„Niets mooiers dan mensen terugbrengen bij de psalmen”
AMERSFOORT. Na twaalf jaar is het project ”Psalmen voor Nu” klaar. Zaterdagavond wordt in Houten de laatste dubbel-cd gepresenteerd. Alle 150 psalmen zijn in een modern jasje gestoken en te zingen op een popmelodie. Sergej Visser: „Er is niets mooiers dan dat mensen teruggebracht worden naar de psalmen.”
Op de tiende cd –”Compleet gelukkig”– staan de laatste 27 psalmen. Twaalf jaar lang werkte een team van zo’n 25 hebraïci, dichters en componisten aan het dichten en toonzetten van alle psalmen. Sergej Visser (42) uit Amersfoort deed vrijwel vanaf het begin mee. Als dichter schreef hij teksten, als componist maakte hij muziek, op de cd’s is hij regelmatig als zanger te horen. Tijdens het concert zaterdagavond in De Lichtboog in Houten leidt hij de band van Psalmen voor Nu.
Een feestelijk gebeuren zaterdag?
„Absoluut, dit is een mijlpaal van jewelste. Dat het project waarmee dichter Rien van den Berg voorjaar 2002 begon zo lang zou duren, zat er dik in. We wilden álle psalmen doen. En allemaal helemaal. Daarbij gingen we nooit over één nacht ijs. Ik heb denk ik een kleine 200 vergaderingen bijgewoond, waar we elkaars werk bespraken. Zo was een berijming gemiddeld pas bij de achtste versie echt klaar. En als de componist dan met de tekst aan de slag ging, begon dit proces van schrijven en herschrijven weer van voren af aan. Gemiddeld duurde het zo’n twee jaar voor een psalm af was.”
Heeft het project u verrijkt?
„Er is niets mooiers en leerzamers dan samen met soortgenoten te ploeteren om tot een mooi artistiek product te komen. We wilden iets maken dat echt goed is. Dat is uiterst intensief. Maar je leert als kunstenaars zo de psalmen en de Bijbel veel beter kennen. Ik kan wel zeggen dat het mijn levenswerk is geworden.”
Welke doelgroep bedient u met deze psalmen?
„Dat is een interessant vraag. Bij onze concerten zien we veel 20’ers, 30’ers en 40’ers. Tieners niet veel, en 50+ ook niet. Maar wij hadden tijdens dit project niet zozeer een doelgroep in gedachten. Wel een grootse droom. Rien is hiermee begonnen toen hij in zijn gemeente zag dat de leeftijdsgroep van onder de 25 tijdens het zingen niet meedeed. De vorm en de taal van de Geneefse psalmen stonden te ver van hun bed. Toen werd het idee geboren om voor die groep de psalmen in hedendaagse taal en op populaire muziek beschikbaar te maken. Daarin zijn we 100 procent geslaagd.”
Was voor jullie elke muziekstijl geschikt?
„We gebruikten de popmuziek in de grootst mogelijke breedte als vehikel om de tekst te dragen. Daarbij had de tekst altijd het primaat. Er zijn muziekstijlen, zoals dance, hiphop en metal, waar het vooral om de ritmiek gaat, en niet om de tekst. Die stijlen zijn daarom niet bruikbaar.”
Velen vinden het oneerbiedig om de psalmen met wereldse muziek te verbinden.
„Daar kan ik me niets bij voorstellen. Muziek is muziek. We spreken toch ook niet van een wereldse stoel of tafel? Volgens mij kun je zulke teksten met elke muziek verbinden. Voor Psalm 19 hebben we de latinstijl gebruikt. Dat is wereldmuziek, maar niet werelds. Zeer functioneel om de sfeer van die psalm mee uit te drukken. En Psalm 149 wilden we een Afrikaanse feel meegeven, vrolijk en blij.”
In de gereformeerde traditie wordt vanouds een verschil gemaakt tussen muziek in de kerk en daarbuiten.
„Wij willen helemaal die traditie niet doorbreken. Rien komt zelf uit Urk en geniet nog altijd van de manier waarop ze daar psalmen zingen. Zelf heb ik bij de oma van een vriend, die dement werd, gezien hoe zij tot op het laatst de oude berijming bleef zingen. Prachtig, hoe diep die psalmen zaten. Er zijn nog genoeg mensen die van de Geneefse psalmen genieten. Prima. Maar wij zetten onze versie ernaast. Voor generaties van nu.”
Worden jongeren door jullie project niet losgeweekt van de traditionele manier van psalmen zingen?
„Geen idee. Dat moet je aan die jongeren vragen. Ik heb het wel andersom gezien. Dat jongeren tijdens onze concerten hun Bijbel erbij pakten en tot de ontdekking kwamen: hé, het klinkt wel anders, maar het staat er echt. Dan is onze opzet geslaagd. Want er is niets mooiers dan dat mensen teruggebracht worden naar de psalmen.”
Hoe staat het met de acceptatie in de kerken?
„De Gereformeerde Kerken vrijgemaakt waren de eersten die onze psalmen hebben opgepikt. Uit evangelische kring kwam aanvankelijk het commentaar dat de psalmen zo oudtestamentisch zijn. Daar zingt men vooral uit Opwekking. Maar laatst waren we met de huiskamerband voor het eerst in een pinkstergemeente, en daar werden onze psalmen heel goed ontvangen. Terwijl ze tekstueel en muzikaal heel anders zijn dan opwekkingsliederen. In het Liedboek dat vorig jaar verscheen, zijn zeven psalmen opgenomen. Waarbij het ons verbaasde dat er maar twee bij waren die je met een grote groep mensen makkelijk zingt. Van reformatorische zijde kwam vlammende kritiek omdat we popmuziek gebruikten. Maar toen we in een steile Gereformeerde Bondsgemeente in Zeeland kwamen en met de mannen in donkere pakken onze Psalm 130 bij de gitaar gingen zingen, zongen ze na een keer voorzingen allemaal mee. Heel hard.”