Senaat stak vaker spaak in ’t wiel
DEN HAAG. Het was dinsdag niet voor het eerst dat individuele senatoren een flinke hand zand in de politiek-bestuurlijke raderen strooiden. Drie momenten van senatoriaal machtsvertoon uit de achterliggende decennia.
Duivesteijn
Een van de drie PvdA-senatoren die dinsdag tegen de zorgwet van Schippers stemden, voerde precies een jaar geleden ook al een politieke onemanshow op. Lange tijd voedde de eigengereide sociaaldemocraat Duivesteijn, oud-wethouder in Den Haag en Almere, oud-Tweede Kamerlid en volkshuisvestingsspecialist, het vermoeden dat hij in de Senaat tegen de Wet maatregelen woningmarkt zou gaan stemmen. Zonder zijn steun zou de uitwerking van het zwaar bevochten woonakkoord in de Eerste Kamer worden weggestemd en kon minister Blok van Wonen en Rijksdienst fluiten naar zijn besparing van 1,7 miljard euro. Op het allerlaatste moment bond Duivesteijn echter in. Een crisis in de coalitie was afgewend.
Van Thijn
Dat laatste lukte niet in 2005, toen de PvdA-fractie in de Eerste Kamer zich keerde tegen het kabinetsvoorstel voor de gekozen burgemeester. Weliswaar was het toen de gehele PvdA-fractie die het voorstel van D66-minister De Graaf naar de prullenbak verwees, maar fractiewoordvoerder Van Thijn speelde in deze affaire een grote rol. De ”nacht van Van Thijn” eindigde in het aftreden van De Graaf en een heuse kabinetscrisis. Na wat politieke massage kon het kabinet-Balkenende II echter toch weer doorregeren.
Wiegel
Groot politiek tumult veroorzaakte in 1999 VVD-senator Wiegel. Als enige van zijn fractie stemde hij tegen het kabinetsvoorstel over het referendum. Zijn tegenstem betekende niet alleen de nekslag voor het wetsvoorstel, maar stortte ook het kabinet-Kok II in een crisis. Kok bood aanvankelijk koningin Beatrix zijn ontslag aan, maar trok die ontslagaanvraag even later weer in. Paars II pakte de draad weer op en ging werken aan een nieuw referendumvoorstel.