Lijdzaamheid
Jakobus 5:16b
„Een krachtig gebed van de rechtvaardige vermag veel.”
Jakobus zegt tot Gods volk dat zij lijdzaam moeten zijn. Zijn er sommige rijken: zie eens hoe zij zich misdragen. Rijken, ween en huil over de ellenden die over u komen zullen.
En wordt u gedrukt, volk van God: gedraag u lijdzaam. Ja, Hij begint hen te brengen tot een gezicht wat zij doen moeten als het hun welgaat. „Is iemand onder u goedsmoeds?” zegt hij, „dat hij psalm zingt.”
En als het hun kwalijk ging? „Is iemand in nood en lijden? Dat hij bidt.” Zij raakten in honderden verdrukkingen, in allerlei noden: de één in het vuur, de ander in het water van de verdrukkingen. Daar kwamen ziekten. Daar lagen zij op hun bed en zuchtten. Zij wisten geen raad.
Zij gingen bidden en roepen. „Kunt u zelf niet bidden”, zegt de apostel, „roep iemand die het voor u doet.” Laten zij u zalven, dat zal u helpen, want het gebed des geloofs zal de zieke behouden. Belijd voor God en met elkaar uw misdaden, beken dat u kwalijk gedaan hebt.
Zij kunnen wel zeggen: „Wie zal God horen?” Wel, een krachtig gebed van de rechtvaardige vermag veel. En dat gaat hij ophelderen met het voorbeeld van Elia: hij bad en smeekte dat het niet zou regenen, en het was zo. Hij bad opnieuw dat het wel regenen zou, en het was zo.
B. Smijtegelt, predikant te Middelburg
(”Een woord op zijn tijd”, 1761)