Commentaar: Moslims en terreur
Moeten Nederlandse moslims nadrukkelijk en publiekelijk afstand nemen van de terreurdaden van de Islamitische Staat (IS)? Die vraag is niet zó gemakkelijk te beantwoorden. Want wie onbekommerd „ja, natuurlijk!” roept, kan zomaar de tegenwerping krijgen: „En christenen dan? Moesten Nederlandse protestanten en rooms-katholieken in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw soms ook nadrukkelijk afstand nemen van hun geloofsgenoten in Noord-Ierland, die elkaar te vuur en te zwaard bestreden? Is het niet beledigend om aan vreedzame aanhangers van een religie, welke dan ook, te vragen zich te verantwoorden voor wandaden die extreme geloofsgenoten elders in de wereld begaan?”
Daar zit iets in, maar de vergelijking gaat toch ook op twee punten mank. Ten eerste was de toenmalige strijd in Ierland hoofdzakelijk een politiek conflict: behoorde Noord-Ierland nu aan de Republiek Ierland of aan Groot-Brittannië toe? Dat de scheidslijn in dat conflict vervolgens tussen rooms-katholieken en protestanten liep, is relevant, maar in zekere zin secundair. Hoewel men elkaar naar het leven stond, werd de strijd niet gevoerd met kreten als: de Bijbel zegt dat jullie je moeten bekeren óf uitgeroeid worden.
De strijd in Syrië en Irak daarentegen lijkt in de wortel religieus te zijn. Omdat IS-strijders zich zo expliciet op de Koran en de islam beroepen, die deze terreur van hen zou eisen, komt bij buitenstaanders nu eenmaal sneller de vraag op: Maar wat vinden andere moslims hier dan van? Hoe lezen zij de Koran?
Een tweede punt van onderscheid is dat in de vorige eeuw, voor zover bekend, geen Nederlandse jongeren stonden te popelen om naar Ierland af te reizen om daar aan terreurdaden deel te gaan nemen. Dat maakt toch wel verschil. Als gematigde Nederlandse moslims heden ten dage openlijk, nadrukkelijk en beargumenteerd afstand nemen van IS, heeft dat onmiskenbaar een functie: zo goed en zo kwaad als dat gaat voorkomen dat nog meer jongeren jihadist worden.
Daarom nogmaals de vraag: moeten Nederlandse moslims openlijk afstand nemen van IS? Moeten is te sterk uitgedrukt. Wie zou geen begrip hebben voor een gematigde moslim die geprikkeld reageert met: „Wat!? Afstand nemen? Wat denk je wel van me? Natuurlijk vind ik die onthoofdingen verschrikkelijk, natuurlijk ben ik niet voor geloofsdwang”?
Toch lijkt het zinvol en wijs als invloedrijke Nederlandse moslims zich wel degelijk publiekelijk en heftig afkeren van IS. Zoals de Marokkaans-Nederlandse imam Elforkani twee weken geleden in Trouw deed. „Een goede moslim is barmhartig en zweert geweld tegen wie dan ook af. Die vreselijke gruweldaden, die wrede moordpartijen, dat is niet de islam”, aldus Elforkani, die deze boodschap ook predikte in de grote Essalammoskee in Rotterdam.
Lost dat soort verklaringen van Nederlandse moslims het probleem van de jihadgangers dan op? Nee, natuurlijk niet. En valt over Elforkani’s stelling dat islam en geweld níéts met elkaar te maken hebben, niet wat langer door te discussiëren? Zeker wel. Maar hopelijk draagt dit soort uitlatingen toch íéts bij aan het voorkomen en indammen van radicalisering.