„We zijn in militaire dienst en staan aan het front”
Vanuit de Bijbel blijkt dat er engelen en boze geesten zijn die een strijd voeren, waarbij de mens betrokken wordt. Pelgrims moeten hiertegen gewapend zijn. „We zijn in militaire dienst en we staan aan het front. Doet aan de gehele wapenrusting Gods.”
Over het thema ”Oorlog tussen de geestelijke machten” hield ds. Tj. de Jong, hervormd predikant te Staphorst en voormalig zendingspredikant te Zimbabwe, donderdagavond een lezing voor ongeveer zestig studenten. De avond was belegd door de reformatorische studentenvereniging Depositum Custodi (DC) in het kader van hun jaarthema ”Oorlog en vrede”.
De geestelijke strijd die gevoerd wordt, is in de eerste plaats niet onze strijd, gaf ds. De Jong aan. „Er wordt gestreden door goede en boze engelen. Omdat engelen geen zichtbare gestalte hebben, is het moeilijk deze dingen te verstaan. Het gevaar dreigt om dan te gaan theoretiseren en te vervallen in te diepe zaken waar wij geen vat op krijgen.” Volgens de predikant blijkt vanuit de Bijbel dat de geestelijke machten een realiteit zijn. „Ze kunnen ervaren worden en het is zaak om hiertegen gewapend te zijn.”
In de Bijbel is te lezen hoe de duivel mensen gebruikt om zijn macht te laten zien. De duivel openbaart zich bij deze bezetenen in het vlees. „Het is machtsvertoon van de duivel tegenover Christus.” Met nieuwtestamentische bezetenheid wil de predikant voorzichtig zijn. „Er is psychische nood, omdat mensen in zulke nare omstandigheden zitten. Maar van een gesloten afdeling van een psychiatrische inrichting wil ik niet zeggen dat dat het terrein van de satan is. De symptomen kunnen hetzelfde zijn, maar dat betekent nog niet dat de wortel dezelfde is.”
Aan de hand van Éfeze 6, waar gesproken wordt over de geestelijke wapenrusting, gaf de predikant vervolgens aan dat het gaat om een persoonlijke strijd. „We moeten bewapend zijn. Niet half, maar met de gehele wapenrusting.” Het gevaar dreigt volgens ds. De Jong dat de vijand onderschat wordt. „Wanneer we de duivel onderschatten, overschatten we onszelf. Bovendien blijkt dan dat we weinig ervaring hebben. De pelgrim uit Bunyans ”Christenreis” moest ook veel ervaringen ondergaan. Als hij vecht met Appolyon weet hij dat het een strijd is op leven of dood, erop of eronder”, aldus de lector.
Ondanks dat de boze machten vaak onzichtbaar zijn, oefenen ze wel heel reëel heerschappij uit. Bijvoorbeeld door de astrologie. „Bladen die hiervan dingen opnemen, moeten we zonder meer weren uit onze gezinnen”, appelleert de predikant. „In de strijd tegen de boze machten gaat het erom wat de Bijbel zegt. De Bijbel is de normerende norm. Met de ene waarheid vanuit de Bijbel kan de strijd aangegaan worden. Die waarheid kan dan ook als wapen worden gebruikt.”
De predikant hield de studenten ook voor dat die waarheid niet alleen met de mond beleden kan worden. „Wetenschappelijke waarheid die geen leven vanbinnen kent, is eigenlijk leugen. Het gaat erom dat de waarheid in het hart zit.”
Naar aanleiding van een vraag gaf de voormalige zendingspredikant aan dat de boze machten zich op het zendingsveld niet intensiever manifesteren dan in West-Europa. „We zijn geneigd om te zeggen dat de duivel daar meer werkt, omdat het anders is dan bij ons. Maar de macht van de duivel is in West-Europa minstens even sterk.”
Ds. De Jong adviseert de studenten bij confrontaties met de duivel en zijn demonen te bidden wat de Heere Jezus Zijn Kerk leerde bidden: „Verlos ons van de boze.” „In Christus zijn, dat is het beste beveiligingsmiddel tegen de boze machten. Als kind van God mag je steeds blijmoedig en met hoop zien op de overste Leidsman en Voleinder des geloofs.”