De Hoge Raad verwierp medio december een cassatieverzoek van de vrijbeheergemeenten en stelde daarmee de landelijke Nederlandse Hervormde Kerk in het gelijk. Na deze uitspraak van het hoogste Nederlandse rechtscollege staat de gemeenten alleen nog de weg naar het Europees Hof in Straatsburg open.

Afgevaardigden van de gemeenten spraken elkaar zaterdag tijdens een vergadering in Lunteren. „Afgesproken is dat iedereen eerst in de eigen gemeente overleg pleegt en dat we dan binnen afzienbare tijd weer bij elkaar komen om een besluit te nemen”, zegt desgevraagd M. Muis uit Doornspijk. Hij benadrukt dat de vertegenwoordigers „in grote eensgezindheid” bij elkaar zijn geweest.

Muis deelt mee dat ook met elkaar gesproken is over geluiden in de landelijke pers als zouden de gerechtelijke procedures veel geld hebben gekost. „Sommige kranten schreven dat het proces miljoenen heeft gekost. Dat is echter schromelijk overdreven. Eerlijk gezegd houden we het niet eens precies bij. Per procedure geven we aan de gemeenten die meedoen een financiële verantwoording. Maar ik kan verzekeren dat veel werk pro Deo wordt gedaan.”

De kerkvoogdijkwestie begon in 1991. Toen aanvaardde de hervormde synode een kerkordewijziging die hervormde gemeenten ertoe verplichtte hun vrij beheer op te geven. Over de rechtsgeldigheid van het synodebesluit uit 1991 besloten vrijbeheergemeenten in april 2002 naar de Hoge Raad te gaan en zo voor de zesde keer het oordeel van de rechter te vragen.