Burgers weten daardoor niet welke risico’s zij nemen. Dat heeft voorzitter P. van Vollenhoven van de Raad voor de Transportveiligheid zondag gezegd. „Niemand voelt zich geroepen om de samenleving erop te attenderen hoe gevaarlijk het is,” zei Van Vollenhoven in het televisieprogramma Buitenhof.

Op het gebied van transportveiligheid heeft de overheid volgens Van Vollenhoven niet alle kennis in huis. „Ze werkt met bijzonder veel bureaus die fouten kunnen maken. De rapporten tuimelen over elkaar heen. Soms weet de overheid ook absoluut niet meer wat er gaande is.” Als voorbeelden gaf Van Vollenhoven de veiligheid in de binnenvaart en rond de luchthaven Schiphol.

De overheid moet volgens de voorzitter van de Raad voor de Transportveiligheid een goed beeld krijgen van de risico’s die de verschillende vormen van vervoer met zich meebrengen. Verder moet zij de samenleving daarover goed informeren. Burgers kunnen dan zelf de afweging maken welke gevaren zij willen accepteren. Want aan hogere veiligheid hangt altijd een prijskaartje, aldus Van Vollenhoven.

Op dit moment worden bedrijven die een loopje nemen met de veiligheid onvoldoende aan de kaak gesteld. Van Vollenhoven wil daarom dat klokkenluiders, dat zijn mensen die deze misstanden openbaar maken, beter beschermd worden. „Regelingen voor klokkenluiders kunnen van belang zijn als je de veiligheid wilt stimuleren.”

Volgens de voorzitter is het onderzoek naar rampen in het transport de laatste jaren wel onafhankelijker geworden. „Vroeger deed de overheid die zelf,” aldus Van Vollenhoven.