Ds. Mulder, predikant te Tricht-Geldermalsen, zei dit woensdag in zijn lezing op een door de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) belegd symposium over Bijbellezen, in Gouda. De hoofd­docent aan de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten in Rotterdam sprak over ”De Bijbel en de jonge Bijbellezer”.

„Al de Schrift is van God ingegeven. De Heilige Geest inspireerde de schrijvers en bracht deze Bijbelboeken in canon, zonder dat de kerk dit besloot”, zei ds. Mulder. De Bijbelboeken zijn geen aardrijkskundige of biologische boeken. In alle opzichten heeft de Schrift Goddelijk gezag. Door heel de Bijbel loopt een gouden draad naar één doel: de Messias.

Volgens de predikant zien velen vandaag de dag de Bijbel als inspiratiebron en niet als gezaghebbende grondslag. Zo wordt de Schrift verstaan in de context van zijn ontstaan en wordt hij bezien voor wat vandaag kan gelden.

Ds. Mulder waarschuwde ervoor geen losse teksten uit de Bijbel te gebruiken buiten de context, maar te letten op het verband waarin ze staan. „Wel is de Heilige Geest nodig om het Woord recht te verstaan en te ontvangen.” Verder beklemtoonde hij de persoonlijke toespitsing. „Gods Woord is regel en richtsnoer in leer en leven. Bijbelse waarden en normen zijn niet tijdgebonden, wel tijdbetrokken.”

Struikelblokken

Bij het Bijbellezen kunnen er struikelblokken zijn. Daarover sprak drs. Elline de Wilde, theologe en docente godsdienst aan het Hoornbeeck College. Volgens haar kan er sprake zijn van geestelijke luiheid. Niet alleen het peilen van geestelijk leven bij jongeren is moeilijk, „maar heerst luiheid ook niet in ons eigen hart?” De Wilde hoort jongeren soms achteloos zeggen dat een mens van nature dood is. Hij kan toch niets doen aan zijn bekering. Geestelijk leven moet volgens haar ook niet oppervlakkig zijn. „De automatische piloot is een sluipend monster.” Verder noemde ze het schokkend te zien dat jongeren ouderen voorgaan in het lezen van de Bijbel. Een praktisch struikelblok kan zijn het geen tijd te nemen voor het onderzoeken van de Schrift. Ook de tijdgeest kan een struikelblok zijn. „De satan speelt in op de gevoelscultuur. Het gevoel is dan leidend in plaats van Goddelijk gezag. Neem de Bijbel bij de hand en ga de zoektocht aan met jongeren”, aldus De Wilde.

„Lees de Bijbel mediterend”, zei de docente godsdienst. Meditatie werkt volgens haar beklijvend. „We moeten jongeren trainen om het wapen van het Woord geestelijk te hanteren.” Verder voerde ze een pleidooi om kennis te hebben van de achtergrond van een bepaald Bijbelgedeelte, het zogenoemd contextualiserende Bijbellezen. Ten slotte noemde ze de noodzaak van een beeldende Schriftuitleg. „We moeten de levende werkelijkheid en het diepe geheim van de Bijbelse boodschap aan het hart van de jongeren leggen.”

Workshops

In workshops werd ingegaan op Bijbellezen met kinderen, Bijbelstudie met jongeren en aan de slag met de Bijbel met uitleg.

Evangelist G. Baan behandelde in zijn workshop Bijbellezen met niet-christenen. Daarin is het volgens hem van groot belang om met de ander een relatie op te bouwen, die nodig is voor een sfeer van vertrouwen en openheid. „Probeer je ook in te leven in de denk- en leefwereld van de ander en oefen je in goed luisteren en het stellen van de juiste vragen”, zo stelde Baan.

Hij waarschuwde niet snel over de ander een menig te hebben en je eigen mening niet direct naar voren te brengen. „Luisteren, samenvatten en doorvragen”, is zijn devies. „Probeer vanuit basis­ervaringen of gemeenschappelijke ervaringen of een actueel thema een brug te vinden naar een passend Bijbelgedeelte. Dring niet op, maar probeer nieuwsgierig te maken”, aldus Baan.