Kerk & religie

God ziet alles

Psalm 13:4

Dr. H. F. Kohlbrugge
17 August 2015 09:20Gewijzigd op 15 November 2020 21:05

„Aanschouw, verhoor mij, Heere mijn God; verlicht mijn ogen, opdat ik in de dood niet ontslape.”

„Is iemand onder u in lijden? Dat hij bidde.” Daar is de hulp reeds op verrassende wijze in aantocht, terwijl wij ons nog in angst bevinden en roepen: „Hoelang, hoelang?” We menen dat de hulp niet meer komt, het is te laat. Daarom moet men niet vertragen met het gebed: „Aanschouw toch”, zoals ook de gemeente in Psalm 10 klaagt: „Gij ziet het immers, want Gij aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geve; op U verlaat zich de arme, Gij zijt geweest een Helper van de wees.”

De Heere God in de hemel ziet alle mensen en alle dingen op drie manieren aan: ten eerste naar Zijn Goddelijke alwetendheid, waardoor Hij alle dingen te rechter tijd ziet en Hem niets verborgen is. Want er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem, maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen van Degene met Wie wij te doen hebben!

Vervolgens ziet Hij ons aan als 
Hij de kinderen straffen wil om hun overtredingen. Zo slaat Hij wel hun verkeerdheid gade. Daarom roept Hij de goddelozen toe: „Is dat niet bij Mij opgesloten, ver­zegeld in Mijn schatten?” (Deuteronomium 32:34).

Ten slotte ziet Hij de ellendige in genade aan als Hij de ellendige en verlatene bezoekt, hun in genade barmhartigheid bewijst om hen te redden uit de benauwdheid en te zetten in ruimte.

Dr. H. F. Kohlbrugge, predikant te Elberfeld (”Preken Psalm 13”, 1884)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer