale krachten. Ook binnen het veld van de complementaire geneeswijzen zijn er mensen die zich daarmee inlaten. Dat is echter in strijd met de eerste twee geboden én met het dubbele liefdegebod. De ‘reguliere’ levensbeëindigende handelingen staan overigens haaks op het zesde gebod.

Dankbaar

Ruim 49 procent (!) van de Nederlanders heeft een chronische ziekte. Daar kan de reguliere geneeskunde –ondanks alle kennis en kunde– niets aan doen. De complementaire wel. Vanuit patiëntenperspectief pleiten we met Hippocrates voor een integrale benadering. Laten we kritisch beoordeelde, werkzaam bevonden genees- en behandelmethoden maximaal benutten.

Dit laatste kan ik hier niet uitwerken. Maar wie in de navolging van Christus zieken en kwetsbaren begeleidt, vervult een verantwoordelijke en dankbare taak.

De auteur is oud-directeur van de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer