Kerk & religie

Prof. dr. F. G. Immink: Klassieke theologie onmisbaar naast religiestudies

De klassieke theologie in Nederland is kleinschaliger geworden, maar zeker niet verdwenen. Het vergt wel voortdurende inzet om haar positie te handhaven naast het opkomende vak religiestudies, vindt prof. dr. F. G. (Gerrit) Immink. Vandaag nam hij in Amsterdam afscheid als rector van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU). Het was de eerste periode van de ‘kersverse’ PThU, opgericht in 2007, die Immink afsluit.

Klaas van der Zwaag

11 December 2014 14:56Gewijzigd op 15 November 2020 15:05
Prof. dr. F. G. Immink. beeld RD, Anton Dommerholt
Prof. dr. F. G. Immink. beeld RD, Anton Dommerholt

Prof. Immink (1951) heeft een turbulente periode als bestuurder van het theologisch onderwijs achter de rug. Hij begon in 1993 als hoogleraar praktische theologie aan de kerkelijke opleiding in Utrecht, in de zogeheten duplex-ordostructuur: de scheiding tussen kerkelijke en staatsvakken. In 2005 wilde de toenmalige staatssecretaris Rutte niet verder met het instituut van kerkelijk hoogleraar, waardoor er veel aan het rollen is gegaan. De kerken stonden voor de keuze: óf een zelfstandige opleiding óf aanhaken bij de bestaande universiteiten via een seminarie.

Prof. Immink: „We hebben toen voor het eerste gekozen. In die tijd ontstond ook de Protestantse Kerk in Nederland, waar drie soorten opleidingen –een hervormde, een gereformeerde en een lutherse– tot één moesten worden. Zo kwam de Protestantse Theologische Universiteit in beeld, die uiteindelijk op 1 januari 2007 van start ging. Dat was een samenvoeging van de kerkelijke opleidingen in Leiden en Utrecht en van de Theologische Universiteit Kampen. Vervolgens hebben we in 2011 besloten om deze drie vestigingen te sluiten en ons te vestigen in Groningen en in Amsterdam.”

Kortom, er was altijd wel wat aan de hand, zegt de scheidende rector. Als het gaat om een kosten- en batenanalyse heeft de PThU zich ondertussen goed gepositioneerd, stelt hij, hoewel er een grote vermindering is geweest van opleidingsplaatsen en personeel.

Hoe is de instroom van studenten geweest?

„De reguliere instroom is redelijk op peil gebleven, maar we hebben wel te maken gehad met een grote daling van deeltijdstudenten. In het verleden bloeide de zaterdagopleiding in Utrecht. Die werd met name gevolgd door ouderen die een zogeheten late roeping kenden. Door overheidsmaatregelen zijn de kosten voor een tweede studie erg hoog geworden. Alleen in Amsterdam bieden we deze opleiding nog aan. De PThU verzorgt de ambtsopleiding van de PKN in een driejarige masteropleiding.”

Volgens cijfers die de koepelorganisatie EA-EZA vorige week publiceerde, ontstaat er in de toekomst een groot predikantentekort. Kansen voor de PThU?

„De meningen zijn wel verdeeld over de cijfers. Er werd gerekend met een grote uitstroom van babyboomers, maar dat valt erg mee. De ramingen zijn inmiddels bijgesteld, omdat veel gemeenten fuseren en er dus minder predikantsplaatsen beschikbaar zijn. Had je vroeger kandidaatsgemeenten voor jongere predikanten, nu zie je dat oudere predikanten naar een kleine gemeente gaan, waardoor er weer minder plek is voor jongere proponenten.”

Klassieke theologie

Prof. Immink staat bekend als een verdediger van de klassieke orthodoxe theologie. In zijn publicaties legt hij de nadruk op de theologie als het spreken over God. Hij begon zijn loopbaan met een proefschrift over de eenvoud (simplicitas) van God, destijds onderdeel van de spraakmakende Utrechtse School die tal van dissertaties opleverde over de klassieke godsleer.

Inmiddels is de theologische faculteit van Utrecht, ooit het hart van de Nederlandse theologiebeoefening, opgedoekt en zoals zo veel andere theologische faculteiten religiestudies geworden.

Kun je zeggen dat de klassieke theologie in Nederland is ontmanteld?

„Nee, wel is er sprake van reductie. De klassieke theologie wordt op veel minder plekken beoefend. De opleidingen godgeleerdheid zijn verdwenen in Leiden, Utrecht en aan de Universiteit van Amsterdam, maar nog steeds aanwezig aan de Vrije Universiteit, de Rijksuniversiteit Groningen en aan de Universiteit van Tilburg, de rooms-katholieke ambtsopleiding. En uiteraard aan de gereformeerde universiteiten in Apeldoorn en Kampen. Ook in het verleden –in de context van de duplex ordo– was er aan de openbare universiteiten een sterk godsdienstwetenschappelijke benadering van de christelijke theologie. Dat is nu omgebogen in een algemene, brede vorm van religiestudies, vanuit het perspectief van de sociale wetenschappen en de psychologie.”

Wat vindt u van de nieuwe landelijke koepel –Netherlands Academy of Religion– die de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen nu heeft voorgesteld?

„Het streven is om al het religieonderzoek in een landelijk netwerk samen te brengen. Een loffelijk streven, maar ik moet nog zien of er op dit gebied echt iets nieuws van de grond komt. De laatste jaren was het al een hele klus om religiewetenschappers en theologen samen onder één paraplu te houden, laat staan dat ook sociologen en antropologen zich daar nog bij moeten voegen. Theologie is een krimpend veld, dat kunnen we niet ontkennen, en als je alle religieonderzoek bijeen brengt, dan heb je nog een zekere massa. Maar ja, het zijn wel vogels van diverse pluimage.”

De algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, drs. P. J. Vergunst, opperde vorige week in deze krant dat de PThU in de toekomst wellicht niet beide locaties kan handhaven.

„Dat lijkt me een voorbarige en ongegronde opmerking. In Nederland zijn er twee sterke plekken waar theologie wordt beoefend: Amsterdam en Groningen. De PThU verzorgt daar de ambtsopleiding en werkt op het niveau van de bachelor in Amsterdam nauw samen met de Vrije Universiteit en in Groningen met de Rijksuniversiteit Groningen. Dit samenwerkingsverband zorgt ervoor dat er zowel in Amsterdam als in Groningen sterke spelers zijn op het gebied van het theologisch onderwijs en onderzoek. Beide steden hebben iets eigens te bieden, ook voor de eigen regio. En studenten hebben echt iets te kiezen.

Ik vermoed dat zowel Amsterdam als Groningen een eigen profiel zal ontwikkelen. En verder zie ik met spanning uit naar de samenwerking tussen Kampen en Apeldoorn. Voor de beoefening van de klassieke theologie is het van groot belang dat daar de krachten gebundeld worden.”

Kan de PThU daarin van betekenis zijn?

„Daarover wil ik voorzichtig zijn. In de eerste plaats móéten Apeldoorn en Kampen wel nauwer samenwerken om versnippering te voorkomen. Het zijn herkenbare gereformeerde opleidingen met een eigen identiteit die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de theologie. Maar krachtenbundeling is echt nodig omdat je anders te klein bent om alles zelf in de lucht te houden, zoals gekwalificeerd personeel en een goede bibliotheek.

Vervolgens moeten we bedenken dat de PThU kerkelijk gezien een bredere instelling is. Dat sluit echter niet uit dat je op onderdelen kunt samenwerken – denk aan de bibliotheek en aan andere vormen van ondersteuning en dienstverlening. Van groot belang is, denk ik, dat de verschillende ambtsopleidingen herkenbaar blijven voor de kerken. Maar op sommige punten moeten we wel de handen ineenslaan.”

De theologie heeft het moeilijk, er is inkrimping, teruglopend animo voor het predikantschap, de klassieke theologie is op haar retour. Donkere wolken voor de toekomst?

„Ik denk dat de theologie zal blijven bestaan als academisch vakgebied. De meeste kerken van de Reformatie hebben vastgehouden aan een academisch opgeleide predikant. Ook in onze geseculariseerde samenleving blijft theologiebeoefening broodnodig. Het gaat immers om de doordenking en verantwoording van het christelijk geloof. Het zou toch vreemd zijn als we die doordenking overlaten aan sociologen en psychologen. In de theologie gaat het om het zelfverstaan van de christelijke traditie en zij levert een bijdrage aan de voortgang van die traditie. Als er in het Nederlandse universitaire bestel geen plaats meer zou zijn voor de theologie, dan zou dat toch wel een uiterst zorgwekkend signaal zijn.”


PThU: feiten en cijfers

De Protestantse Theologische Universiteit (PThU) is een levensbeschouwelijke universiteit voor theologie, gevestigd in Amsterdam en Groningen. De PThU biedt de door de Protestantse Kerk in Nederland erkende ambtsopleidingen tot gemeentepredikant en geestelijk verzorger aan en verzorgt daarnaast de nascholing van predikanten en kerkelijk werkers.

De PThU is in 2007 ontstaan uit een fusie van de hervormde, gereformeerde en lutherse ambtsopleidingen. Bij de oprichting van de PThU werd gekozen voor een bestuursstructuur als die van een monofacultaire universiteit. De leden van de raad van toezicht worden benoemd door de synode van de Protestantse Kerk in Nederland. Het totaalaantal studenten van de PThU bedraagt momenteel ruim 300. Er zijn 14 hoogleraren, 7 bijzondere (deeltijd)hoogleraren en 26 wetenschappelijke medewerkers aan de universiteit verbonden.


Zie ook:

Afscheid rector PThU op dies (Reformatorisch Dagblad, 28-11-2014)

Prof. F. G. Immink eerste rector PThU : Studenten VU en RUG kunnen doorstromen (Reformatorisch Dagblad, 18-11-2006)

“Gewoon hervormd, zonder scherpslijperij” : Prof. Immink, 25 jaar predikant, beducht voor positie theologie in universitaire wereld – interview (Reformatorisch Dagblad, 02-12-2004)

Prof. F. G. Immink benoemd tot rector HTWI (De Waarheidsvriend, 03-07-2003)

Dr. Immink wil Godsbestaan in praktische theologie niet negeren : Nieuwe hoogleraar benadrukt theologisch karakter vakgebied (Reformatorisch Dagblad, 14-10-1994)

Scholastiek verrijkt theologie door leer verhevenheid Gods : Dr. Immink pleit voor eerherstel van verguisde stroming – promotie (Reformatorisch Dagblad, 21-03-1987)

Drs. F. G. Immink rector seminarium (De Waarheidsvriend, 27-11-1986)

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer