Economie

Europa moet antwoord zien te vinden op Griekse uitdaging

APELDOORN. De nieuwe Griekse premier Tsipras en zijn minister van Financiën Varoufakis trekken als een wervelwind langs de Europese hoofdsteden. Achter de schermen draait het overleg in Brussel en tussen de eurolanden over een antwoord op hun ideeën ongetwijfeld op volle toeren. Enkele vragen.

Arie de Rooij
5 February 2015 16:53Gewijzigd op 15 November 2020 16:27
Varoufakis (r.) en zijn Britse collega Osborne (l.) beeld AFP
Varoufakis (r.) en zijn Britse collega Osborne (l.) beeld AFP

Wat wil Griekenland nu eigenlijk precies?

Eén ding staat vast: de regering van het radicaallinkse Syriza probeert een breuk met het beleid van de afgelopen jaren te forceren. Sinds 2010 heeft Athene noodkredieten ontvangen vanuit Europa en van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), onder het beding dat er een ingrijpend saneringsbeleid zou worden uitgevoerd, met bezuinigingen en hervormingen. Tsipras en zijn mannen beogen door die aanpak een streep te halen.

Wat daarbij hun precieze plannen zijn, is niet duidelijk. In de voorbije dagen klonk er van hun kant een verscheidenheid aan geluiden. Uitgavenbesparingen draaien ze terug en kort erna zeggen ze dat ze de begroting op orde zullen houden. Aanvankelijk leken ze op ramkoers te liggen. Niet meer praten met de trojka, de onderhandelaars van de Europese Commissie, de Europese Centrale Bank (ECB) en het IMF, heette het vorige week vrijdagavond. Inmiddels matigen ze hun toon. Nieuw is de gedachte om de schuld aan eurolanden en IMF om te zetten in obligaties waarbij de rentebetaling afhangt van de hoogte van de economische groei in Griekenland. Maar het blijft allemaal vaag. Een alomvattend voorstel ontbreekt tot dusver.

Wat is het antwoord van Europa?

Nergens horen we steun voor een kwijtschelding van de aflossing van de verstrekte leningen. Als het echter gaat om minder bezuinigen, tekent zich verdeeldheid af. Lidstaten als Frankrijk en Italië wensen zelf ook graag een versoepeling van de strenge begrotingsdiscipline die Brussel oplegt en meer aandacht voor het bevorderen van de groei. In dat opzicht zijn zij wel gevoelig voor de pleidooien van de Grieken. Frankrijk heeft al geopperd om als bemiddelaar op te treden in de onderhandelingen. Duitsland daarentegen wenst geen gemarchandeer: afspraak is afspraak, Griekenland dient zich te houden aan de voorwaarden die in het verleden met vorige kabinetten zijn vastgelegd.

Niet voor niets hebben Tsipras en Varoufakis een bezoek aan Berlijn zo lang mogelijk uitgesteld. Daar krijgen zij immers gegarandeerd nul op hun rekest. Eerst maar eens elders pogen begrip en sympathie te winnen, zullen zij denken. Pas vandaag is Varoufakis op visite bij zijn Duitse collega Schäuble. Woensdag zette hij al het charmeoffensief in: hij richtte lovende woorden aan het adres van bondskanselier Merkel en Schäuble. Dat was in verkiezingstijd wel anders.

Hoe lang gaat het duren voor we weten waar we aan toe zijn?

Dat is moeilijk te zeggen. Volgende week is er een vergadering van de eurogroep en een EU-top van de regeringsleiders. Misschien krijgen we dan wat meer helderheid. Maar de finale van de besprekingen is nog niet aan de orde. De echte onderhandelingen moeten nog beginnen en het betreft een uiterst gecompliceerd dossier.

Anderzijds, de tijd dringt. Eind februari loopt het steunprogramma voor de zuidelijke natie af. Die dreigt, als een akkoord uitblijft, in de periode daarna zonder geld te komen zitten. Een mogelijk faillissement en een vertrek uit de eurozone (Grexit), hoewel Tsipras zegt dat niet te willen, zijn zeker niet uit beeld verdwenen.

Er dreigt dus op korte termijn een kastekort voor de Grieken. Hoe denken ze dat op te lossen?

Varoufakis, die woensdag sprak met president Draghi van de ECB, zei zondag dat hij ernaar streeft eind mei een nieuw contract te hebben gesloten met Europa. De tussentijd hoopt hij in financieel opzicht te overbruggen door kortlopend te lenen, voor 10 miljard euro. De regering geeft daartoe extra zogenoemd schatkistpapier uit en verkoopt dat aan de banken. Maar de monetaire autoriteiten in Frankfurt lijken niet in te stemmen met die operatie. Dus heeft Tsipras een groot probleem.

Daar komt nog bij dat de nood van de Griekse banken zelf eveneens hoog is. Burgers nemen uit voorzorg, uit angst dat ze de euro kwijtraken, hun tegoeden op en daardoor ontstaan liquiditeits­tekorten. Tot overmaat van ramp kondigde de ECB woensdag aan te stoppen met het accepteren van Griekse staats- en bankobligaties als onderpand voor kredieten, omdat het land niet langer voldoet aan de voorwaarden van het schuldenprogramma. Dit betekent dat de Griekse banken niet meer in Frankfurt kunnen lenen. Er rest voor hen nog slechts de mogelijkheid een beroep te doen op een noodfaciliteit van de nationale centrale bank.

Hoe loopt dit af?

Niemand weet het, niemand kan het voorspellen. Het is onbekend terrein. We gaan hoe dan ook spannende weken tegemoet.

Op 11 februari 2010 was er voor het eerst een EU-top die volledig werd beheerst door de crisis in Griekenland, die toen in alle hevigheid uitbrak. Het is bijna vijf jaar later en de problemen met die lidstaat zijn voluit terug op de agenda in Brussel.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer